Huidige problemen bij driedimensionale registratie Er zijn momenteel veel kabel- en leidingdata digitaal voorhanden bij de diverse nuts- en telecombedrijven. Deze bedrijven hebben voor hun eigen kabel- en leidingbeheer reeds diverse beheer- en manage- mentapplicaties draaien. Deze data zijn echter niet altijd direct te gebruiken voor een driedimensionaal registratiesysteem. Dit komt doordat de data op diverse manieren (met hun kenmerkende preci sie en betrouwbaarheid) zijn opgebouwd, zoals door scanning, digi talisering of reconstructie. Een belangrijk kenmerk van het registra tiesysteem dient de precisie te zijn. Bovengenoemde wijzen van op bouw van digitale bestanden hebben een precisie die loopt van enke le tientallen centimeters tot enkele meters. Een tweede probleem bij het gebruiken van de data is de manier waarop de kabel- en leiding- gegevens zijn vastgelegd. Is dit gebeurd ten opzichte van wegen of bebouwing (relatief) of ten opzichte van een coördinatenstelsel als het Rijksdriehoekstelsel (absoluut). De eerste manier kan veel pro blemen veroorzaken wanneer de infrastructuur en/of gebouwen zijn veranderd of verwijderd. Het derde probleem is het veelvuldig ont breken van een hoogteligging van kabels en leidingen. Er zijn vaak wel gegevens bekend van ontwerp of theoretische aanlegdieptes, maar ophogingen van grond, enz. zijn vaak niet in de revisie opge nomen. Deze gegevens zijn essentieel voor het opzetten van een drie dimensionaal systeem. Er zijn wel diverse meetmethoden om deze diepten vast te stellen, zoals het gebruik van grondradar, maar deze zijn arbeidsintensief en daardoor vrij kostbaar. porten zijn gepubliceerd en er enkele calamiteiten hebben plaatsgevonden, is de teneur veranderd. Uit een persbe richt, van het ministerie van Volksge zondheid, Ruimtelijke Ordening en Mi lieu (VROM) van 10 juni 2004, blijkt dat men de ordening van het ruimtege bruik onder de grond op de agenda heeft gezet. Het Centrum voor Onder gronds Bouwen heeft in het rapport "Ondergrondse Ordening, Naar een meer dimensionale benadering van be staande praktijken" [COB, 2004] gepleit voor een zelfde driedimensionale aan pak van de ondergrond als reeds ge bruikelijk is bij de bovengrond. Inte graal beheer van de openbare ruimte moet gelden voor zowel de boven als de ondergrond. Tentijde het verschijnen van dit artikel komt de Tweede Kamer Fig. 3. Het uiteindelijke resultaat dat de vermoedelijk met een beleidsstand- klant via het geo- punt over dit onderwerp. loket krijgt. |IK Helta's- Cdbeb&lïiiJnij;' I GflKM M S 1 Het geoloket is te realiseren. De problemen bij de realisatie liggen niet op het gebied van de techniek. De gevraagde ICT-toepassingen zijn reeds voorhanden en de huidige internet infrastructuur is goed bruikbaar. De grootste pro blemen worden veroorzaakt door de zeer grote diversiteit aan leveranciers. De kwaliteit van hun data en de verande rende rol van de gemeente als leverancier zullen ook pro blemen veroorzaken. Het eerste probleem is relatief een voudig op te lossen als de overheid met een juist protocol komt en hierin wil investeren. Deze investering wordt terugverdiend uit de abonnementsgelden en de betalingen voor bevragingen aan het geoloket. De overheid moet ver der de levering van data aan het geoloket binnen het pro tocol verplichten. Daarnaast zal door diverse leveranciers een inhaalslag van de kwaliteit van hun data moeten wor den gedaan. Men name kabel- en leidinginformatie is niet altijd op orde. Het tweede probleem is van een andere orde. De rol van de gemeente verandert enorm. Naast belang hebbende binnen een project wordt de gemeente hoofd leverancier van ruimtelijke informatie. De organisatie en structuur moeten hierop aangepast worden en een aparte afdeling 'geo loket' is noodzakelijk. Ook de ICT- infrastructuur en vooral bij het front office-gedeelte moet worden aange past. Niet elke gemeente is hier op ingericht en de verandering zal niet overal geheel vlekkeloos verlopen. fSE5iwnTH-q$L;irfi I Gtiönrfcraln 9nlBiuntebnHC ttafr»;hphwi De gemeente als hoofdleverancier van ruimtelijke informatie is een heel logi sche. Het grote voordeel is: één loket waar alle data verkrijgbaar is conform een vastgestelde standaard. In de hui dige situatie moet voor een project ruimtelijke informatie bij zeer veel partijen vandaan worden gehaald en deze data worden vaak in zeer diverse bestandsformaten en referentiestel sels geleverd. Een opeenstapeling en GEO-INFO 2004-9 Jfi g, 1 1 u Tl J" 1 1 I1 fcl f T 1 r 'jm M JJ «4 -r C Geoloket is haalbaar m M r#« li Oplossing is nabij als overheid investeert

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Geo-Info | 2004 | | pagina 17