cursusjaar 2004-2005 verschillende
aardobservatievakken gegeven en de
mastervariant Aardobservatie is per
september 2004 van start gegaan.
Bodemdeformatie DEOS: de afdeling Aardobservatie en
ais gevoigvan de Ruimtevaartsystemen
aardbeving in
Bam (Iran). De faculteit LR kent drie afdelingen: "Mechanics, Aerospace
Structures Materials", "Aerospace Design, Integration
Operation" en de "Department of Earth Observation and
Space systems" (DEOS). DEOS staat onder leiding van profes
sor Peter Teunissen en bestaat uit de volgende leerstoelen:
Astrodynamica en Satellietsystemen (AS), leerstoelhou
der prof. B. Ambrosius;
Systeem Integratie Ruimtevaart (SIR), dr. W. Jongkind;
Fysische, Meetkundige en Ruimte Geodesie (FMR), prof.
R. Klees;
Aerospace for Sustainable Engineering and Technology
(ASSET), prof. W. Ockels;
Mathematische Geodesie en Plaatsbepaling (MGP), prof.
P. Teunissen;
Fotogrammetrie and Remote Sensing (FRS), dr. B. Gorte
(plv.).
Aardobservatie: grote maat
schappelijke relevantie
Er zijn drie toepassingsvelden van
aardobservatie te onderscheiden:
duurzame inrichting en beheer van
onze leefomgeving (waterhuishou
ding, landinrichting, infrastruc
tuur, etc.);
verantwoorde exploitatie van aardse
hulpbronnen (zoals olie en water);
bestuderen en voorspellen van
aardse risico's (denk aan: bodemda
ling, vervuiling, aardbevingen en
zeespiegelstijging).
Aardobservatie is multidisciplinair en
maakt gebruik van een grote diver
siteit aan sensoren die zich in de ruim
te, in de lucht of op de aarde kunnen
bevinden. De verwerking van de grote
stromen gegevens is gericht op de vast
legging, het monitoren en het model
leren in ruimte en tijd van de vorm
van de aarde, de topografie (dat wat
zich op de aarde bevindt) en het zwaar-
telcrachtsveld. Daarvoor is expertise
nodig op het gebied van de gegevensin-
winning, modellering, parameter
schatting, kwaliteitscontrole en het
beheer en de distributie van de ver
kregen geo-informatie. Al deze onder
komen aan bod in het
werpen
aardobservatieonderwijs van LR.
Helikopteropname
waarin de
gedetecteerde
voertuigen zijn
aangegeven.
Aardobservatie in de bachelor
De eerste drie jaar van de opleiding wordt de bachelorfase
genoemd. De studielast wordt uitgedrukt in ects (european
credits) en in één jaar past een last van 60 ects. In het eerste
jaar van de bachelor zijn enkele colleges Aardobservatie op
genomen waarin vooral aandacht is voor remote sensing en
de maatschappelijke relevantie van aardobservatie.
In het tweede jaar worden twee basisvakken in de aardob
servatie gegeven. Dit zijn de vakken Introduction to Earth Ob
servation (4 ects) en Probability and Observation Theory (5 ects).
Verder wordt in het tweede jaar projectonderwijs gegeven
waarin verschillende aardobservatie-gerelateerde vraag
stukken door groepen studenten aangepakt worden.
Het derde jaar bestaat uit een aantal verplichte vakken en
een keuzeruimte in de vorm van een zogenaamde minor,
een relatief nieuw begrip aan de TU. Een minor beslaat een
semester (30 ects) en bevat vakken op een bepaald onder
werp. Er zijn zes minors voorzien en daar is Aardobservatie
er een van: Het invoeren van de minors leidt tot een flexibi
lisering van het onderwijs: studenten luchtvaart- en ruim
tevaarttechniek kunnen ook uit een aantal minors van an
dere studierichtingen kiezen en andersom kunnen studen
ten van andere faculteiten een minor van luchtvaart- en
ruimtevaarttechniek doen. De minor Aardobservatie zal in
het cursusjaar 2005-2006 voor het eerst worden aangebo
den en bestaat uit de volgende vakken (elk 6 ects):
Figure of the Earth;
Satellite positioning navigation;
Remote sensing of the environment;
Aerospace surveying and mapping;
Satellite geodynamics Planetary remote sensing.
Het derde jaar wordt afgesloten met een groot project (14 ects),
ook wel Ontwerp-Synthese oefening genoemd, waarin onge
veer 10 studenten gedurende 10 weken gezamenlijk aan een
ontwerpopdracht werken. Er worden niet alleen kennis en
vaardigheden opgedaan in ontwerpen, maar ook in communi
catie (presentatie) en werken in teamverband. Duurzame ont
wikkeling is een steeds terugkerend onderwerp in dit project.
GEO-INFO 2005-1