Fig. 3. Het LGN5-monitoringsbestand voor een gebied tussen Den Haag-Zoetermeer en Rotterdam. In geel en wit zijn de gebieden gemarkeerd waarvan het landgebruik is veranderd tussen respectievelijk LGN3-LGN4 en LGN4-LGN5. De grijze vlakken zijn agrarische gebieden. Het LGN5-gewassenbestand is gebaseerd op TOP1 O-vector SE waarbij de landbouwgewassen zijn gekoppeld aan de TOP1 O-vector percelen. Het bestand maakt onderscheid tus sen gras, maïs, aardappelen, bieten, granen, overige gewas sen en bloembollen (fig. 2). Door het gewassenbestand op TOPlO-vector te baseren, wordt informatie-uitwisseling en -bundeling met andere bronnen vereenvoudigd. Fig. 4. Het LGN5- natuurbestand voor een gebied in de Peel (Noord-Brabant). De legenda komt overeen met LGN5. Het monitoringsbestand (LGN5-mon) is een aggregatie naar de volgende acht klassen: agrarisch grondgebruik (grijs); glastuinbouw (lichtblauw); boomgaarden (lichtgroen); bos (groen); water (blauw); bebouwd gebied (rood); infrastruc- In bruin is het tuur (bruin) en natuur (beige) (fig. 3). Op deze acht klassen agrarisch gebied kunnen landgebruiksveranderingen worden opgespoord weergegeven. tussen LGN4 en LGN5. Dit is ook moge lijk tussen LGN3 en LGN4 waardoor de ruimtelijke ontwikkeling in Neder land van de laatste tien jaar kan wor den weergegeven. De bijgeleverde ver anderingsbestanden zijn gridbestan- den waarin de veranderingen als een één zijn gemarkeerd. Al het overige ge bied zit als een nul in het bestand. Daarnaast zijn er binnen LGN5 themati sche aggregaties uitgevoerd naar hoofd klasse (agrarisch gebied; bos; water; bebouwd gebied; infrastructuur en na tuur), bedekkingstype (grasland; akker; boomgaard; loofbos; naaldbos; overige open vegetatie; kale bodem; zoet water; zout water; bebouwing en infrastruc tuur) en natuurklassen (agrarisch ge bied; loofbos; naaldbos; zoetwater; zout water; bebouwd gebied; kustgebied; hei degebied; hoogveen; moeras; veenweide- gebied; overige natuur en kale grond in natuurgebied). Fig. 4 geeft van deze laat ste aggregatie een voorbeeld. De actualiteit van het LGN-bestand wordt in hoge mate bepaald door het beschikbaar zijn van geschikte satel- lietbeelden. Voor het LGN5-bestand zijn Landsat TM-beelden gebruikt uit 2003. Voor het westelijk deel van Nederland waren geen geschikte beel den uit 2003 beschikbaar. Voor dit deel zijn Landsat TM-beelden, IRS IC LISS3 en ERS-SAR beelden uit 2004 gebruikt. Fig. 5 laat zien voor welk deel van Nederland het LGN5-bestand is geba seerd op beelden van 2003 en voor welk deel op beelden van 2004. Naast de satellietbeelden uit 2003-2004 zijn tijdens de productie van LGN5 ook TOPlO-vector SE, luchtfoto's uit 2000 en 2003, Eco-beheerslcaart, satellietbeelden uit 1999-2000, LGN4 en de CBS-land- bouwstatistielcen uit 2003 gebruikt. Als eerste stap in de productie van LGN5 is er een landsdeklcende selectie van de huizen en bebouwing, kwekerijen, kas sen, populierenopstanden en boom gaarden uit de meest recente versie van TOPlO-vector aangemaakt. Deze selectie is verrasterd, gehercodeerd en geïnte greerd met het LGN5-basisbestand. Dit bestand is, bij de start van de LGN-upda- te, een kopie van het LGN4-bestand. GEO-INFO 2005-10 - Methodiek LGNs-grid

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Geo-Info | 2005 | | pagina 20