Cursus Historische Kartografie aan de Universiteit van Utrecht site en de daarbijbehorende structuur en mogelijkheden voor alle in de CLGE deelnemende landen. Expliciet werd erop gewezen dat de instanties en or ganisaties van de deelnemende landen zelf verantwoordelijk blijven voor de actualiteit en kwaliteit van hun eigen website, omdat verwacht wordt dat de CLGE-site en de daarbijbehorende links op Europees niveau vaak zullen worden bezocht. Tevens werd de nodige aandacht be steed aan het thema promotie van het vakgebied. Gedacht wordt een 'CLGE Flyer' uit te geven. Hoewel als potentië le markt gedacht wordt aan de over heid en de zogenaamde 'decisionma kers', is het nog niet helemaal duide lijk, waar, hoeveel en hoe de brochure moet worden uitgegeven en is het zo doende in dit stadium moeilijk de kosten daarvoor te calculeren. Verder werd bekend dat Slovenië toch zal toetreden als lid van de CLGE. Na de middagpauze vond een geza menlijke sessie plaats van de CLGE en de GE, die vertegenwoordigd werd door voorzitter Dr. Otmar Schuster. Te vens werd mevrouw Dr. Maria Berger welkom geheten als gast. Zij is lid van het comité van juridische zaken en de internationale markt binnen het Euro pees Parlement. Gezamenlijk met haai en Dr. Schuster werd over het thema van de wederzijdse erkenning van de beroepskwalificaties in de EU gediscus sieerd, het niveau van de opleidingen en het gewicht van de daarbijbehoren de titels. Mevr. Berger gaf aan dat dit thema ook binnen het EU-parlement de volle aandacht heeft en de discussie met haar gaf toch wel de algemene in druk en voldoende informatie dat, ook als het nog een lange weg zal zijn, mo gelijkheden tot harmonisatie op Euro pees niveau aanwezig zijn. In de te ver wachten vervolgdiscussies zou de pro blematiek van het nieuwe opleiding systeem (Bachelor of Engineering, Bachelor of Science en Master of Scien ce aan de TU Delft) zeker ook bespro ken kunnen worden. Als hoofdthema van de bijeenkomst kwam het invoeren van de nieuwe sta tuten nogmaals aan de orde; door deze nieuwe statuten wordt een nieuwe structuur geschapen voor het bestuur. Het ligt in de verwachting dat gedu rende de bijeenkomst in oktober in Londen deze statuten worden geratifi ceerd en geïmplementeerd. Het be stuur zal dan behalve uit de voorzitter, de secretaris en de penningmeester, bestaan uit drie vice-voorzitters. Het Standing Comitee wordt opgeheven en er zullen werkgroepen worden gedef inieerd, vergelijkbaar met de VNBG- clusters. Daar er binnen het Standing Comitee, conform de nog geldende ou de statuten, twee aftredende leden wa ren, werden er voor de komende perio de tot oktober door de algemene verga dering twee nieuwe leden voor de ver schillende regio's gekozen. Het Stan ding Comitee is nu als volgt samen- ge steld: Noord-West Europa; Martin Coulson (UK); Noord-Oost Europa: Seija Vanhanen Finland); West-Europa: Mark Wijngaarde (Nederland); Midden-Europa: Rudolf Kolbe (Oostenrijk); Zuid-Europa: Emmanuel Ouranos (Griekenland). Dit nieuwe Standing Comitee heeft op 5 juli jl. vergaderd in Amsterdam. Niet vinden alleen in Nederland een fusie en naamsverandering plaats tus sen verschillende vakverenigingen, ook in Zwitserland wordt de naam van de Schweizerische Verein für Vermes- sung und Kulturtechnik omgedoopt in het korte, maar krachtige GeoSuisse. In Lausanne zal de EPF (Erdgenossische Polytechnische Fachhochschule) haar academische opleiding in Geodesie be ëindigen. De gedelegeerden van de CLGE worden in oktober verwacht op de herfstbij- eenkomst in Londen, waar de RICS als host zal optreden. Informatie: www.vugth.cx/clge, j.anne- veld@fugro-inpark.nl of mrwijngaarde @compuserve.com. Studenten kartografie aan de Univer siteit van Utrecht volgen in het ko mend najaar als bijvak Historische Kar tografie. Aan de hand van oude karto- grafische documenten (voornamelijk kaarten en atlassen) verwerven de stu denten inzicht in de ontwikkeling van het verzamelen, visualiseren en ge- bruiken van geografische informatie in de Nederlanden. Omdat het raak vlak van de historische kartografie met andere vakgebieden en weten schappen zeer groot is, wordt vooral ook aandacht besteed aan de wijze waarop dergelijke oude kartografische documenten op een verantwoorde wij ze voor historische bewijsvoering kun nen worden toegepast en hoe dit bron- nenmateriaal volgens internationale standaarden moet worden omschre ven. Voor belangstellenden bestaat de mogelijkheid deel te nemen aan dit bijvak in de vorm van een cursus Histo rische Kartografie. De volgende onder- werpen komen aan bod: algemene introductie in de geschie denis van de kartografie; geschiedenis van de Nederlandse kartografie; verschillende karte- rings- c.q. kaarttypen; institutionele kartografie; karte- ringsgeschiedenis van het Neder landse grondgebied; commerciële kartografie; marktge richte vervaardiging van ruimte lijke informatie in de vorm van kaarten, atlassen en globes; maritieme kartografie; zeemansgid sen en zeeatlassen, Nederlandse bij drage aan de ontdekkingsgeschiede nis; weergave van thematische informa tie; 20ste-eeuwse ontwikkelingen; toepassing van oude kaarten bij historisch onderzoek; excursies naar kaartencollecties in archieven en bibliotheken. GEODESIA 2003-9

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 2003 | | pagina 42