Gewenste organisatievorm
bestaande vormen van topografie in
Nederland, is de Topografiepiramide
(fig-1).
Alle topografiebestanden hebben een
basis die veel overeenstemming ver
toont met de norm-GBKN. Vooralsnog
is dit een theoretisch referentiemodel
dat voor vele gemeenten onvoldoende
informatie bevat om aan de wens van
de diverse interne gebruikers tege
moet te komen. Deze basistopografie,
die daarentegen voor veel niet-ge-
meentelijke gebruikers wel voldoende
is, vormt de onderste laag van de pira
mide en noemen we in het vervolg de
Authentieke Registratie Topografie
(AR-T).
Bovenop deze basis, het landelijk uni
forme topografiebestand, zijn vervol
gens nog twee andere topografielagen
te onderkennen: Subtopografie en Top-
topografie. De Subtopo is te beschou
wen als een regionale geüniformeerde
uitbreiding van de landelijke basis, bij
voorbeeld omdat regionaal opereren
de gebruikers, zoals een waterschap,
dat wensen. De Toptopo is een toevoe
ging die specifiek gericht is op de indi
viduele (gemeentelijke) behoefte.
De Topografie Producerende Gemeen
ten geven er nu prioriteit aan te onder
zoeken of hun bestaande vijfentwintig
producten gevat kunnen worden in
het piramidemodel. Weliswaar is de
eigen topografie afgestemd op de ge
bruikers, maar er is zeker geen sprake
van eenduidigheid en gelijkheid. Er
wordt momenteel gewerkt aan het op
elkaar aansluiten van de verschillende
topografiebestanden en ook wordt er
een inventarisatie gemaakt van de ver
schillen in de inhoud. Ook al vormen
de 'kaarten' in de loop van dit jaar een
'naadloos' geheel, dan zullen het toch
nog steeds verschillende producten
zijn. De inhoud is immers veelal afge
stemd op de informatiebehoefte van
de individuele gemeente.
In de huidige situatie houdt een groot
aantal partijen zich bezig met de or
ganisatie en het beheer van de groot
schalige topografie. Met name gaat het
hier om het LSV, de Regionale Samenwerkingsverbanden
(RSV's), de gemeenten, het Kadaster, de nutsbedrijven, KPN
Telecom en de waterschappen. Maar ook Rijkswaterstaat,
Gasunie en Railinfrabeheer produceren grootschalige topo
grafie. Dit levert in de ogen van de TPG geen heldere situ
atie op. Voor de inrichting van de organisatie ligt het voor
de hand om ook de bovengenoemde driedeling te hanteren,
samen met een duidelijke rolverdeling. Met name voor AR-T
vereist dat een duidelijke afbakening van bevoegdheden en
verantwoordelijkheden (fig. 2). Het mag overigens duidelijk
zijn dat dit organisatiemodel niet op korte termijn is te re
aliseren.
Fig. 2.
Organisatiemodel
voor de Authentieke
Registratie
Topografie.
Gebruikersforum
Waterschappen
Spoorwegen
Tactisch beheer
Kadaster
De gemeenten
Nutsbedrijven
Telecom
Uitvoering
Gemeente
Samenwerkingsverband
Gemeentelijke gebruikers
De Authentieke Registratie Topografie (de Basistopografie)
zal een wettelijke grondslag kennen. Om uniformiteit en
beschikbaarheid te waarborgen zal het Ministerie van
VROM, vanuit zijn verantwoordelijkheid voor de vastgoed
informatievoorziening, de taak op zich moeten nemen om
deze AR-T te beheren. De zorg van het Rijk voor het product
wordt 'strategisch' of centraal systeembeheer genoemd. Dit
strategisch beheer is wettelijk verankerd en bevat de door
lopende zorg voor inhoudsbeschrijving, kwaliteitseisen, be
schikbaarheid en financiën. Dit zal moeten worden inge
vuld samen met de partij die een zeer groot direct belang
heeft bij de topografie en daar vanuit haar verantwoorde
lijkheid voor het gemeentelijk grondgebied het dichtst bij
betrokken is: de gemeenten, in deze vertegenwoordigd
door de VNG. De centraal opgelegde eisen zullen door de
gemeenten worden vertaald in procedures, bestek en af
spraken met betrekking tot het opdrachtgeverschap. Dit
functioneel beheer geeft de gemeenten de kans het beheer
van de authentieke registratie, samen met de specifieke
Sub- en Toptopografie efficiënt en effectief uit te voeren.
De overige partijen die op dit moment bij de productie van
de GBKN betrokken zijn, krijgen een deels andere rol. De rol
van uitvoerder - decentraal gegevensbeheerder - is wegge
legd voor de individuele gemeenten. Deze geven opdracht,
meten de eigen topografie of participeren in een samen
werkingsverband dat regionaal opereert. De verschillende
gebruikers die nu een dubbele rol vervullen in het LSV en in
de RSV's, krijgen een plaats in het gebruikersforum. Dit zou
een adviserende, deels sturende rol moeten krijgen.
GEODESIA 2002-7/8