satie van de basisgegevens niet bij dit onderzoek betrokken moeten worden. Hoogerwerf dacht van niet, immers de infrastructuur en de standaardisatie is anders. Vragenstelster Fuld was hier van niet overtuigd en deze discussie wordt ongetwijfeld voortgezet Onder de titel "Welstand transparant: Hoe vang je 'mooi' in een GIS omge ving" ging Marcel Hoogwout (Zenc bv) in op de toetsing van bouwvergunnin gen. Tegenwoordig heeft vrijwel elke gemeente een eigen welstandsnota maar deze nota's zijn moeilijk raad pleegbaar en niet gestandaardiseerd. Hij pleit voor standaardisatie met de sectorspecifieke standaard IMWE op ba sis van het basismodel geo-informatie. Als voorbeeld gebruikte hij de applica tie dakkapel die door architecten en aannemers gebruikt kan worden. Deze applicatie zorgt ervoor dat het ontwerp voldoet aan de standaardeisen, hier is dus sprake van een vóórtoetsing. Dit be spaart de gemeente bij de beoordeling van de aanvraag veel tijd. Dick Schaap (Maris bv) besloot deze dag met de lezing "NODCi - toegang tot oceanografische en mariene data". Deze gegevens zijn nodig voor onder zoek, rampenbestrijding, werk op zee (zeevaart, baggeren, offshore) en om inzicht krijgen in de ontwikkeling van het mariene milieu. Hiervoor zijn internationale afspraken gemaakt. De gegevens worden door zeer vele orga nisaties verzameld, alleen al in Europa circa 900! Om dit te coördineren wor den Nationale Oceanografische Data Centra (NODC's) gevormd die de data Dagvoorzitter beheren en zorg dragen voor de bewa- Jurgen ten Siethof. king van de kwaliteit ervan. In Neder land is een Nationale Oceanografische Commissie actief die 90% van de Nederlandse mariene data beheert. Helaas hadden de laatste twee lezingen minder belangstelling, de grote zaal was bijna leeggelopen na de theepauze. Dag 3: Grenzen verleggen - praktische toepassingen en innovatie De derde congresdag, vrijdag 25 no vember 2005, had te kampen met zeer slecht weer en was dan ook wat rusti ger dan de twee voorafgaande dagen. Het dagvoorzitterschap lag in handen van Jurgen ten Siethof van de Gront- mij Geogroep. Pieter Franken (Fugro-Inpark) beet de spits af en liet ons zien dat de laseraltimetrie zich zeer snel ontwikkelt. Bij Fu- gro-Inparlc zal met ingang van het nieuwe jaar een geheel nieuwe laserscanner in gebruik worden genomen. Met dit systeem, FLI-MAP 400, worden per m2 150 punten vastge legd. Hierdoor zal de laseraltimetrie gelijksoortige resulta ten opleveren als terrestrisch meten. Ook de snelheid is in drukwekkend: het systeem meet 60.000 punten per secon de. Dat mag gerust revolutionair worden genoemd, aldus Franken. Het betekent onder andere dat met laserdata kan worden voldaan aan de hoge nauwlceurigheidseisen die bij voorbeeld voor de GBKN gelden. Ook het verzamelen van hoogtegegevens wordt zeer eenvoudig. Een applicatie voor dijlcbeheer liet zien dat je op elke willekeurige plek een hoogteprofiel kunt genereren. De combinatie van al deze la serdata met foto's, videobeelden en andere geodata leveren ongekende mogelijkheden op voor beheer en voorbereiding van werken. Willem van Spanje (DelfTech) liet zien dat een laserscan ner niet alleen voor de landmeetkunde goede diensten kan bewijzen. (Er klonk hier een zekere verongelijlctheid in zijn verhaal; de geodetische 'annexatie' van laserscanning was zijns inziens niet terecht.) DelfTech heeft zich de afgelopen jaren toegelegd op het maken van 3D-visualisaties met de laserscanner. De grote hoeveelheid punten (600.000 per se conde, met een gegarandeerde nauwkeurigheid van 2 mm) maakt een 3D-reconstructie van allerlei objecten mogelijk: straatwanden, gebouwen, gezichten, kunstwerken (zowel civiel als artistiek), installaties, enzovoorts. Je krijgt een ge detailleerde 'as is'-situatie als resultaat. Geo-toepassingen zijn eigenlijk maar een beperkte toepassing. Oolc forensic engineering bijvoorbeeld is een vakgebied in opkomst waarbij door middel van een 3D-snapshot een analyse kan GIN Kartografieprijs Aan het slot van de tweede congresdag vond de uitreiking van de GIN Kartografieprijs plaats. De sectie Kartografie en Geovisualisa- tie van GIN reikt jaarlijks een prijs uit aan de maker van een bij zonder kartografisch product zoals bijvoorbeeld een kaart, een globe of een boek. Dit jaar is de prijs gevallen op de Biografie van de Bosatlas die is geschreven door prof.dr. Ferjan Ormeling. Hierin is de geschiedenis en de ontwikkeling van de Bosatlas beschreven. De prijs bestaat uit een oorkonde en een enveloppe met inhoud. Prof.dr. Menno-Jan Kraak reikte de prijs aan Ormeling uit. Jan de Kruif GEO-INFO 2006-1

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Geo-Info | 2006 | | pagina 33