AmoJd Bregt Tijdens één van de practicummidda gen hoorde ilc een student tegen zijn medestudent zeggen "wat een saaie, droge kost". De studenten waren de hele middag bezig geweest met het le zen, beoordelen en opstellen van meta- informatiebeschrijvingen. Als u be denkt dat de stijl van een gemiddelde meta-informatiebeschrijving ongeveer overeenkomt met de stijl van een tele foonboek dan kunt u zich deze uit spraak goed voor stellen. Vooral het imago van "saai en droog" is een van oorzaken dat het opstellen en onder houden van meta-informatiebeschrij- vingen een moeizame aangelegenheid blijft. Over het belang van goede meta- informatiebeschrijvingen zijn we het in het geo-werkveld roerend eens, maar het daadwerkelijk bijhouden hebben we nog niet goed in de vingers. Daarnaast communiceren onze meta- informatiebeschrijvingen ook slecht naar personen buiten ons werkveld. Aan dit laatste probleem kunnen we mogelijk wat doen door aan onze fraaie geo-informatiebestanden een persoonlijke identiteit te geven. Ilc doe een poging. Ik lean me mijn geboorte nog goed her inneren. Het was op een warme, zo merse dag in 1952. Nou ja geboorte, echt geboren ben ik natuurlijk niet. Er werd besloten dat ik zou gaan bestaan, zo gaat dat met geo-datasets. De "draagtijd" van mijn moeder, de Topo grafische Dienst, was een paar jaar. Het was voor haar geen gemakkelijke periode, ilc was voor haar de eerste niet-militaire nakomeling. Mijn mili taire broeders bekeken mij eerst met de nodige argwaan. Wat moesten ze met een civiel in hun familie? Ik wist echter hun harten snel te winnen door me 'een beetje militair' te gedragen. Ilc nam bijvoorbeeld het zelfde wereld beeld over. Voor alle topografische in formatie die ik in me opsloeg, gebruik te ilc hun indeling (legenda). In sommi ge gevallen leidde dat tot wat overbo dige informatie voor mijn civiele ge bruikers, zoals veel indelingen voor wegen, dijken en struikgewas. Nuttig voor tanks en soldaten, maar ballast voor burgers. Ilc zat hier niet zo mee want een goede relatie met mijn broers was me wat waard. In het begin groeide ilc niet zo snel. Mijn 'vervellingscyclus' was 10 jaar. Ie dere 10 jaar werd de beschrijving van de topografie geheel in mijn geheugen ververst. Dat gebeurde door de topo- grafen; die fietsten heel Nederland af en controleerden de op luchtfoto's in getekende grenzen. Een mooie baan, veel buiten en vrijheid. Zelf bleef ilc meestal op kantoor liggen, netjes op geborgen in grote kasten. Zo af en toe werd ilc uit de least gehaald en werd er een filmcalque van me gemaakt. Deze klonen van mij werden in grote aantal len aan de civiele gebruikers geleverd. Ilc diende meestal als achtergrond, een zeer nuttige maar niet echt spannende rol. Naast de calques werd ilc natuur lijk ook fraai gedrukt. Ilc genoot altijd als er weer een verse stapel kopieën van me klaar was. Vooral de opdrogen de inlet vermengd met de geur van het zweet van drukkers had iets sensueels. De grootste verandering in mijn leven maakte ilc door tijdens de digitale revo lutie. Eindjaren tachtig en beginjaren negentig moest alles digitaal. Ilc kon niet achterblijven. Mijn lijnen werden voor het merendeel in Hongarije gedi gitaliseerd. Die omzetting heeft wel de nodige voeten in aarde gehad. In het begin was ilc niet veel meer dan een kaart in digitale vorm, later zijn de no dige veranderingen in mijn interne structuur aangebracht. Dat maakte me gelukkig wat meer bruikbaar voor GIS. Halverwege de jaren negentig begon ilc echt carrière te maken. Ja, ilc groeide snel. Ilc werd overal gevraagd. LNV, VenW, Provincies en vele andere orga nisaties wilden me intensief gaan ge bruiken. Ilc laat me daar overigens goed voor betalen. Het hoogtepunt in mijn loopbaan be reikte ilc, toen ilc werd uitgeroepen tot Nationaal Geografisch Kernbestand. Dat was een mooi moment! Ze vonden mij de belangrijkste van alle geo-infor matiebestanden in Nederland. Ilc lean er nog van genieten. Ilc had overigens verwacht dat ilc zou worden overladen met geschenken, maar dat viel tegen. De laatste jaren wordt er steeds meer naar mijn kwaliteit gevraagd. Alsof ilc geen kwaliteit zou hebben! Gezeur, vind ilc. Meestal doe ilc net of ilc de vraag niet gehoord heb. Maar als ze blijven aandringen, dan verklaar ilc plechtig dat mijn standaardafwijking 2,5 meter bedraagt. De gebruiker knikt dan nadenkend en stelt verder geen lastige vragen meer. Op dit moment ben ilc mijn wilde ha ren wel kwijt. Begin zelfs hier en daar wat slijtage te vertonen. De ruim hon derd personen die dagelijks met me in de weer zijn hebben besloten me een flinke facelift te geven. Ilc heb gehoord dat ze van plan zijn om mijn wereld beeld objectgericht te maken. Ilc weet niet precies wat dit betekent, maar het klinkt wel modern. Ze denken er zelfs over om geen klonen van mij meer aan klanten te verstrekken. De klanten ha len in de toekomst steeds een stukje van mij op via het netwerk. Ilc weet niet of dat wel zo'n goed idee is. Zelfs als oude, wijze man kijk ilc graag bui ten de deur. Mijn moeder is overigens dit jaar her trouwd met het Kadaster. Geheel tegen de emancipatiegolf in heeft ze ook de naam van haar man aangenomen. Ze noemt zich nu Topografische Dienst Kadaster. Het heeft ook wel wat, zo'n dubbele naam. Oh ja, ben nog vergeten me formeel voor te stellen. Mijn naam is: ToplOvector! Arnold Bregt Wageningen Universiteit Centrum Geo-informatie GEO-INFO 2004-6 I Geo-lnfo in Onderzoek en Onderwijs Een mooi geo-informatie-leven! 257

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Geo-Info | 2004 | | pagina 19