Nederlandstalige geo-periodieken
332
Bijna 30 titels in 2003
Adri den Boer,
redacteur.
Utrecht omvat de faculteit Geo-weten-
schappen zowel Aardwetenschappen
als Ruimtelijke wetenschappen. De
nieuwe vereniging GIN - ontstaan uit
verenigingen van geodeten en karto-
grafen - oogt het hardst in de afbake
ning van het domein 'Nederland'.
'Geo-informatie' is nog steeds
wat heet een 'ill defined con
cept'. Het is een relatief nieuw
trefwoord, dat zich de laatste
vijftien jaar ontwikkelde voor
een vooral technologisch werk
veld. Dit gebeurde als vervolg op
het internationaal aanslaan van de
Engelstalige term Geographic Infor
mation System, gemakkelijk vertaal
baar in Geografisch Informatiesysteem
(GIS). Geo-informatie verdrong in
Nederland de term Vastgoedinforma
tie. Het was geografen niet onwelkom
dat hun vakgebied weer leek verruimd
tot alle geo-wetenschappen en dus in
clusief bijvoorbeeld geodesie en geolo
gie, en zogenaamde tussendisciplines
als geofysica en geochemie [1], In het
kader van GIN en bijvoorbeeld het
Bsik-programma 'Ruimte voor Geo-in
formatie' lijken geologen niet te horen
bij 'geo-informatie in de meest brede
zin van het woord'. Zo is binnen GIN
geen sprake geweest van deelname
door de Nederlandse Geologische Vere
niging, en worden binnen genoemd
programma slechts acht 'geo-profs'
onderscheiden en mankeren ook daar
in dus de bij meerdere Nederlandse
universiteiten presente geologische en
geotechnische leerstoelen. Hetzelfde
geldt voor een recent overzicht van
Nederlandse geo-organisaties [2], In de
tabellen van deze bijdrage worden
puur geologische en geotechnische
uitgaven genegeerd. Pro memorie zij
vermeld dat er een gezamenlijke
Nieuwsbrief is van het Koninklijk
Nederlands Geologisch Mijnbouwkun-
dig Genootschap, het NWO-gebiedsbe-
stuur voor aarde en levenswetenschap
pen en de Kring voor Toegepaste Fysi
sche Geografie. De historische compo
nent leidde in de laatste decennia
binnen het domein wat nu de geo-in-
Enkele
geo-rcla tieperiod ieken.
Communicatiedoelgroepen binnen de Nederlandstali
ge wereld van de geo-informatie worden bediend
door diverse media, waarvoor een objectief classifica
tiemodel ontbreekt. Een hierbij gekozen indeling is die in
vaktijdschriften, relatieperiodieken en personeelsbladen/
huishoudelijke organen. Hoewel de laatstgenoemde perio
dieken doorgaans in 'controlled circulation' verschijnen,
als grijze literatuur worden gezien en een ISSN-nununer
missen, zijn ze ook relevant voor het monitoren van de ont
wikkelingen binnen het vakgebied. Een overzicht anno
2003 is relevant. Dit onder andere vanwege reorganisatie
binnen het Nederlandse deel van het Nederlands taalgebied
door de start van de nationale vereniging GIN met straks
een nieuw tijdschrift, en vanwege de uitgave van een nieuw
commercieel tijdschrift GIS Magazine in dit marktsegment.
Uiteraard zijn aanvullingen op deze eerste inventarisatie
welkom.
Bij het opstellen van een overzicht van Nederlandstalige
geo-periodieken wordt node een begrenzing van het vakge
bied geo-informatie gemist. Bijvoorbeeld bij de Universiteit
Nieuwsbrief
GIS-Vlaanderen
Het CRAB-project
GEODESIA 2003-9