ondergrondse aanwezigheid van aller
lei belemmeringen. De beleidsbrief be
perkt zich tot de ondiepe ondergrond.
De inzet van het Rijk beperkt zich, af
gezien van de projecten waarin het
zelf het uiteindelijke besluit neemt,
tot kaderstellende uitspraken en een
stimulerende en faciliterende rol. Er
wordt zoveel mogelijk aansluiting ge
zocht bij bestaand beleid, bijvoorbeeld
de beleidsvelden bodem en veiligheid.
Voorgestelde acties zijn onder meer:
Herziening van de wet op de Ruim
telijke Ordening, met het verplicht
stellen van het opnemen van de
ondergrond in een bestemmings
plan.
Aansluiting op het beleid inzake ex
terne veiligheid van buisleidingen.
Hanteren van de lagenbenadering:
ellc van de bodemlagen kent zijn ei
gen dynamiek, kenmerkend is voor
al het trage verloop van processen
in de ondergrond. Denk aan bodem
daling of verontreiniging. Het be
leid moet gericht zijn op een duur
zaam ruimtegebruik.
Het stimuleren van digitale en
driedimensionale bestemmingsplan
nen, via DURP.
Het uitvoeren van proefprojecten
voor het plannen van de onder
grond.
Het is de doelstelling van VROM om be
wuster om te gaan met de ondergrond,
gericht op de lange termijn, met een
praktische aanpak.
Frans Cornelis van de gemeente Amster
dam, tevens voorzitter van het Ge
meentelijk Platform Kabels en Leidin
gen vervolgde met een gemeentelijke
kijk op de problematiek. In het Plat
form nemen circa dertig grote en
middelgrote gemeenten deel, zij wer
ken samen met de Vereniging Stads
werk. Doel is vooral uitwisseling van
ervaring en het gezamenlijk optrek
ken bij nieuwe ontwikkelingen, mede
omdat de VNG het op dit punt laat af
weten. Het viel Cornelis op dat in de
beleidsbrief van EZ het woord 'ge
meente' nauwelijks voorkwam. De ge
meente is echter een uiterst belangrij
ke speler in dit veld: enerzijds als be
heerder van kabels en leidingen (bij
voorbeeld riolering en verkeerslich
ten), anderzijds als beheerder van de
openbare ruimte, als ontwikkelaar en
De zaal luisterde
aandachtig.
als verantwoordelijke voor de openbare orde en veiligheid.
Zij moet een goed gastheer zijn voor de aanwezige kabels
en leidingen maar de beheerders en gravers moeten zich
wel houden aan de regels binnen de gemeente. Anders
moet de gemeente beheerders en gravers die zich niet aan
de gemeentelijke regels houden de deur wijzen. Enkele ge
meenten hebben een eigen verzamelbestand kabels en lei
dingen, met een uiteenlopende kwaliteit, vooral sinds de
telecomexplosie is de registratie van de aanwezige kabels
echter een probleem.
De daarop volgende presentaties van een kabel- en leiding
beheerder en een aannemer waren wat minder spannend.
Beiden wilden graag samenwerken binnen KLIC, maar het
moet dan wel 'klikken'. Tijdens de forumdiscussie kwam al
snel naar voren dat alle partijen een verbetering van de hui
dige situatie wensen zowel in de informatiebehoefte en
-voorziening alsook in de feitelijke graafpralctijk. De vraag
bleef alleen hangen hoe en wie waarvoor verantwoordelijk
is. Paul Rietjens van KLIC Nederland merkte op dat de voorge
stelde verplichte uitwisseling van informatie nog geen
grondroerdersregeling is, het is een eerste stap. Wel is hij
blij dat de overheid haar verantwoordelijkheid op dit ter
rein ziet en ogenschijnlijk ook neemt.
Het middagprogramma was gericht op de ontwikkelingen
in de Geo-ICT voor de informatie-uitwisseling op het gebied
van kabels en leidingen. Paul Rietjens en Ad van Houtum van
KLIC Nederland gaven een toelichting op de ontwikkelin
gen bij KLIC Nederland en met name op de invoering van
KLIC-Online [Kruif, 2004]. Vooral sinds de negatieve publica
ties in 2003 in de NRC, is de ontwikkeling van KLIC-Online
versneld. Gepland is dat dit systeem in 2005 operationeel
wordt. De invoering van de werkwijze met de polygoon, om
de graaflocatie aan te duiden, bleek succesvol te zijn. Door
KIWA wordt eens per kwartaal een onderzoek gedaan naar
de kwaliteit van de KLIC-meldingen; de afgelopen twee jaar
is er geen fout meer gevonden in de plaatsaanduiding. Ten
slotte mag niet worden vergeten dat Nederland met zijn
KLIC-systeem een unieke positie inneemt, waar het buiten
land jaloers op is. Theo Thewessen van Geodan ging in op de
informatie-infrastructuur van kabel- en leidinguitwisse
ling. De organisatie met decentraal beheer bij de bron en
centrale verstrekking sluit aan bij andere toepassingen van
het Geo-portaalconcept, zoals bij GBKN, DURP en de risico-
GEO-INFO 2005-1