Tweede Kamer akkoord met
fusie Kadaster-TDN
Op donderdag 4 september 2003 heeft de Tweede
Kamer ingestemd met het wetsvoorstel "Wijziging
van de Kadasterwet en de Organisatiewet Kadaster (aan
passing van doeleinden en taken van de Dienst voor het kadaster en
de openbare registers)", waarin de overheveling van de taken
van de Topografische Dienst naar het Kadaster wordt gere
geld. De Kamer had er geen behoefte aan om het wetsvoor
stel plenair te bespreken, en het voorstel is zonder stem
ming aangenomen. Daarmee is de fusie van Kadaster en To
pografische Dienst vrijwel zeker geworden: als de Tweede
Kamer dit voorstel niet omstreden vindt, dan ligt het voor
de hand dat de Eerste Kamer ook zonder problemen ak
koord zal gaan. Als de Eerste Kamer het wetsontwerp nog
dit jaar afhandelt, kan de fusie per 1 januari 2004 formeel
een feit zijn.
De inhoudelijke bespreking van het wetsontwerp had al
eerder plaatsgevonden in de vaste kamercommissie voor
Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer
(verslag van 31 maart 2003). In het al
gemeen konden de commissieleden
zich vinden in het ontwerp, zij het met
een aantal kanttekeningen. De PvdA-
leden 'spraken de hoop uit' dat het Mi
nisterie van Defensie altijd de moge
lijkheid behoudt om direct de beschik
king te krijgen over de benodigde ge
gevens zodra daar behoefte aan is. De
SP vroeg zich zelfs af of het niet ver
standiger zou zijn om de productie
van de 'militaire lagen' uit de taak van
de Topografische Dienst te halen; bo
vendien vond de partij dat de Minister
van VROM niet verantwoordelijk gemaakt kon worden voor
de productie van militaire informatie. De nieuwe gebrui
kersraad kon op brede instemming rekenen, al zag het CDA
de meerwaarde van twee kamers niet in. Over de verbreding
van de doelstelling van het Kadaster met 'de bevordering
van een doelmatige geo-informatie-infrastructuur' kraak
ten zowel het CDA als de SGP enkele noten. Zo vond het
CDA de wetstekst wel erg ruim geformuleerd, terwijl de me
morie van toelichting beperking aangeeft. De SGP consta
teerde dat het begrip geo-informatie-infrastructuur een
veelomvattend begrip is, en vroeg de minister of de strek
king van deze bepaling uitdrukkelijk niet verder gaat dan
overeenkomt met de onderbrenging van de TDN bij het Ka
daster. Ten aanzien van de marktactiviteiten vroeg de PvdA
zich af welk mechanisme bepaalt of deze dienstverlening al
dan niet wordt verzorgd, en welke
waarborgen er zijn dat dit de uitvoe
ring van de primaire taken niet belem
mert. Naast deze punten werden nog
opmerkingen geplaatst over onder
meer de financiële aspecten, overleg
met gemeenten, en de privacy van ge
gevens.
De beantwoording door de Minister
van VROM bestond uit ruim acht pagi
na's toelichting en verduidelijking. De
positie van Defensie is genoeg gewaar
borgd, marktactiviteiten zullen alleen
plaatsvinden als er ruimte voor is, de
gebruikersraad is vooral om pragmati
sche redenen zo ingekleed, en aan de
rol van het Kadaster bij de coördinatie
van de geo-informatie-infrastructuur
'kan geenszins' de conclusie worden
verbonden dat de ambtelijke onder
steuning voor de coördinerende rol
van VROM bij het Kadaster komt te lig
gen; per 1 januari 2003 wordt die
ondersteuning verzorgd door de direc
tie Informatiemanagement en Organi
satie (DIO) van VROM. In een nota van
wijzigingen worden vele punten en
komma's in het wetsontwerp aange
past. Ook de nieuwe bepaling dat de
'geografische gegevens worden gehou
den aan een door het bestuur van de
Dienst [=het Kadaster] te bepalen kan
toor' is niets meer dan een aanvulling
op art. 4 van de Kadasterwet, waarin
datzelfde wordt bepaald voor de ka
dastervestigingen. Maar op geen enkel
inhoudelijk punt heeft het commen
taar van de kamercommissie tot wijzi
gingen in het ontwerp geleid.
Voor een bespreking van het wetsont
werp zie Geodesia 2003, no. 3, p.136-
137. Alle Kamerstukken (inclusief het
inmiddels bij de Eerste Kamer inge
diende gewijzigde wetsontwerp) zijn
te vinden op www.overheid.nl, onder
kamerstuknummer 28748.
Ad van der Meer,
redacteur.
GEODESIA 2003*10