aardwetenschappen: klimaat, geologie
en tektoniek, geomorfologie, bathyme-
trie, bodem en vegetatie, geofysica, zee
stromen en dierkunde. Op sociaal-eco
nomisch gebied zijn er kaarten van de
economie, demografie, etnografie, taal,
ziekten, verkeer en delfstoffen. Al met
al waren er ongeveer tweemaal zoveel
kaarten met fysische onderwerpen als
met sociaal-economische. Voor veel the
ma's was de opname in PGM de eerste
maal dat ze überhaupt werden gevisua
liseerd. Dat gold bijvoorbeeld voor iso-
lijnen van gelijke sneeuwhoogte of van
gemiddelde wintertemperaturen (iso-
cheimen) of voor diagrammen van ge
middelde windrichting. En was het niet
de eerste publicatie daarvan, dan was
het zeker de meest gezaghebbende.
Andere voorbeelden zijn neerslaglcaar-
ten, kaarten van zeestromen, sprink
hanen en aardbevingen. Bij de laatste
was er nog sprake van een Europacen-
trisch gezichtspunt, en dat verhinder
de het ontdekken van thans bekende
begrippen, zoals de zogenaamde Ring
of Fire rond de Pacific. Langs alle
kusten van de Pacific komen behalve
aardbevingen ook vulkanen voor, en
de Ring of Fire is pas ontdekt met kaar
ten die op de Pacific waren gecen
treerd. Dat Europacentrische gezichts-
Fig. 2. punt blijkt natuurlijk vooral uit de isochronenlcaart (een
De beroemde kaart met lijnen die punten verbinden die in een gelijke
klimaatkaart van reistijd bereikt kunnen worden) in het tijdschrift, die op de
Koppen in PGM reistijd naar Berlijn gebaseerd was.
van 1918.
Niet alleen Duitse ontdekkingsreizigers publiceerden in
PGM; hetzelfde gold voor beoefenaren van de aardweten
schappen en de geografie uit andere Europese staten. Ook
voor hen was het prestigieus hierin hun bijdragen geplaatst
te krijgen. In het tweede nummer (1857) slaagde onze land
genoot J. Kuyper er in een artikel en kaarten opgenomen te
krijgen met statistische gegevens over Nederland. Er was
toen nog geen geografisch tijdschrift in ons land. Hoewel
nog niet erg gedetailleerd, want op provincieniveau, is het
de eerste serie sociaal-economische kaarten van ons land.
Zes jaar later gaf Kuyper de eerste thematische atlas van
Nederland, de Natuur- en Staathuishoudkundige atlas van Neder
land in ons land uit (Leiden: Noorhoven van Goor 1863). We
kunnen dit als een vingeroefening beschouwen. Het artikel
in PGM noch de atlas hebben echter veel impact gehad op
de schoolatlassen, noch op de wetenschap want reguliere
series thematische kaarten van Nederland kwamen, met
één uitzondering pas na 1960 beschikbaar. Toch zijn de
kaartjes van Kuyper in PGM uiterst interessant: met zestien
kaarten wordt een karakteristiek van het land gegeven, ook
al zijn de gegevens op provincieniveau gevisualiseerd - toch
zijn ze erg informatief. In fig. 3 staan twee voorbeelden. Op
het kaartje van de industrie is, om het niveau daarvan aan
te geven, de stand van het geïnstalleerd vermogen in tien
tallen paardenkrachten per vierkante geografische mijl
aangegeven. De belangrijkste fabriekssteden zijn ook met
GEO-INFO 2004-4
PGM: een tijdschrift voor heel Europa