Een noodoproep om de TU-opleiding Geodesie aan de man (of vrouw) te brengen Naam van de opleiding ir. D.A. Groetelaers en ir. B. van Loenen, beiden promovendus en oud-student afdeling Geodesie, TU Delft. Al een aantal jaren kampt de opleiding Geodesie van de TU Delft met te lage instroomcijfers, met een diep tepunt in 2001 van zeven eerstejaars. Toch wordt er van alles gedaan op het terrein van studievoorlichting. Naast de voorlichtingsdagen waar de hele TU aan meedoet, is Geodesie actief in het organiseren van meeloopdagen, scholenbezoeken, projecten voor scholieren in het kader van Oriëntatie op Studie en Beroep, en het verspreiden van folders en posters. Toch werpen die activiteiten niet de ge wenste vruchten af. Waar ligt dat aan, en belangrijker, wat doen we eraan? De bezoekers van de voorlichtingsactiviteiten van Geodesie vinden wat ze te zien en te doen krijgen altijd erg leuk, maar het aantal bezoekers is vaak te laag om daaruit de in stroom van studenten te vergroten. Het heeft volgens ons te maken met de naamsbekendheid van de opleiding1). Het opleidingenaanbod in Nederland is zo groot, dat scholieren die een keuze moeten maken al snel enkele opleidingen kunnen verzinnen die hen wel wat lijken. Zo'n eerste schif ting vindt plaats op basis van de naam van de opleiding en de associatie die ze met die naam hebben. Daar valt Geodesie al af: de naam zegt uit zichzelf niets en de asso ciatie met een vakgebied ontbreekt volledig. Nu er in 2001 gestart is met de bachelor- en masterstructuur [1] is er een mogelijkheid om dit probleem aan te pakken. Advies van de schrijvers: verander de naam van de Bsc en profileer die Bsc aan de hand van onderwerpen waarmee iedereen wordt ge confronteerd, namelijk 'hot news items'. b Door de veranderde structuur op de middelbare scholen is het aantal scholieren met een geschikt vakken pakket voor de TU (profiel 'natuur en techniek' of'natuur en gezondheid' met extra wiskunde) aanzienlijk gedaald. Instroomcijfers opleiding Geodesie aan de TU Delft (bron: Statistisch Jaarboek TU Delft). 2) In VI-Matrix pleitte prof. Bogaerts al voor de naam Technische Geografie [2|. Eén van de belangrijkste redenen om de naam van de oplei ding te wijzigen is dat de huidige naam buitenstaanders niet veel zegt, en dus ook niet uitnodigend is voor aan komende studenten. Geodesie is wel het laatste waar men opkomt, zoals de veelzeggende slogan 'als je het echt niet meer weet word je geodeet' in 1991 al aangaf. Om de instroom van studenten te vergroten, moet worden gezocht naar een aansprekende naam. Tijdens voorlichtingsdagen en met name op de grotere beurzen waar veel verschil lende opleidingen staan, blijkt regel matig dat je door een nietszeggende naam een deel van je doelgroep mis loopt, namelijk de scholieren die met een bepaald beroepsprofiel in hun hoofd een beurs aflopen om een bijpas sende opleiding te vinden. En er zijn er niet veel die 'meer dan een landmeter' willen worden, want ze weten niet wat 'meer' inhoudt. Je moet je vooral niet blind staren op het vinden van een naam in het geodetisch jargon, die voor buitenstaanders misschien net zo onduidelijk is als de huidige naam van de opleiding. Bovendien bestaat het gevaar dat zo'n naam te oppervlakkig en daardoor ook onduidelijk wordt gevonden. Naamsverandering van de opleiding is in 2000 ook aan de orde geweest. Tij dens het docentenoverleg is toen on der andere discussie gevoerd over het wel of niet veranderen van de naam, en welke namen er in aanmerking zouden komen. Tot genoegen van de schrijvers van dit stuk scoorde, als er een nieuwe naam moet komen, onder andere de naam Technische Geografie hoog. Waarom zou bijvoorbeeld Tech nische Geografie een goede naam zijn2)? Geografie komt van het Griekse woord 'geographein' wat de aarde beschrij ven betekent. Inwinningstechnieken als fotogrammetrie, remote sensing, landmeten, GPS en zwaartekracht metingen zijn zeer belangrijke instru menten om het reële aardoppervlak te beschrijven. Ook voor de beschrijving van het virtuele aardoppervlak kun nen sommige van deze technieken worden gebruikt, zoals voor het in meten van een kadastrale grens. Voor GEODESIA 2002-1

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 2002 | | pagina 30