Nationaal Geodetisch
Instituut?
Tarieven
core-business". Smit: "Er is ook geen
land in Europa, waar basiskartografie
commercieel wordt bedreven". Zien
we als - ook internationaal georiën
teerde - redacteuren toch niet een
Thatcher-erfenis in die richting bij de
Britse Ordnance Survey (OS)? Smit:
"Ook OS is geen marktonderneming,
al is de structuur anders dan hier en
maken ze ook commerciële producten.
Wij zeggen tegen klanten: maak toeris
tische kaarten vooral zelf' of ga naar
een uitgever, maar gebruik bij voor
baat wel onze bestanden!". Besemer
verduidelijkt het ook voor de toe
komst: "OS gaat verder dan TDN nu èn
straks. Basisbestanden zijn des over-
heids. Als overheidsdiensten verder
gaan, is dat alleen voor eigen gebruik,
zoals pakweg bij de Rijkswaterstaat.
Zo'n eigen gebruik bestaat niet bij
Kadaster/TDN".
Wordt het Kadaster na deze fusie hèt
nationaal geodetisch instituut van
Nederland en ambieert het de nog res
terende landsdekkende geodetische ta
ken over te nemen? Die vraag hoor je
in den lande en stel je dus als redac
teuren. Besemer: "In andere landen be
staan grote verschillen in samenstel
lende onderdelen van zulke nationale
instituten. De kern ligt inderdaad wel
in de combinatie van kadaster en topo
grafische basisbestanden. Of we 't zo
noemen, is de vraag". Smit: "Door
samenvoeging ontstaat er massa om
daar naartoe te groeien. Denken in
kaarten moet men loslaten en de toe
komst ligt niet in bestanden-op-schaal.
In Scandinavische landen als Dene
marken hebben zulke instituten ook
hydrografische taken en hoogtetaken,
die hier Rijkswaterstaat doet. In mijn
visie groeit de politieke interesse voor
dit onderwerp en ziet men daar het be
lang van in, maar de politiek wil dan
wel één verantwoordelijke voor deze
publieke nutstaak. Vraag moet zijn
waar de bv Nederland beter van
wordt". Besemer wat pragmatischer:
"In de publieke sector worden geen on
derdelen gekocht. De verdeling is vaak
gegrond op ooit legale historische be
slissingen. Als de huidige partij roept
verantwoordelijk te zijn, houdt het gewoon op. Met de TDN
lukt het oolc alleen omdat Landmacht zegt dat zo'n dienst
daar geen core-business meer is. Zolang de Marine hydro
grafie wil, zou discussie daarover al tijdverspilling zijn.
Voor V&W en de hoogte geldt hetzelfde. In deze processen
gaat het om de meerwaarde, de synergie op termijn. Maar
van wezensvreemde, pakweg medische, registraties zal
nooit sprake zijn. Het zou niet eens mogen. Er is geen spra
ke van een holdingbenadering. Alleen voor de macht hoeft
het niet".
Gebouw
TDN.
Op de wet volgt nog 'lagere' regelgeving. Besemer: "Het hui
dige Kadaster als Zelfstandig Bestuurs Orgaan (ZBO) is uit
gewerkt in regels. We moeten in ieder geval ook naar een
aantal AMvB's (Algemene Maatregelen van Bestuur) kijken,
omdat de organisatie van de TDN overgaat. De kadastrale
dienstverlening ligt vast in kadastrale tarieven; dat wordt
bij de TDN hetzelfde systeem". Smit: "Nu stelt de Bevelheb
ber der Landstrijdkrachten vanuit zijn defensiemandaat de
TDN-tarieven vast. Om die tarieven niet discriminerend te
laten zijn, is er nu een best ingewikkeld systeem. Binnen
het Kadaster zijn alle hoofdtaken op zich kostendekkend.
Uitgangspunt wordt in feite dat ook het TDN-gedeelte ge
heel via het profijtbeginsel gaat werken. Defensie wordt
van exploitant klant, een klant met één groot contract. Om
dat Defensie niet meer de facto subsidieert, zal bij gelijk
blijvende kosten de prijs voor andere klanten hoger wor
den. Het nieuwe geografische kernbestand wordt een beter
bruikbaar bestand en daar hebben afnemers ook wat voor
over! Iedere afnemer kan nu ook invloed uitoefenen in
plaats van dat een drie-sterrengeneraal de inhoud bepaalt".
Besemer doet uit de doeken dat de bestaande Gebruikers
raad voor kadastrale diensten, die in de afgelopen acht jaar
een factor van betekenis is geworden, bij wet wordt ver
breed en twee 'Kamers' zal krijgen: Kadaster en Topografie.
GEODESIA 2002*5