Rare landmeters Driemaal is scheepsrecht Dit zal ook hebben meegewogen bij de vraag of het hydrostatisch waterpas sen moet worden gecontinueerd of vervangen door andere systemen, bij voorbeeld het GPS. Een vraag die actu eler werd, toen de Niveau ook aan ver vanging toe bleek te zijn. Niet alleen loopt het vervoermiddel mechanisch op zijn laatste benen, maar ook stelt de Arbowet zo zijn eisen. En dan wor den er rekensommen gemaakt. Voor de bemanning van de Niveau pakt dit rekenwerk nadelig uit. Zij zullen vanaf 1 januari 2003 op andere wijze hun brood moeten gaan verdienen. Om over de Niveau te schrijven moetje aan boord zijn geweest. Dat kon mooi, want de laatste opdrachten die het schip zou uitvoeren moesten in Zee land gebeuren. Een thuiswedstrijd voor uw redacteur dus. In Zeeland lag altijd veel werk voor de Niveau. Langs de hele kust, en in rivieren en meren staan een heleboel meetpalen in het water, waaronder die van het RIKZ (Rijksinstituut voor Kust en Zee). Stel selmatig worden hiervan de NAP-hoog- ten gecontroleerd of opnieuw bepaald. De laatste opdracht betrof de meetpaal in de Geul van Bommenede bij Brou wershaven, en buitengaats moeten de getijdenmeetpaal HA 10, acht kilome ter ten westen van Goeree, en de meet paal van de Vlakte van Raan worden gemeten. Deze laatste twee vormen de verbindende schakel tussen het net dat hydrostatisch is gemeten en de GPS-metingen waar we het voortaan mee zullen moeten doen. Projectleider Ad van Vliet legt uit dat de GPS-metin- gen het niveau bepalen op de ellipso- ide, terwijl bij hydrostatisch meten het hoogteverschil direct in het NAP- vlak wordt bepaald, dat wil zeggen op het niveau van de geoide. En hoewel Erik de Min ondertussen het verband tussen die twee referentievlakken heeft berekend, dient de bepaling van de hoogte van voornoemde palen het zelfde doel: èn een NAP-hoogte over brengen èn een laatste verificatie van de kwaliteit van GPS-metingen voor deze toepassingen. De paal in de Geul van Bommenede wordt gemeten vanaf een peilmerk bij het kantoor van de boswachter in het haventje van Bommenede. Daar spreken we af om het pro ces mee te maken. De dag begon met een stralende zon, prachtig zicht, temperatuur twintig graden en een windje van kracht drie a vier. Dat het later vijf a zes zou worden, was nog niet te voorzien. Maar dat maakte ook niets meer uit, want er waren problemen. De tocht met de boot vanaf de ligplaats in Bruinisse was namelijk niet zo goed verlopen. De motor maakte rare geluiden en de schuit zocht trillend zijn weg over het water. Het trillen kreeg een dermate omvang, dat opnieuw uitvaren niet verantwoord werd geacht. De hele och tend was nodig om de oorzaak vast te stellen en een mogelijkheid tot repa ratie te onderzoeken. Helaas was het eindresultaat dat het werk niet door kon gaan, en de boot ter reparatie naar de helling moest worden gebracht voor een lange en dure reparatie. Paul van der Does druk in de weer in de machinekamer. Hans de Graaf zorgt in noodsituaties als deze dat de ploeg kan overleven. Ondertussen is het interessant te zien hoe de hele bemanning pogingen doet de oorzaak van het gerammel op te sporen. Ad, telefonisch bezig met het zoeken naar een betrouwbare reparatiewerf in de buurt, schipper Arnold Wemerman en Paul van der Does, die regelmatig de machinekamer induiken om te achterha len wat de oorzaak lean zijn van de trillingen en het lawaai. Paul daalt nog een keer af in een rubberen bootje naar de buitenzijde om de schroef te inspecteren. Hans de Graaf stort zich voorlopig op wat huishoudelijke zaken. Wij zijn eigenlijk een stel rare landmeters, legt Ad uit. Landmeten doen we door een lange slang in het water te gooien, we ha len enorme capriolen uit om betrouwbare aflezingen te ga randeren, en daarbij hebben we te maken met de weersom standigheden en met allerhande nautische gebeurtenissen. Of een kapotte boot. Twee weken later meldt Ad van Vliet dat de Niveau gerepa reerd was en weer onderweg was naar het werkveld buiten gaats. Maar opnieuw liet de wet van Murphy zich gelden: door een lek in het motorcompartiment stroomde meer water naar binnen dan eruit kon worden gepompt. En wederom zette het schip koers richting werf om het lek te laten dichten. Het was alsof de boot zelf aangaf dat zijn einde nabij was en op zijn laatste benen liep. Weer een week later was de Niveau min of meer bedrijfsklaar en kon het werk worden afgemaakt. Na drie keer uitstellen gaat het nu toch gebeuren. Net na zonsopgang ligt de Niveau weer in het Bommenedese haventje. Het is prima meetweer, hel- GEODES1A 2002-12

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 2002 | | pagina 37