VAN KABELS EN LEIDINGEN OPZETTEN van de centrale leidingregistratie re- Een wirwar van gelde, kwam in grote trekken overeen kabels en leidingen, met het genoemde voorontwerp. Het ook op juridisch werd echter ruim twee jaar na de in- gebied is het nog diening eind 1986 al weer ingetrok- een chaos. ken, omdat de doelstellingen van het wetsvoorstel volgens de leidingbeheer ders ook zonder wettelijke regeling via de in oprichting zijnde KLIC-organisa- tie zouden kunnen worden bereikt [Ka merstukken 1986-1987]. Dit nu is inmiddels gebleken een kost bare vergissing te zijn geweest. Hoe goed de informatievoorziening vanuit het KLIC theoretisch gezien ook is gere geld, van enige verplichting om daar aan deel te nemen is noch voor alle be heerders van leidingen noch voor alle gravers sprake. Ook overigens werkt het systeem, zoals tevens blijkt uit de onderzoeken van De Kruif, nog aller minst perfect. Het aantal schades dat jaarlijks aan de kabels en leidingen wordt toegebracht loopt in de tiendui zenden. Opnieuw is dan ook een wette lijke regeling in voorbereiding die voorziet in een verplichte informatie uitwisseling bij graafwerkzaamheden tussen grondroerders enerzijds en net beheerders en leidingeigenaren ander zijds. Tussen de ministers van EZ, VROM en V en W is hierover het nodige overleg gaande. Intussen is wel voldaan aan een ander, meer op technisch vlak liggend ver eiste voor een goede leidingregistratie, zowel op centraal als op regionaal en lokaal niveau. Dat betreft de totstand koming van de grootschalige basis- kaart van Nederland (GBKN) die in middels naast de gedigitaliseerde kadastrale kaart beschikbaar is en teza men met deze een perfecte topografi sche en juridische grondslag voor zulk een registratie is gaan vormen. Een van de eerste vra gen die in de Stu diecommissie Lei dingenregistratie van de leant van de leidingbeheerders aan de geodeten werd gesteld, betrof de wijze waarop aan deze toen al gevoelde behoefte kon worden voldaan. Claessen wijst dan ook terecht op het naschrift bij het rap port van zijn werkgroep, waarin het be- lang van uniforme grootschalige basislcaarten opnieuw naar voren werd gebracht. In feite is dit een van de belangrijkste stimulansen voor de totstandkoming van de GBKN geweest. Het valt nog altijd te betreuren dat de juridische lijn voor een centrale leidingregistratie die toen ook werd ingezet, destijds niet is doorgezet. In het vervolg van dit artikel zal deze lijn opnieuw worden opgevat. Nu aan de hand van de recente ontwikkelingen die in het eerder genoemde NJB-artilcel [de Haan 2004a] door mij zijn geschetst. Het betreft de ontwikkelingen rond de eigendom van kabels en leidingen aan de ene kant, welke ook een kadastrale leidingrechtenregistratie nood zakelijk maken, en die rond de beveili ging van ondergrondse infrastructuur bij graafwerkzaamheden aan de ande re kant, ten aanzien waarvan pleidooi en voor een centrale registratie steeds sterker worden. Naar mijn mening ligt wat het laatste betreft een samen werking tussen Kadaster en KLIC-organisatie voor de hand. De kadastrale inbreng zal daarbij tweeërlei kunnen zijn: verschaffing van eigendoms- en andere juridische gege vens met betrekking tot de leidingen, en vervaardiging van overzichtskaarten van alle leidingen gelegen in bepaald ge bied. GEO-INFO 2004-10 Ondergrondse infrastructuur een chaotische toestand 415

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Geo-Info | 2004 | | pagina 21