In memoriam ing. P.J. Ashouwer
(1920-2002)
Op 10 oktober 2002 overleed ing. P.J. Ashouwer, oud-
hoofd van de afdeling Landmeten bij de gemeente
Apeldoorn. Hij werd 81 jaar.
Ashouwer begon in het onderwijs, maar vanwege het
toenmalige onzekere toekomstperspectief veranderde hij
al na één jaar van richting. Toen, in 1941werd hij na een
toelatingsexamen aangenomen voor een landmeetkundi
ge opleiding bij het Kadaster. Zijn eerste praktijkervaring
deed hij op in Almelo. In 1946 werd hij overgeplaatst naar
Den Haag, vervolgens naar Assen en naar Groningen. In
1948 kwam hij bij de Ruilverkavelingsdienst in Utrecht.
In die jaren was hij ook landelijk secretaris van de Vereni
ging van Technisch Ambtenaren van het Kadaster.
Op 1 november 1950 trad hij als technisch ambtenaar in
dienst van de gemeente Apeldoorn. In die uitgestrekte,
zich snel ontwikkelende gemeente met veel behoefte aan
goede kaarten, wachtte Ashouwer een nieuwe uitdaging.
Met aanvankelijk eenvoudig, deels antiek, instrumenta
rium moest hij aan de slag, maar in 1980 zou de raad
zonder morren akkoord gaan met de aanschaf van een
computergestuurde tekenautomaat voor de landmeet
kundige afdeling. Met zijn grote inzicht en organisatie
talent had hij zijn afdeling, die een voorbeeld werd van
landmeetkundige vernieuwing op gemeentelijk niveau,
omhooggestuwd.
Wellicht geïnspireerd door het baanbrekende werk van
de hem uit zijn Haagse tijd persoonlijk bekende Scher-
merhorn, werd Ashouwer een strijder voor de toepassing
van de luchtfotogrammetrie bij de kaartvervaardiging
in bebouwde gebieden. Het monitoren van grondwater
standen werd één van zijn specialismen en hij voorzag
Apeldoorn niet alleen van een degelijke grondslag voor
de aan hem toevertrouwde kadastrale hermeting, maar
ook van een net van ondergrondse peilmeetstations. Met
zijn bouw- en waterbouwkundige kennis had hij een
brede kijk op alle zaken waarmee een landmeter in een
groeigemeente te maken kreeg, boven en onder de grond,
van grondaankopen tot dieptesonderingen.
"Spreek met Ashouwer en het komt in orde", was al in de
jaren zestig motto bij Gemeentewerken Apeldoorn. Zo
speelde hij een belangrijke rol bij de aanleg van de ijkba-
sis op de Loenermark midden jaren vijftig door de Rijks
commissie voor Geodesie, en bij de reconstructie van de
17e-eeuwse tuin achter paleis Het Loo in de jaren zeventig
en tachtig.
Ashouwer stond bekend om zijn
nauwgezetheid van werken: pre
cisie in plaats en tijd, een eigen
schap die door hen die daar
anders over dachten, niet altijd
werd gewaardeerd. Nauwkeurigheid was voor hem het
visitekaartje van de landmeter, en afspraak was afspraak.
'Perfect' was een woord dat hij vaak gebruikte. Perfectie
was voor hem echter niet altijd uiterste precisie en volle
digheid; hij was ook een pragmaticus: luchtfotogramme
trie als het niet om centimeters ging en geen achtergevels
inmeten om het straatmeubilair in kaart te brengen.
Ashouwer was in de eerste plaats een man van de prak
tijk, een doener. Onderwijzen kon hij niet laten: na zijn
vervroegde uittreding in 1983 (na tweeënveertig jaar
overheidsdienst) bleef hij docent en examinator bij de
opleidingen van PBNA en SBW. Ook anderszins bleef hij
betrokken en actief. Voor de Stichting Werkgroep Kadas
trale Atlas Gelderland coördineerde hij het vele teken
werkvoor de uitgifte in de jaren 1997-1998 van de kadas
trale minuutplans van Apeldoorn en Beekbergen, en bij
het Duitse kasteel Anholt verzorgde hij ontwerp en aan
leg van enkele tuinen.
Ashouwer was ook buiten de landmeetkunde een maat
schappelijk geëngageerd man. Hij was een actief gerefor
meerd kerkbestuurder en als voorzitter van de afdeling
Apeldoorn van de AR-partij, mede-oprichter van het plaat
selijke CDA. Zijn onderwijsachtergrond zette hij in voor
diverse schoolbesturen. In alles wat hij deed, was hij een
inspirerend voorbeeld van werklust en plichtsbesef. Veel
eisend, maar in de eerste plaats van zichzelf.
Ing. Petrus Johannes Ashouwer werd op 15 oktober 2002
aan de Soerenseweg te Apeldoorn begraven, op de plaats
waar hij - reeds ernstig ziek - begin 2001 geheel onver
wacht zijn echtgenote te rusten had moeten zien leggen.
Met hem verloor Apeldoorn een markante persoonlijk
heid, die met raad en daad had geholpen het dorp uit te
bouwen tot een stad die in de jaren zeventig ook de
hoofddirectie van het Kadaster zou huisvesten.
De landmeetkunde verloor een met recht geachte col
lega.
L. Aardoom
GEODESIA 2003-1