lossing om inzicht in de eigendomssituatie in de derde di
mensie te vergroten. Door een mix van de twee voorgestel
de hybride alternatieven (registratie van 3D-rechts-volumes
en fysieke objecten) kan het hybride kadaster optimaal wor
den geïmplementeerd. Het hybride kadaster toonde bij de
toepassing op de casestudies nog wel enkele tekortkomin
gen. Hoe moeten bijvoorbeeld 3D-ruimtes worden gere
gistreerd die niet expliciet beschreven zijn in de akten in de
Openbare Registers? Bijvoorbeeld in de eerder beschreven
case is in de betreffende akten gedefinieerd dat gemeente
Rijswijk het recht van opstal heeft op de ruimte 'boven het
maaiveld'. Dit zou op drie manieren kunnen worden gere-
nische beperkingen weg te nemen
voordat er commerciële tools beschik
baar zijn die nodig zijn om het volledi
ge 3D-lcadaster, operationeel binnen
een Geo-Informatie Infrastructuur, te
kunnen ondersteunen. De belangrijk
ste uitkomst van dit onderzoek voor
het Nederlandse Kadaster is daarom
niet een lcant-en-klaar 3D-product.
Daarvoor zijn nog te veel technische,
maar ook juridische en kadastrale
drempels te nemen.
Fig. 5.
Twee mogelijke
alternatieven om
een recht op een
ruimte weer te geven
dat niet specifiek is
begrensd in de
bijbehorende akten.
Links: de 'ruimte
boven het maaiveld'
is beperkt tot het
gistreerd. In de eerste plaats door een 3D-rechts-volume dat straatniveau, rechts: Dat een onderzoek naar een 3D-ka-
alleen het straatniveau aangeeft (figuur 5, links), echter dit
kan ook duiden op een rechts-volume dat slechts beperkt is
de 'ruimte boven
het maaiveld' is
das ter actueel is, blijkt uit het arrest
van de Hoge Raad en ook uit het feit
tot deze ruimte. Een tweede mogelijkheid is om een 'onbe- weergegeven als een dat recentelijk bij de herziening van
grensde', niet-realistische hoogte te kiezen voor het rechts-
volume (figuur 5, rechts), wat ook niet veel duidelijkheid
geeft omdat het net is alsof er een enorm bouwwerk is ge
construeerd. Een laatste mogelijkheid is om de bovenkant
heel hoog ('niet
begrensd')
ruimtelijk object.
NB: de onderste
open te laten en de hoogte van de zijkanten zodanig te lcie- 3D-rechts-volumes
zen dat deze redelijkerwijs overeenkomt met de hoogte van
de betreffende ruimte. Maar de beste oplossing zou natuur
lijk zijn, ook in juridische zin, om de volumes wel expliciet
te beschrijven in de bijbehorende akten, vooral met het oog
op toekomstig gebruik van de niet-begrensde ruimte. Van
wie is bijvoorbeeld de ruimte die zich in deze situatie 50
meter boven het maaiveld bevindt: van de gemeente Rijs
wijk of van NS Railinfra trust en wie mag dientengevolge de
ze ruimte in de toekomst verkopen? Om ervoor te zorgen
dat de volumes duidelijk beschreven worden in akten en
bijbehorende 3D-veldwerlcen kunnen richtlijnen worden
opgesteld.
(voor de treintunnel)
bevinden zich onder
de grond.
Het Nederlandse Kadaster en 3D in de
komende jaren
De vraag is wat het Kadaster met de uitkomsten van dit
onderzoek gaat doen. Multifunctioneel ruimtegebruik
wordt steeds belangrijker en ook de manier waarop de
mens met ruimte, en dus met land omgaat, is drastisch ver
anderd gedurende de laatste 40 jaar vastgoed is aanzienlijk
gestegen in waarde. De bevindingen in dit onderzoek zou
den daarom Kadasters moeten motiveren om stappen te
zetten in de richting van het volledige 3D-lcadaster zoals dat
in dit onderzoek is gepresenteerd en geëvalueerd. Dit
onderzoek heeft de belangrijkste randvoorwaarden laten
zien en geïmplementeerd om een volledig 3D-lcadaster te
vestigen binnen bestaande en toekomstige juridische, ka
dastrale en technische kaders. Er zijn echter nog veel tech-
de gas- en elektriciteitswet uitdrukke
lijk het onroerende karakter van deze
leidingen aan de orde is geweest. Be
doeling is nu om kabels en leidingen
als onroerend goed objecten generiek
in wetgeving onder te brengen. Beide
ontwikkelingen speelden tijdens de
duur van dit onderzoek en brengen
het 3D-lcadaster een stap dichterbij.
Voor het Kadaster is het belangrijk dat
de kadastrale registratie een goed in
zicht geeft in de actuele rechtstoe
stand. Daarom zijn in eerste instantie
uit het onderzoek die aspecten van be
lang die de toegankelijkheid en visuali
satie van complexe situaties mogelijk
maken. Echter, de registratie op basis
van percelen (en leidingobjecten) zal
vooralsnog de basis voor het Kadaster
blijven. Het Kadaster zal dan ook niet
op korte termijn overstappen naar een
3D-registratie, daarvoor is de materie
te complex. Eerst is verder onderzoek
nodig gericht op technische, maar ook
juridische en kadastrale aspecten. Hoe
flexibel is bijvoorbeeld de definitie van
eigendom in Nederland? Zou het in
Nederland mogelijk zijn om volume
percelen te vestigen zonder het Burger
lijk Wetboek te veranderen? Hoe mak
kelijk is het om de kadastrale registra
tie zodanig te wijzigen dat naast perce
len en appartementen ook andere ob-
GEO-INFO 2004-9