attractief te maken, zal uiteindelijk
het ROC daar de gevolgen van onder
vinden. Het ROC kan alleen maar ver
der met een kwalitatief hoogwaardig
vmbo". Volgens Corstjens krijgt het
vmbo, net als de ROC's, een grotere
ruimte om hun eigen aanbod te cre-
eren: "Kies zelf je aanbod en stem af
met het bedrijfsleven in de regio's en
met de ROC's". Volgens hem is het heel
belangrijk dat er in de komende jaren
geïnvesteerd wordt in het vmbo, niet
alleen in huisvesting (volgens Karin
Adelmund soms een film uit de vijfti
gerjaren), maar ook in materialen. Ge
noemde ontwikkeling is een voorstel
van de kant van werkgevers- en werk
nemersorganisaties om tot een lande
lijke innovatie van de beroepsgroep te
komen. Het is volgens Corstjens be
langrijk dat meerdere partijen zich
verantwoordelijk voelen om de inno
vatie in het beroepsonderwijs te reali
seren.
Een kei van een opleiding
Wijnand Wildeman is nauw betrokken
bij het ontwikkelen van de nieuwe op
leiding Middenkaderfunctionaris In-
fratechniek en noemt het een 'kei van
een opleiding'. Hij heeft met de naam
minder op en vraagt: "Wie van u
heeft weieens een advertentie gezien,
waarin een middenkaderfunctionaris
wordt gevraagd?". Maar over de oplei
ding zelf is hij alleen maar positief. Na
jaren van mopperen over de opleiding
is er een uitgebreide enquête gehou
den onder werknemers, werkgevers,
het bedrijfsleven en scholen. Hieruit
kwamen tien beroepsprofielen, waar
toe de nieuwe opleiding zou kunnen
opleiden. SBW, COB (Commissie On
derwijs Bedrijfsleven), OC&W, het on
derwijs en het bedrijfsleven hebben sa
men de opleiding gestalte gegeven. De
opleidingen GWW (Grond-, Water- en
Wegenbouw) en Geodesie zijn samen
gevoegd in de nieuwe opleiding Mid
denkaderfunctionaris Infratechniek,
een vierjarige mbo-opleiding, verdeeld
in acht semesters. Op deze manier kan
een student in verschillende fases van
de opleiding instromen. Het eerste
jaar van de opleiding is de 'Algemene
Infratechniek', een oriëntatie op het
vakgebied. In het tweede jaar komen
drie verschillende vakgebieden aan bod: Ontwerp en be
heer, Uitvoering en Algemene Landmeetkunde. Na tweeën
eenhalf jaar kiezen de studenten voor de Civiele Techniek
of de meer specialistische opleiding Landmeetkunde. Het
aanleren van vaardigheden is in deze (praktijkgerichte) op
leiding een belangrijk aspect. Ondersteunende vakken als
wiskunde en rekenen moeten in de praktijk toegepast kun
nen worden, en communicatie en samenwerking op de
werkvloer staan centraal. In vijf stageperioden (BPV Be
roeps Praktijk Vorming), verdeeld over de opleiding, krijgt
de student gerichte opdrachten, waarbij het gaat om de uit
voering van de opdracht.
Geanimeerde
discussie.
Wijnand Wildeboer: "Elke ROC heeft zijn eigen verantwoor
delijkheid over het onderwijsprogramma. Het is een over
zichtelijke opleiding geworden: geïntegreerde vakken,
procesmatige toetsing en een nauw contact met de bedrijfs
tak. Als je de school binnenstapt, weetje meteen waarmee
je bezig bent en om de vijf a zes weken weet je als student
hoe je ervoor staat".
De deelnemers aan het symposium (vertegenwoordigers
uit het bedrijfsleven, docenten en decanen) waren in het
algemeen tevreden over de nieuwe opleiding, maar zorg
blijft: hoe bereiken we een kwantitatief en kwalitatief
goede instroom?
DDHBj
GEODESIA 2002-7/8