gebouwd in staalskelet waaraan vol
gens het Airey-systeem gevelplaten
werden bevestigd. Tussen de eerste en
tweede etage werden twintig houten
panelen bevestigd, vervaardigd door
de Nijmeegse beeldhouwer Charles
Hammes. Deze platen verbeelden, in
tien sets 'vroeger en nu', de reikwijdte
van techniek en wetenschap naai
de denkbeelden van Schermerhorn1)-
Naast deze panelen vervaardigde Ham
mes ook het kunstwerk dat het beeld
merk van het ITC werd: de Kronkel.
In november 1956 werd het gebouw
voor het ITC geopend door ZICH Prins
Bernhard.
jaren die volgen, is de huisvesting van het instituut onder
werp van gesprek, zowel intern als op regeringsniveau. In
het kader van de spreiding van de rijksdiensten besloot de
ministerraad in maart 1971 dat het ITC moest verhuizen
naar Enschede. Een maand later maakte het ITC-personeel
kennis met de stad en al in augustus verhuisde het meren
deel van het instituut. Slechts een aantal kleinere divisies
die zeer nauwe contacten met de TH Delft onderhielden,
bleef in Delft gehuisvest. Op 12 december 1971, tijdens de
viering van de Dies Natalis, werd het nieuwe onderkomen
door ZICH Prins Claus geopend. Honderden gasten woonden
de festiviteiten bij, waaronder vele ambassadeurs.
Bouw van het ITC
te Delft (zie door de
staalconstructie het
Geodesiegebouw
Het nieuwe gebouw huisvestte niet al
leen opleidingsfaciliteiten van het in
stituut, ook de huisvesting voor de
studenten werd erin gerealiseerd. Dit
kan worden gezien in het licht van
Schermerhorns' sociale bewogenheid.
Hij vond dat het nieuwe centrum niet
uitsluitend een wetenschappelijke ver
antwoordelijkheid voor haar studen
ten had. Ook de zorg voor het welzijn
van de student tijdens zijn (en later
haar) studie aan het ITC behoorde tot
de medeverantwoordelijkheid van het
instituut. Schermerhorn was vieren
twintig uur per dag betrokken bij
'zijn' instituut; hij woonde tevens in
het penthouse op de bovenste etage.
Het instituut groeide snel. Zo snel zelfs
dat op 18 december 1967 de viering
van de Dies Natalis buiten het eigen
gebouw moest worden gehouden, om
dat het instituut het punt had bereikt
dat het uit z'n jas was gegroeid. In de
H. Martinus,
instituuts
archivaris ITC.
WÈSÊÊSMÉSÊiÉÈÉm.
Voor een beschrij
ving van de voor
stelling van de
gevelplaten zie:
Rogge, ir. H.L.,
De houtsculpturen
aan de gevels van het
Delftse ITC-Gebouw.
NGT Geodesia 1984
no. 6, p. 215, 218.
Voormalig YTC-
gebouw aan de
Kanaalweg in Delft.
Anders dan in Delft kon in het nieuwe gebouw in Enschede
de studentenhuisvesting niet worden gerealiseerd. Daar
voor werd op steenworp afstand van het ITC-gebouw een
speciaal guesthouse neergezet. Als voorbeeld hiervoor
dienden de woontorens die gebouwd waren door de Vrije
Universiteit te Amsterdam. Op 17 december 1973 volgde de
officiële opening van het nieuwe studentenonderkomen,
dat de naam van de stichter van het ITC meekreeg: Scher
merhorn Hall. De studentenhuisvesting is nog steeds in ge
bruik, maar het instituut heeft zich in 1996 wederom een
nieuwe jas aangemeten. Anders dan in 1971 was ditmaal de
verhuizing slechts over een kleine afstand: nauwelijks twee
kilometer. Het gebouw dat ruim vijfentwintig jaar het insti
tuut had gehuisvest, voldeed niet langer aan de eisen van
een moderne onderwijs- en onderzoeksinstelling. Onder
handelingen voor een nieuw gebouw startten in de tach
tiger jaren en konden begin negentiger jaren worden afge
rond. Na een bouwperiode van achttien maanden verhuisde
het ITC in juni en juli 1996 naar het nieuwe gebouw dat op
24 september officieel werd geopend door Hare Hoogheid
Prinses Maha Chakri Sirindhorn van Thailand. Het gebouw
werd ontworpen door Max van Huut en in een organische
bouwstijl opgetrokken. Organische ar
chitectuur maakt gebruik van verschil
lende hoeken, warme kleuren en na
tuurlijke materialen. De diverse kleu
ren in de centrale hal representeren
de elementen aarde, water, lucht en
vuur. Centraal in de organische archi
tectuur staat het individu: mensen
moeten zich thuis voelen in hun werk
omgeving.
Niet alleen voor de Enschedese mede
werkers van het ITC veranderde de
werkomgeving. In 1999 werd besloten
de activiteiten van het instituut te con
centreren in Enschede. Dit betekende
dat ook de meeste medewerkers van de
Delftse vestiging met ingang van sep
tember 2000 Enschede als thuisbasis
kregen. Het ITC-gebouw aan de Kanaal-
weg in Delft werd verkocht aan de Universiteit Delft (en her
bergt nu vooral het DISH-Hotel en tot 2002 een deel van de
Meetkundige Dienst van de Rijkswaterstaat).
GEODESIA 2001-4