diersoort, een vogel tussen de zoogdieren. Vandaar dat zijn werk en zijn stijl bij zonder bedrieglijk zijn. Wie ze benadert met de conventio nele maatstaven van de letter kundige landmeter kan niet anders dan een twee-dimen sionale beschrijving leveren van een drie-dimensionaal fe nomeen. Om te beginnen is het onmogelijk om hem op de gebrui kelijke wijze te compartimenteren: zijn 'leven' in één hokje en zijn 'werk' in een ander. Hij is ondeelbaar; zijn leven is deel van zijn werk, eerder nog dan omgekeerd.» Lallende landmeter In voorafgaande eeuwen is het veelvuldig bukken en knielen bij het gebruik van meetkettingen en meetbanden geassocieerd met onderdanigheid, om niet te zeggen met laag-bij-de-gronds optreden, laag begripsvermogen, of zelfs het ontbreken van een gevoel voor mystiek en het Hogere. Dit laatste bedoelt de gereformeerde theoloog Klaas Schilder waarschijnlijk in het ar tikel Over ware en valsche mystiek in het weekblad De Reformatie (1928): «daar om moet de schoolmeester zijn congé hebben, opdat de opperste wijs heid het afdoende schoolmeester schap over de ziel uitoefene, zóóveel voet boven den beganen grond, waar de critiek is, en waar de landmeter en de weerkundige, en al die lastige, klei ne menschen van laag begrip, vertoe ven.» In stedelijk gebied is het lopen (van gevel naar gevel) van de landme ter in verband gebracht met de zwal kende gang van een dronkaard. In de rijkdom van de volkstaal zijn derge lijke associaties in ruime mate terug te vinden. Zo vermeldt het woordenboek [9] het gezegde «Iemand landmeter ma ken» met de toelichting 'hem zandrui ter maken, op den grond werpen (ook figuurlijk).' Een uitgebreider variant komt voor in het spreekwoordenboek [10]: «Die Hans meent te wezen in alle straten, wordt wel door een Hansje uit den zadel geworpen, en landmeter ge maakt.» Het lijkt er op dat de kern van deze gezegdes is blijven bestaan, bij voorbeeld op de Vlaamse internetpagi na 'dirigent' met een commentaar op een recensent: «Hoe vreselijk moet de ze man z'n leven zijn: moeten recense- ren zonder ooit eens oprecht ge raakt te worden. Tijd voor een carrièrewissel? Landmeter lijkt me wel wat voor hem.» In het woorden boek [9], maar dan met een meer schertsende ondertoon, zien we: «Hij speelt den landmeter» met de verkla ring 'men zegt dit van den dronkaard, als hij zwaaijende langs de straat gaat.' Het zelfde is bedoeld met «De straat meten» en met «Den weg rooijen.» deze kritische Tegenover gezegdes Hij speelt den landmeter. staan echter vele uitingen die getuigen van het respect voor de landmeter en zijn vakgebied. Bijvoorbeeld een uitspraak in Het Slot [7] tegen de landmeter K.: «Wie zou u er uit durven gooien, meneer de landmeter," zei de burgemeester.» Uit de zelfde bron blijkt het respect van een bode en de bei de meetassistenten voor de landme ter: «Meneer de landmeter, meneer de landmeter!" riep iemand door het straatje. Het was Barnabas. Adem loos kwam hij er aan, maar hij vergat niet voor K. een buiging te maken. Op de tapkast zaten zijn beide assistenten, wat katterig, maar vrolijk; het was de vrolijkheid die voortkomt uit trouwe plichtsbetrach ting.» De Vlaamse schrijver Stijn Streuvels [8] introduceert in De teleurgang van de Waterhoek (1927) de landmeter als een anonieme en zwijgende autoriteit. Tegen de wil van de plaatselijke bevolking is de overheid van plan om de Water hoek te ontsluiten door het bouwen van een brug over de Schelde. «De landmeters verrichten hun bezigheid zonder opkijken. In zijn beslommeringen had de landmeter nog niet eens naar de omstanders opgekeken, hen geen blik ge gund - hij deed maar alsof er geen mens omtrent was. Het feit dat de landmeter het had gewaagd zonder gendar mes af te komen, zagen zij als een roekeloze uitdaging aan. Zonder spreken, en zonder bij die ontmoeting enig kwaad inzicht te veronderstellen, stapte de landmeter met zijn bedienden naar de boot toe om over te varen.» Overi gens, als de verpersoonlijking van het overheidsgezag wordt de landmeter door de mannelijke hoofdpersoon ver moord. Voorlopige conclusies Wat is tot nu toe de uitkomst van de literaire speurtocht; wat is het wezen van de landmeter en zijn vakgebied? 1. In de negentiende en het begin van de twintigste eeuw bestond over de landmeter een overwegend negatief beeld in literatuur en gezegdes. 2. Hedendaagse schrijvers schetsen vaak een ordelijke en betrouwbare ambtelijke landmeter. Enige verwijzing naar een geodeet, een maatvoerder of een geo-informati- cus is niet gevonden. De lcartograaf is in dit artikel goed deels buiten beschouwing gelaten. 3. De professionele waarneming van de landmeter is be perkt en eenzijdig. Als een schrijver die waarneming pro jecteert op het karakter van een individu of een beroeps groep, ontstaat veelal een karikatuur: een rechtlijnig, conformistisch, onzekerheden mijdend, formalistisch, GEO-INFO 2004-2

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Geo-Info | 2004 | | pagina 37