rijstroken en een vluchtstrook gaan. In de figuur is te zien Fig. 10.
dat de meettijd bij laserscanning beduidend korter is. Op- Digitale foto met
gemerkt dient te worden dat in de genoemde meettijd bij doorrijhoogten.
de tachymetrische meting zowel de punten op het wegdek
als op bet object eenmaal zijn aangemeten en er dus in de
beschrijving van het wegdek door vier punten en het ob
ject door twee punten geen sprake is van overtalligheid en
een gecontroleerde meting. Bij laserscanning worden weg
dek en object door vele punten beschreven. Indien er met
de reflectorloze tachymeter een gecontroleerde meting
moet plaatsvinden, kost dit twee keer zoveel meettijd. De
reductie in meettijd neemt toe naarmate objecten com
plexer worden. De tijd voor de verwerking van de meting
tot doorrijhoogten lag voor beide technieken ongeveer
gelijk en bedroeg zo'n vijftien minuten per portaal per
rijrichting.
De met laserscanning bepaalde doorrijhoogten zijn vergele
ken met de tachymetrisch bepaalde doorrijhoogten met het
volgende uitgangspunt:
de standaardafwijking van de doorrijhoogte bij een tra
ditionele meting met behulp van een reflectorloze tachy
meter ot is 1 cm (bepaald uit proefmetingen);
de standaardafwijking van de doorrijhoogte bij een me
ting met behulp van de laserscanner oc wordt geacht
niet slechter te zijn dan 1 cm (aan te tonen).
De toegestane standaardafwijking at< van het verschil tus
sen beide metingen volgt dan uit de voortplantingswet van
varianties en bedraagt 1,4 cm. Deze waarde is als toetsings
norm gebruikt. Er is getoetst of het gemiddeld verschil tus
sen beide meetmethoden gelijk is aan nul en de stan
daardafwijking van de lasermetingen voldoet aan de gestel
de eis.
Fig. U.
Meetploeg
DelftTech (boven)
en meetploeg MD
(onder).
Het volgende is geconstateerd:
het gemiddeld verschil bedroeg - 0,1 cm; de standaardaf
wijking van dit gemiddelde bedroeg 0,2 cm; de toets-
grootheid bleek kleiner dan de kritieke waarde (bij 1%
onbetrouwbaarheidsinterval), waaruit kan worden ge
concludeerd dat het gemiddeld verschil niet significant
afwijkt van nul;
de standaardafwijking van het ver
schil bedroeg 1,2 cm; de F-toets-
grootheid was kleiner dan de kritie
ke waarde (bij 1% onbetrouwbaar
heidsinterval), waaruit kan worden
geconcludeerd dat de standaardaf
wijking van het verschil niet groter
is dan 1,4 cm; onder de aanname
dat de standaardafwijking van de
tachymetrische metingen 1 cm is,
volgt hieruit dat de standaardafwij
king van de lasermetingen niet gro
ter is dan 1 cm.
De lasermetingen voldeden dus aan de
gestelde eisen.
In vergelijking tot reflectorloze tachyme
trie is laserscanning beter inzetbaar bij
een hoge verkeersintensiteit. Daar waar
bij laserscanning de verstoring van het
verkeer in de laserdata eenvoudig kan
worden uitgefilterd, wordt bij tachyme
trie bij het aanmeten van een selectief
aantal punten op het wegdek de afstand
meting geregeld door het verkeer ver
stoord, waardoor afstandmetingen soms
meerdere malen moeten worden uitge
voerd. Hierdoor heeft de verkeersinten
siteit grote invloed op de meettijd. Als ge
volg van toenemende drukte op de we
gen krijgt men soms enkel toestemming
's nachts te meten. In tegenstelling tot la
serscanning zal bij tachymetrie een
nachtmeting mogelijk meer inspanning
vergen, aangezien het moeilijker zal zijn
het laagste punt van een object te lokali
seren en aan te richten.
5396mm
5312 mm
5227mm
Nauwkeurigheid
Voordelen ten opzichte van
reflectorloze tachymetrie
GEODESIA 2003-6