MET EEN MEETLINT DOOR WEILAND EN OVER SLOOT OP ZOEK NAAR HET JUISTE ANTWOORD Het is zo klaar als een klontje voor de bouwinspectie: tientallen villa's in Wateringseveld staan keurig aan de rand van een natuurgebied en niet erin, zoals deze krant meldde. De bouwers gaan dus vrijuit. Maar is dat nou wel zo? Een verslaggever van deze krant sprong over een hek en rolde een meetlint uit. Het voorwerk was eigenlijk kinder lijk eenvoudig. Een liniaal, de offi ciële kaart van het bestemmings plan, een kaart van het Kadaster en rekenen maar. De uitkomst was verrassend. Want wat bleek? De wijk Vijvers in Wateringseveld bleek twintig tot dertig meter bre der te zijn dan het bestemmings plan aangaf. Of anders gezegd: tien tallen villa's leken twintig tot der tig meter opgeschoven in oostelijke richting. De bouwheren van Wateringseveld hadden ontkend. Ach, die kadaster- kaart was natuurlijk oud, getekend nog vóór de bouw van de wijk. De kaart van het bestemmingsplan, die model staat voor alle bouwteke ningen, die was maatgevend, zei ook de bouwinspectie van de ge meente Den Haag. Niets aan de hand dus. Niets aan de hand? De argwaan is gewekt. Ook al omdat de kaart van het Kadaster wel degelijk actueel is. De man van het gezaghebbende meetinstituut verzekert dat 'zijn' kaart nauwkeurig is, gemaakt op basis van metingen die zijn uitge voerd nadat de wijk Vijvers was op geleverd. Om een einde te maken aan een welles-nietesverhaal besluiten we de papieren werkelijkheid te laten voor wat het is. We stoppen een meetlint in onze rugzak en trekken naar Wateringseveld. De opdracht is simpel: meet de afstand van de gemeentegrens tot aan de villa's, een afstand die volgens het bestem mingsplan 140 meter moet zijn. Moet kunnen, zo op het eerste oog. Maar als we ter plekke zijn, doe men de eerste obstakels op. Het te bemeten gebied blijkt een wirwar aan water, rietlanden, lcruidenvel- den; het is een onbegaanbare woestenij die wordt doorkruist door één enkel, maar bochtig, pad. Nee, het is volstrekt onmogelijk om hier het meetlint te ontrollen. Dan maar naar het uiterste zuidpunt van de wijk, waar de wanordelijke wildernis overgaat in het overzicht van het weiland; het is het terrein waar netbeheerder Tennet een ko lossaal hoogspanningsgebouw wil bouwen. Een gouden greep, deze plek, want dicht op de woonwijk, dicht op de gemeentegrens en volstrekt even wijdig aan het gebied dat opgeme ten moet worden. De enige horde - een hek van een metertje of twee - wordt lachend genomen. De zon schijnt weldadig, het riet ruist zacht; het is een mooie dag om te meten. Er is nog één laatste uitdaging: het startpunt van de meting is de grens tussen de gemeente Den Haag en het Westland. En die ligt exact in het midden van de Rijner Wate ring, een vaart die even verderop bij de molen uitmondt in het rivier tje de Zweth. We lopen enkele hon derden meters terug naar de brug en constateren dat deze vaart tien meter breed is. De eerste vijf meter zijn gemeten. Terug in het weiland prikken we met kracht een stok in de oever. Zo, die staat. De lus eroverheen en uit rollen maar, dat meetlint. Een koe, klassiek zwart-wit met oornummer 8842, komt nieuwsgierig aange stapt. We lopen de dijk af, een me tertje of drie naar beneden, het meetlint snort er vrolijk op los. Schapen Na 33 meter stuiten we op een ver roest hekwerk. Hier verlaten we het domein van de koeien. Met een ste vige sprong over een smal maar drassig slootje belanden we in het land van de schapen. Of eigenlijk in het land van de hoogspannings masten. Want op dit stukje groen splitst de 150 lcilovoltlijn uit het Westland zich in de richting van Delft en - vlak langs Wateringseveld - Rijswijk. Het meetlint is helemaal uitgerold, de eerste vijftig meter zit erop. We trekken het lint goed strak, prikken het ding in de grond en lopen terug naar de oever om de stok op te halen. We maken ons op voor de volgende vijftig meter. Een troep spreeuwen vliegt op uit het gras. We lopen onder de eerste hoogspanningslijn door. De villa's van de Waterbiesweg komen al angstvallig dichtbij. Na 96 meter staan we precies onder het hart van de lijnen. De spanning stijgt. Wie heeft er gelijk? De bouwers, die zeg gen dat de villa's op 140 meter af stand staan? Of de bewoners, die beweren dat de wijk in oostelijke richting is opgeschoven? Welke kaart klopt? De officiële platte grond van het bestemmingsplan of de kaart van het Kadaster? Ruimschoots voor de 140 meter komt de achtertuin in het vizier. Het meetlint blijft doorrollen. De tuin is ruim tien meter, merken we, en daar komt dan het huis. Het lint staat op 127,5 meter. Mag dat, een huis neerzetten zo dicht op een hoogspanningslijn, op nog geen 32 meter? We zijn al zeker van het ge lijk, leggen triomfantelijk de laat ste meters af. Tsjalc! Op een meter tje van de voorgevel na staat het meetlint strak. De 140 meter is be reikt. Hier, op dit punt, waar drie jaar geleden tientallen villa's zijn neergezet, moet volgens de bouw inspectie natuurgroen beginnen. Fout. De bouwers hebben een dikke twintig meter afgesnoept van het groen. Dat staat nu wel vast. Die of ficiële kaart, die klopt niet. Mare Konijn in de Deljtsche Courant van 20 juni 2005 GEO-INFO 2005-9

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Geo-Info | 2005 | | pagina 59