Local Ion Based Services NjiMlc Irmratf len in definiëring zijn mede het gevolg Fig. 1 van het feit dat LBS een relatief jonge De LBS paraplu. informatietechnologie is, waaraan vanuit verschillende disciplines ge werkt wordt. De actoren in de waarde keten van LBS bepalen waar het accent wordt gelegd. Ten tweede is het aan bod van LBS-diensten mogelijk gewor den door de synergie van verschillende technologische innovaties. Het alles omvattende LBS-systeem bestaat niet, maar wordt door de combinatie van verschillende componenten afge stemd op de specifieke wensen en be hoeften van een gebruiker. Hierbij zal in de toekomst worden gestreefd naar een steeds verdergaande integratie van de diverse technologische ontwik kelingen. Daarmee lean LBS gerust wor den beschouwd als een overkoepelen de term oftewel een "parapluterm" (zie figuur 1). Telecommunicatie en informatieverkeerspatronen LBS is nauw verweven met het vakge bied van de telecommunicatie. Een al gemeen geaccepteerde definitie van telecommunicatie, overgenomen door de Internationale Telecommunicatie Unie (ITU), luidt: "Any transmission, emission or reception of signs, signals, writing, images, and sounds or intelli gence of any nature by wire, radio, op tical, or other electromagnetic systems". Liberalisering speelt binnen de telecommunicatiesector een promi nente rol. De laatste twintig jaar is de telecommunicatiemarkt zich aan het omvormen van een sector, waar een monopolist volledig de dienst (en de infrastructuur) uitmaakte, naar een Fig. 2. Het lagenmodel voor marktinrichting [10] concurrerende omgeving. Om de liberalisering van de tele communicatiesector in goede banen te leiden zal een dui delijke visie op de gewenste marktinrichting gegeven moe ten worden. Deze visie dient aan de volgende uitgangspun ten te voldoen [10]: Scheiding tussen inhoud en transport; Formulering onafhankelijk van de techniek; Geen onderscheid tussen verschillen vormen van infor matietransport. Op basis van deze uitgangspunten is een functioneel model voor marktinrichting en -regulering van het telecommuni catieproces (het transportproces) ontwikkeld. De modellering van het telecommunicatieproces gebeurt aan de hand van een opdeling van dat proces in lagen. Het lagenmodel van Smits en de Vries [10] is onderverdeeld in twee segmenten: het transport-segment en het content-seg ment. Het transport-segment bestaat uit drie lagen: Infrastructuurdiensten leveren transmissiecapaciteit aan eindgebruikers en dienstenaanbieders. De capaciteit kan in een groot aantal vormen geleverd worden zoals via vaste en draadloze netwerken, een draadloos LAN of kabel; Netwerkdiensten zijn verantwoordelijk voor het aanbie den van diensten door het routeren van data, spraak en video "van-en-naar" de eindgebruikers. Netwerkdiensten zijn bijvoorbeeld vaste en mobiele telefonie, internet diensten en radio- en televisiediensten. Het regime voor het aanbod van netwerkdiensten houdt in beginsel geen verband met het infrastructuurregime: de aanbieders van netwerkdiensten mogen zelf de meest geschikte ca paciteitsaanbieder kiezen. Voorbeelden van netwerk diensten zijn telefonie (mobiel en vast), datatransport (mobiel en vast) en radio- en televisiedistributie; De aanbieders van diensten met toegevoegde waarde leveren aanvullingen op de standaardroutering van de aanbieders van netwerkdiensten. Zij voegen daar faci liteiten aan toe en leveren toegang tot informatiebe standen. Ook hier is er weer een verband met de vorige lagen. De standaard routeringscapaciteit wordt inge kocht bij de aanbieders van netwerkdiensten die al de meest geschikte capaciteitsaanbieder hebben geselec teerd. Voorbeelden zijn: 06-diensten, e-mail, datacasting en teletekst. W-alBLEFl C T -li Taêfriüót M:Sfbw*e nr.iLir?« -Ju TwgjiwjAi •ncrp'JliD Hbrnwfcti erêferi Individu*-* IrHnnn.*?» tótefaorgeEprisk. SMS, ~h* kïzsïïr.aLc H-asTJctur- (ftemfetn G&N'-ïliwrk. PÖÏN C. nllpnlmvn infarniHliH TV E&adrifcKfErrajfc GEO-INFO 2004-6 ^-•^rfcijiHTOlpn HÉniioiMr il St-p i

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Geo-Info | 2004 | | pagina 33