spin lab Curriculum UNI GIS is één van de belangrijkste onderwijsactiviteiten van het Spatial Information Laboratory (SPINlab) van de VU. Het SPINlab is Gezien de d°elgroep van de opleiding - professionals heb 9 1 A 1 4 1 J een interfacultair centrum dat zich bezig houdt met onderzoek, onderwijs en ondersteuning op het gebied van ruimtelijke informa tie. UNIGIS geeft een belangrijke impuls aan de kernactiviteiten van het SPINlab. Het SPINlab beschikt hierdoor over onderwijsmateriaal van uitmuntende kwaliteit, ook voor het reguliere GIS-onderwijs op de universiteit; over een interessant netwerk voor uitwisseling van studenten en staf; over een hoogwaardige internationaal netwerk voor het opzetten van onderzoeksprojecten in Europees of mon diaal verband; over een ideaal kader voor het realiseren van inter nationale training en onderwijsactiviteiten. Bovendien beschikt UNIGIS over een uitgebreid netwerk van studenten en alumni werk zaam in het vakgebied, zodat de relatie en binding met het werk veld altijd sterk aanwezig zijn. Het SPINlab richt zich verder op 3D-analyse en -visualisatie, mobiel en draadloos onderwijs, ruimtelijke informatie en planning, ruim telijke data-infrastructuur en location based services en applicaties. ring van leertrajecten maken het wen selijk dat studieprogramma's op per soonlijke basis moeten kunnen wor den ingevuld met een zo groot moge lijke flexibiliteit. De opzet van de UNI- GIS-opleiding is aangepast aan deze nieuwe vereisten en varieert van korte workshops op de VU in Amsterdam, tot Master of Science diploma's. Ook wat betreft het studieprofiel is meer diffe rentiatie aangebracht. Het basispro gramma van verplichte modules is teruggebracht zodat studenten meer vrije ruimte krijgen om zich in een onderwerp van hun keuze te speciali seren. De student wordt telkens tus sentijds geëvalueerd op basis van op drachten die thuis, in eigen tempo, ge maakt kunnen worden. Deze opdrach ten bestaan uit een theoretisch deel en een praktisch deel, waarin gevraagd wordt de opgedane theoretische ken nis uit een bepaalde module toe te pas sen op de eigen werkomgeving. ben immers geen tijd zich op vaste regelmatige tijdstippen vast te leggen voor het volgen van onderwijs - is gekozen voor een zeer flexibele inrichting van het afstandsonder wijs. De cursus wordt op de VU in verschillende vormen aangeboden: een éénjarige postgraduate certificaatcursus, een tweejarige postgraduate Diplomacursus en de driejarige Master of Science opleiding. Het eerste leerjaar bestaat uit vier kernmodules: een introductie tot GIS, een module over ruimtelijke data (modellen en bewerkingen), over databa ses, en over bronnen voor geo-data. Het eerste jaar wordt af gesloten met een vierdaagse workshop op de VU, waarin de deelnemers in groepen actief werken aan het uitwerken van een case study op het gebied van ruimtelijke analyse. Het tweede jaar is een specialisatiejaar waarin studenten kunnen kiezen tussen verschillende studiepaden: Geogra phical Information SystemsGeographical Information Science Geographical Information Systems Management; Geographical Information Systems Environment. Elke richting bestaat we derom uit een pakket van vier modules. Ook het tweede jaar wordt afgesloten met een vierdaagse workshop op de VU. De deelnemers aan deze workshop vertegenwoordigen bepaalde belangengroepen die elk vechten om een bepaal de ruimtelijke inrichting van een wetlands-gebied. GIS- en MCA- (multi criteria analyse) gereedschappen worden ge bruikt om de verschillende belangen tegen elkaar af te we gen. In een slotvergadering wordt het beste plan gekozen. Het derde jaar is een proeve van bekwaamheid waarin stu denten wetenschappelijk onderzoek doen dat uitmondt in een Master of Science-scriptie. De studenten zijn zeer vrij in de keuze van het onderwerp en de examencommissie van de opleiding ziet er op toe dat de gekozen onderwerpen van voldoende academisch niveau zijn. De scripties behandelen bijvoorbeeld de inzet van GIS als virtueel frontoffice' bij Nederlandse gemeenten, de kwaliteit van geo-informatie in theorie en praktijk, de geometrische component bij gebou wenregistratie, de doelmatigheid van gestandaardiseerde geografische informatiemodellen, de financiële consequen ties bij het veranderen van een bestemmingsplanproces, het nut van GIS bij bodemerosiemodellering, of de inzet van mobiel GIS in de watersector. Ook is er onderzoek ge- GEO-INFO 2005-1

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Geo-Info | 2005 | | pagina 29