Fig. 3a. Het eerste TEN-model (model 1)
doeling hebben, zijn de ver
schillen toch opvallend.
Daar een conceptueel mo
del de start van een imple
mentatie vormt, zijn deze
verschillen wel belangrijk.
Het eerste model is een min
of meer intuïtieve modelle
ring van een TEN (fig. 3a):
de primitieven zijn gericht
(positief) en de grens/co-
grens associaties tussen
knoop en zijde, zijde en
driehoek en driehoek en te-
traheder zijn van een teken
voor voorzien via de associ
atieklasse 'Orientation'.
Een efficiënte implementa
tie zal waarschijnlijk geen
expliciete extra klassen ge
bruiken maar de verwijzin
gen van teken (+/-) voorzien.
De associatie tussen tetra-
heder (of driehoek) en
knoop kan worden afgeleid
(en geeft de juiste ordening
van de knopen).
Het tweede model (fig. 3b) is
een variant op het eerste
model maar in plaats van
associatieklassen zijn er nu
extra klassen geïntrodu
ceerd: de ongerichte versie
van hun gerichte tegenhan
gers. Net als bij het eerste
model kunnen nu ook weer
de associaties tussen tetra-
heder (of driehoek) en
knoop worden afgeleid. Het
derde model (fig. 3c) is di
rect gebaseerd op de Poinca-
ré algebra: directe associa
ties tussen knoop en alle
drie de andere primitieven
(zijde, driehoek en tetrahe-
der). De ordening van de
knopen is hierbij belangrijk
want deze definieert tevens
de oriëntatie. De andere as
sociaties (tussen tetraheder
en driehoek en tussen drie
hoek en zijde) kunnen wor
den afgeleid inclusief de
richting/oriëntatie. De be
langrijkste verschillen tus
sen de drie modellen zijn:
(1) welke associaties wor
den expliciet opgeslagen en
welke worden afgeleid? (2)
in geval van georiënteerde
associaties (verwijzingen),
GEO-INFO 2006-5
HHRftnnMmnli 18JM i *i p>"
'-r-u -si
wflfei tcili-rt
l^arnlv 'ÏW_»«ri
ir JH&ia^iavTKfl
MnLi"l#tf! itMMl
■;hN®v "JW_li»i»H
S^rtkb-lriïj i4i/il
Kufliiii: ik
WWfXjWO 0 WjIWHNiHt
J fid|k^bv^nj ->:-.m«
4 I-MÏM ^H.büriU»
frC-V J ft Ik-H
'H E Hrïi *"4 fc J1 r1
HtfUMllh
V 41 i Lb 1*0 I k
jiHtlil. Cill_CMIhH
4 M«jaA«4 ill i ffi I
LU-. ié'jt
Inai riüri