implementaties niet volledig of niet exact conform de specificaties zijn. Ook zijn er soms nog onduidelijkhe den in de specificaties of bieden de standaarden ruimte voor interpreta tieverschillen. Het is daardoor vaak moeilijk zo niet onmogelijk om een (willekeurige) cliënt direct op een wil lekeurige service te gebruiken. Dergelijke problemen treden voorna melijk nog op bij de complexere speci ficaties en/of specificaties die minder in gebruik zijn. De problemen kunnen daarmee vaak als kinderziektes wor den beschouwd, maar zijn wel dusda nig van aard dat ze volledige techni sche interoperabiliteit in de weg staan. Echter, door gebruik van de standaard kunnen deze problemen gesignaleerd worden, zodat de applicaties en stan daarden verbeterd (volwassen) kunnen worden. Een voorbeeld hiervan zijn de WMS-services, die veel in gebruik zijn en over het algemeen niet veel proble men meer opleveren. Er moet opgemerkt worden dat de hui dige services vaak op zichzelf staan. Met andere woorden: de services zijn voor specifieke applicaties in de lucht gebracht. Wel worden steeds vaker client-applicaties ingezet die meerdere services gebruiken, bijvoorbeeld om een kaartbeeld op te bouwen met meerdere WMS-services. Ketens van services voor de complexere processen zijn nog niet of nauwelijks geïmple menteerd. Vanuit de standaard ICT-wereld wor den echter oplossingen aangedragen om deze services-architectuur verder te realiseren. Interessant om te zien is dat het Open Geospatial Consortium deze oplossingen steeds meer probeert toe te passen voor de geo-webservices (tabel 1). Daarvoor moeten de geo-web services wel voldoen aan de eisen van standaard webservices. Tot voor kort was dit niet het geval, on der andere omdat het OGC voorliep op de standaard ICT-standaarden - voor het 'bind'-principe bijvoorbeeld was het SOAP-protocol nog niet beschik baar c.q. nog niet common use. Het OGC heeft daarom in het OWS2-initia- tief (OGC Web Services fase 2) de door haar ontwikkelde specificaties van webservices geanalyseerd en sug gesties gedaan voor aanpassingen. De ze aanpassingen moeten ervoor zor gen dat de webservices (kunnen) voldoen aan de SOAP en WSDL standaarden. Op het moment van schrijven worden de specificaties naar aanleiding van OWS2 herzien of zijn ze al aangepast. Tabel 1. De verhouding van W3C en OGC standaarden ten opzichte van het publish, find, bind principe bewerkt voor 0WS2. Operatie W3C (Industrie standaarden) OGC Find (Brokering) UDDI Registry Services Describe WSDL o.a. GetCapabilities (WSDL) Bind (Interact) HTTP SOAP HTTP (SOAP optioneel) Chaining/ orchestrating BPEL (industrie standaard) 21 Deze wijzigingen hoeven niet direct met OWS2 te maken hebben. Zo is in de nieuwste WMS spe cificatie (WMS 1.3) een en ander gewij zigd met betrekking tot de coördinaat systemen. Deze wij zigingen worden in de praktijk vaak als erg onhandig erva ren, waardoor de implementatie van WMS 1.3 niet zo'n vaart loopt, maar wordt teruggevallen op WMS 1.1.1. Voor zover de nieuwe specificaties gereed zijn, zullen ze in de praktijk nog weinig zijn geïmplementeerd. Dit heeft ook te maken met het feit dat sommige specificaties eerder al kleine, maar ingrijpende wijzigingen hebben ondergaan2». Toch is het OGC binnen OWS3 al begonnen aan de volgende stap. Een van de belangrijkste doelen binnen OWS3 is om de services beter op elkaar aan te laten sluiten. In OWS3 zullen onder andere de volgende onderwerpen aan bod komen: Verfijning van de architectuur om geoprocessing ser vices te vinden met catalog services (CS-W) en in ketens te zetten, onder andere met behulp van de Business Pro cessing Execution Language (BPEL). Geo-Decision Support Services (GeoDSS). Geo-Decision Support Services zijn bedoeld om analyses te maken waarbij gebruik wordt gemaakt van meerdere services. Daarvoor dienen ketens van services gedefinieerd te wor den waarmee de analyse wordt uitgevoerd. Geo-Digital Rights Management (GeoDRM). GeoDRM is bedoeld om de toegangsrechten te kunnen regelen in de bestaande geodata-services (zoals WMS en WFS). Wanneer OWS3 succesvol wordt afgerond en de resultaten van OWS3 worden doorgevoerd in de specificaties, moet het mogelijk zijn om de ketens van geo-webservices echt te gaan gebruiken. Daarbij kan dan dus ook rekening worden gehouden met de beperkingen van rechten die op zo'n ser vice gelden, wat voor de aanbieder van de service uiteraard van groot belang kan zijn. De huidige ontwikkelingen bieden grote kansen voor het Gl-werkveld. Een aantal van deze voordelen wordt hieronder besproken. Een belangrijk voordeel van SOA is dat data bij de bron kan blijven. Gegevens hoeven niet meer fysiek te worden opgenomen in de eigen omgeving. Mooi voorbeeld hiervan is de beschikbaarstelling van de Grootschalige Basislcaart Nederland door webservices (onder de naam Basislcaart On Line, BKOL). Vooral voor GlS-gebruilcers (in verband met 'data- honger', grote datasets, actualiteit) is het een belangrijke stap om data direct bij de bron te kunnen halen. Het wordt daar mee mogelijk om beter te kunnen voldoen aan de wensen van GlS-gebruilcers GEO-INFO 2005-5 Kansen Service Oriented Architecture voor het Gl-werkveld

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Geo-Info | 2005 | | pagina 11