Geo-Informatie bijgehouden op basis van de revisietelcenin- gen van de lcabel- en leidingbeheerders. Het bestand is de afgelopen jaren geconverteerd en is nu digitaal; fig. 4 is een voorbeeld van deze kaart. Het bestand is binnen de gemeen telijke organisatie via een intranetviewer te raadplegen. Hiervan wordt veel gebruik gemaakt voor uiteenlopende toepassingen. Wel meldt de afdeling Geo-Informatie bij raadplegen of levering van kabel- en leidingenbestanden dat men altijd verplicht is om bij werkzaamheden proef- sleuven te graven. De afdeling kan geen verantwoording nemen voor de inhoud en nauw keurigheid van de Stedenbouwers vinden de informatie, de ge gevens zijn im- ondergrond maar gezeur" mers gebaseerd op de revisieteke ningen van de kabel- en leidingbeheerders en de gemeente is niet verantwoordelijk voor deze gegevens. Naast het digi tale bestand, bewaart de gemeente ook de oorspronkelijke revisie tekeningen, zodat in twijfelgevallen altijd kan wor den teruggegrepen op de oorspronkelijke tekening waarop meestal meer details staan. Dordrecht is blij met de aanwe zigheid van de verzamelkaart en zou deze niet graag mis sen. Amersfoort Amersfoort heeft geen eigen bestand met kabel- en leiding- gegevens. De gemeente vindt de opbouw van een dergelijk bestand te kostbaar alhoewel dit op de werkvloer als een ge mis wordt ervaren. Vooral door het nog steeds toenemend gebruik van de ondergrond ontstaat de behoefte aan een driedimensionale registratie en afbeelding. De afgelopen ja ren heeft Amersfoort de via de vergunningen uitgegeven tracés voor kabels en leidingen digitaal geregistreerd op een stadsplattegrond. Op deze wijze is vooral in de nieuw- bouwgebieden een redelijk beeld van de aanwezige kabels en leidingen; zie fig. 5. Dit bestand wordt onder meer ge bruikt bij het bepalen van de tracés van nieuwe kabels en leidingen. Fig. 5. De tracékaart van Amersfoort. Maarssen Maarssen heeft ook geen eigen bestand van alle kabels en leidingen in haar grond. Tot omstreeks 1990 vroeg de ge meente elk jaar aan de betrokken nuts bedrijven een set tekeningen met de liggingsgegevens. Hiermede had de ge meente dus de beschikking over de be nodigde informatie. De laatste tien jaar krijgt de gemeente deze informa tie niet meer en moet ze deze gegevens projectmatig via KLIC meldingen of via het coördinatieoverleg voor infrawer- lcen krijgen. De opbouw en bij houding van een eigen kabel- en leidingregistra tie is te kostbaar voor Maarssen. De Verzamelkaart Dordrecht Zoals boven vermeld is de gemeente Dordrecht in 1966 gestart met de op bouw van een kabel- en leidingre gistratie. Vroeger gebeurde dit op kaar ten 1:250, nu is er een digitaal bestand. De registratie wordt door de afdeling Geo-Informatie bijgehouden op basis van de revisietekeningen van de kabel en leidingbeheerders. Vroeger gebeur de dit door eigen metingen, dit is nu helaas te kostbaar. De kabel- en lei dingbeheerders zijn verplicht de ge meente revisietekeningen te leveren na afloop van het werk. Dit is een voor waarde in de vergunning/instemming tot het leggen van hun kabels en lei dingen. Volgens de richtlijnen moet de leidingbeheerder leveren: een teke ning op schaal 1:1.000 waarop de plaats van de uitgevoerde werkzaam heden duidelijk is aangegeven en wel ke kabels en leidingen zijn toegevoegd of verwijderd. Verder moet een teke ning 1:500 met de maatvoering wor den geleverd. Op basis van deze teke ning moet de kabel of leiding met een nauwkeurigheid van tien centimeter kunnen worden geconstrueerd. Als ondergrond moet een recente GBKN worden gebruikt. Dit is helaas bij Ene- co niet het geval, deze werkt nog met verouderde kaarten, zij is nog steeds geen afnemer van de gemeentelijke GBK, evenals de waterleidingmaat schappij WEB en de telecomprovider UPC. Deze werkwijze werkte prima tot het gemeentelijk energiebedrijf werd overgenomen door Eneco. Vooral als gevolg van de vele fusies is nu een achterstand ontstaan in het aanleve ren van revisies; Eneco moet wennen GEO-INFO 2004-7/8

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Geo-Info | 2004 | | pagina 20