welk werkniveau moeten haar inhoude lijk kunnen interpreteren? Bedrijfseconomisch: welke kosten en middelen (organisatie en infrastruc tuur) zijn nodig om de boodschap zo danig samen te stellen dat zij tegen minimale kosten 'verpakt en getrans porteerd' kan worden? Informatievoorziening wordt helaas nog steeds gelijkgesteld aan ICT en dus voornamelijk beoordeeld op 'tech nisch' succes. Wanneer we informatie voorziening over de volle breedte, en dan met name op zijn bedrijfsecono mische effecten willen beoordelen, treffen we binnen menige gemeente nog een windstille, braakliggende vlakte aan. Ten onrechte, want effec tieve interne en externe informatie voorziening leidt tot kwalitatief betere diensten en producten die met kortere doorlooptijden door minder mensen tegen lagere kosten geleverd kunnen worden, en vormt de springplank voor een echte elektronische overheid. Een echte elektronische overheid resul teert hoe dan ook in kostenbesparing; dat is misschien niet het doel, maar wel het gevolg van e-ontwiklcelingen. In een tijd van bezuinigingen zou dit onderwerp dus op geen enkele college agenda mogen ontbreken. Terugkij kend naar de periode waarin en de in tentie waarmee ICT in de jaren '80 binnen gemeenten van start gegaan is, moeten we constateren dat we toen geen weet hadden (en konden hebben) van voortrajecten die eerst hadden moeten worden doorlopen. Waar auto matisering, informatisering en archi tectuur zich bezighouden met techniek en technologie gaat het bij gegevens, informatie en informatievoorziening om vakinhoudelijke en organisatori sche expertise. Informatievoorziening is een complexe, concernbrede aangele genheid waar informatiebeleid aan ten grondslag moet liggen. "Informatie is niet facilitair aan (primaire) processen, maar maakt er deel van uit. Dat vergt meer dan operationele effectiviteit; het vergt reflectie, visie, beleid en strategie" (Bron: Informatiewetenschap en informatie maatschappijde Vuist, februari 1996). Vanaf maart staat op www.mij napel doorn.nl een demo waarin voorbeel den worden gege ven van geïnte greerde actuele in formatie voor de medewerker en in formatie op maat voor de burger. Informatiebeleid beschrijft in (hopelijk) begrijpelijk Neder lands welke bijdrage informatievoorziening moet leveren aan een efficiënte bedrijfsvoering door aan te geven hoe de organisatie aan zijn interne en externe informatiebehoef ten wil (gaan) voldoen. Dit beleid moet twee belangrijke bij lagen bevatten: ten eerste de kaders voor een informatie model en daarnaast een meetlat. Het informatiemodel be schrijft de vormen waarin informatievoorziening zich moet kunnen manifesteren en waar, hoe, wanneer en onder wel ke omstandigheden deze verschijningsvormen voor de or ganisatie beschikbaar moeten zijn; 'mijnapeldoorn' is de aanzet voor zo'n informatiemodel. De meetlat is nodig om de realisatie van het beleid objectief te kunnen beoordelen en waarderen omdat het doorgaans via een breed scala aan losse projecten wordt uitgevoerd. Een onderscheid tussen een gemeentelijk intra- en internet is weinig zinvol: beide worden bij een goede informatiear chitectuur immers gevoed vanuit dezelfde, interne gege vensbronnen. Ook in termen van techniek en technologie hebben we het over volstrekt identieke media. Het onder scheid zit in de verschijningsvorm: welke gegevens worden wanneer, waar, voor wie, onder welke omstandigheden en in welke vorm zichtbaar? Bij intranet is dat de eigen, inter ne organisatie. Op internet zijn dat alle individuele burgers van de gemeente en belanghebbenden en belangstellenden van buiten de gemeente. Op beide media hebben we zowel te maken met personen die over inhoudelijke expertise be schikken als met personen met een globalere belangstel ling, kennis en betrokkenheid. Belangen en interessegebie den variëren bovendien sterk per persoon. Een éénvormige benadering van 'de interne organisatie' en 'de burger' lijkt dan ook weinig succesvol. Individuele, persoonlijke infor matievoorziening sluit veel beter aan op de behoeften van een moderne organisatie en samenleving en creëert boven dien betrokkenheid. Omdat de vernieuwing van binnenuit moet komen, ligt het voor de hand om daarmee binnens huis een start te maken. Met een pro-actief intranet is de stap naar internet een peulenschil. De elektronische over heid openbaart zich in eerste instantie intern, op intranet. Gemeenten zijn informatieverwerkende organisaties bij uitstek. Nagenoeg de hele bedrijfsvoering bestaat uit werk processen en -procedures waarin het opzoeken (en vinden), interpreteren, valideren, schiften, combineren en opnieuw weergeven van gegevens een steeds zwaarder beslag legt op de daarvoor beschikbare formatiecapaciteit. Als gevolg daarvan stijgen de kosten van eindproducten die in deze werkprocessen moeten worden opgeleverd: beleid en be sluitvorming, interne en externe diensten en interne en externe producten. Een ambtenaar besteedt per dag ge middeld vijf uur aan het organiseren van zijn eigen infor matievoorziening (bron: VNG); per honderd ambtenaren hebben we het op jaarbasis over een slordige zes miljoen eu ro. Deze tijd is gecamoufleerd met termen als archiefonder zoek, dossiervorming, (afstemmings)overleg en vooral: 'af handeling'. Een vertaalslag van formatiekosten naar infor- GEO-INFO 2004-3 Intra- en internetten: waar staan we, informationwise?

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Geo-Info | 2004 | | pagina 7