Hyperspectral remote sensing and mud volcanism in Azerbaijan Klaas Scholte, German Aerospace Center (DLR) p 28 juni 2005 promoveerde aan de TU Delft de auteur op een proefschrift over dit onderwerp. In Azerbaijan zijn moddervullcanen ge relateerd aan olie en gas en daarom is het bestuderen en identificeren van de de, werd de relatie onderzocht tussen moddervulkaan-reflectiespectra en de fysische en chemische eigenschappen natuurlijke radioactiviteit. De gege- ervan belangrijk. De samenstelling van vens van Alctharma-Pashaly, Balchar, de vulkaan oppervlakten is altijd direct gekoppeld aan de aanwezigheid van Bozdag-Kobijsky en Cheildag corre leerden natuurlijke radioactiviteit koolwaterstoffen en lithologie (met na- aan de aanwezigheid van diverse mi me zand en klei) van de gemobiliseerde sedimenten of moedermateriaal. Er be neralen die invloed hebben op de vorm en absorptieverschijnselen in de stond behoefte aan snelle en betrekke- reflectiespectra. Voor de multivariate lijk goedkope methoden die gebruik maken van technieken die hun oor- lcalibratiemethode zijn verschillende spectrale voorbewerkingsmethoden sprong hebben in de geofysica, remote vergeleken die verstorende effecten sensing (radar- en reflectiespectrosco- pie) en radioactiviteit. In dit onderzoek uit reflectiespectra kunnen filteren. De beste kalibratieresultaten werden is hiervan gebruik gemaakt van data behaald met eerste afgeleide spectra die is verzameld op een aantal modder vullcanen: Alchtarma-Pashaly, Balchar, Bozdag-Kobijsky, Cheildag, Dashgil, en Lolcbatan. Hierbij zijn voor het eerst geofysische en radar remote sensing (interferometrie) technieken gebruikt om de dynamiek van moddervullcanen te bepalen. Dwarsdoorsneden van spe cifieke moddervullcanen, verkregen door geofysische analyse, verschaffen inzicht in ondergrondse processen. De resultaten tonen duidelijk waarneem bare modderlcamers op een diepte van ongeveer acht meter. Tevens zijn de gangen zichtbaar van ongeveer 0,5 m doorsnede waarlangs de modder om hoog beweegt. J* t; Regionale analyse van moddervul- met de HyMap spectrale configuratie waarbij total counts en kaliumconcen- traties in moddervullcaan-mengsels nauwkeurig konden worden voor speld. Deze methode lean dus worden aan hoge en lage activiteit van lekken de koolwaterstoffen. Door nu bijvoor beeld radioactiviteitsklassen te ont- lcaan-activiteit met SAR-interferome- toegepast voor een snelle bepaling van trie laat geen grootschalige bewegin- hoge of lage radioactiviteit-anomalie gen zien tussen 1996 en 1999. Atmos- ën aan het moddervullcaan-oppervlalc. ferische verstoringen, en in mindere De premisse is dat hoge en lage na- mate temporele decorrelatie, maken tuurlijke radioactiviteit is gerelateerd het praktisch onmogelijk eenduidige vulkaanbewegingen uit de beelden te verkrijgen. De toepassing van reflec- tie-spectroscopie voor moddervullca- wikkelen, kunnen PLS-analyseresulta- nen was succesvol door de herkenning ten worden gebruikt om met GIS-kaar- van typische absorptiebanden voor ij- ten van lcoolwaterstof-leklcageacti- zeroxiden en hydroxiden, carbonaten, viteit te vervaardigen. Onderzocht is lcleimineralen, en koolwaterstoffen, voorts het probleem om karakteristie- Vervolgens laten XRD-resultaten zien lce spectrale informatie uit modder vullcaan-mengsels te krijgen. Er is ana lyse verricht met multiresolutie AS TER- beelden met daarnaast een hyper- spectraal Hyperion-beeld. De correc tiemethoden hiervoor zijn: dat de mineralogische samenstelling van Cheildag-breccia verschillend is van die van de andere vulkanen. Met een Partial Least Squares (PLS) regres sie, een multivariate calibratie-metho- transformatie van L1R Hyperion-data naar gekalibreerde radiance (W m-2 sr-1 |jm-l) met kalibratie, 'bad pixel fixing', 'VNIR/SWIR alignment','smi le' and 'destrealcing'; transformatie van gekalibreerde radi ance naar oppervlaktereflectie met het ACORN atmosferisch correctie programma (Hyperion); co-registratie op basis van de cross-cor relatie van nabij infrarode eigenschap pen in ASTER band 3 om verschillende ASTER tijdseries en geassocieerde Hyperion te kunnen vergelijken; herstellen van het 'crosstalk' pro bleem van de ASTER-sensor waarbij licht lekt vanuit de optische band 4 naar andere banden in het lcortegolf- bereilc. De ontmengingsmethode, die oorspron kelijk voor hyperspectrale data is ont wikkeld, biedt grote flexibiliteit in ont mengingsstrategieën waardoor de me thode ook goed toepasbaar is op multire solutie ASTER-data. De 'multiple end- member' benadering verbetert de stabiliteit van modellen met 2, 3, of 4 endmembers waarbij de combinatie met de strategische endmemberselectie en standaardisatie van de reflectiespec tra, nauwkeurige reconstructie (model lering) van de pixelreflectie mogelijk maakt. De in de olie-industrie veelge- bruike analysemethode om mineraal-al teraties te karteren met Landsatbeelden (Principal Component Analyse) leverde goede invoergegevens op voor de ont menging van de multispectrale ASTER- beelden. De resultaten van de analyses geven de verspreiding van lcleiminera len, gips en calciet weer in zogeheten 'abundance' kaarten. Hierop is dieper in gegaan door met de Hyperion-data de ge mengde mineralogische assemblages uit ASTER correct te interpreteren. Feite lijk kunnen deze kaarten gebruikt wor den in het veld als 'gidskaart' voor explo ratie-activiteiten. Oolc lean met de Hype rion-sensor direct olie worden herkend, hetgeen niet mogelijk is met ASTER door zijn te brede golfbandbreedte in het kortegolf-infr arood. Het proefschrift is als PDF beschikbaar op www.library.tudelft.nl/dissertations/2940/ f 292678 true EN.html GEO-INFO 2006-2 ?--T. li J

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Geo-Info | 2006 | | pagina 37