met de verhuizing van de dienst van
Delft naar Emmen. In de jaren zeven
tig en tachtig was de opbouw van digi
tale bestanden een kostbare zaak, een
proces dat veel tijd vergde en niet ren
dabel was. Wel bood dit de organisatie
de kans om kennis op te doen en om
mensen op te leiden. In die tijd hebben
bijna alle lcartografen leren werken
met een werkstation. Kolk heeft in die
tijd veel ervaring opgedaan met soft
wareontwikkeling, bestandsopbouw,
kwaliteitscontroles en met de oplei
ding van medewerkers. Hiermee werd
de basis gelegd voor de ontwikkeling
van de digitalisering van de 1:10.000.
Die kaart werd, evenals de 1:25.000,
nog vrijwel geheel analoog ver
vaardigd met films en dergelijke. In
middels was Kolk in 1988 benoemd tot
hoofd van de landmeetkundige afde
ling.
Opbouw digitale 1:10.000, TOPioVector
In 1990 is gestart met de digitalisering
van de 1:10.000. Op dat moment werd
de benodigde apparatuur, pc's, en soft
ware betaalbaar. De toenmalige ad
junct-directeur Luuk van Zuylen had
een vooruitziende blik en zorgde voor
een ruim budget waarmee de benodig
de werkstations konden worden aan
geschaft. De digitalisering van de films
1:10.000 werd uitbesteed, onder meer
naar Boedapest. Zowel het product als
de methodiek (hardware en software)
werden voorgeschreven. Op basis van
luchtfoto's werd eerst de vervallen to
pografie van de films verwijderd en
daarna werden deze films gedigitali
seerd. Tenslotte werden aan de hand
van de nieuwste luchtfoto's de muta
ties interactief ingebracht. Wel moest
dit slim gebeuren want het opbouwen
van een luchtfoto op het scherm kostte
elf seconden, dus dat moest je niet te
veel doen. Eind 1990, op de studiedag
ter gelegenheid van het 175-jarig be
staan van de TD, werd aangekondigd
dat in 1997 de gehele kaart digitaal
zou zijn. Een gewaagde uitspraak ge
zien de omstandigheden van die tijd.
Uiteindelijk was het product al in 1995
gereed. Dit was te danken aan de
medewerking van het Ministerie van
Landbouw dat besloot het eigen pro
duct Digtop-LI in te ruilen voor het Di
gitale Militaire Basisbestand, zoals het
product in de eerste jaren heette. Het
Fig. 3.
Gravure met
hulpmiddelen als
gr aveernaalden.
Fig. 4.
Terreinverkenning
op de flets met de
pencomputer.
1
g
ministerie heeft toen een deel van zijn budget ter beschik
king gesteld om het proces te versnellen. Het bestand was
feitelijk een CAD-bestand maar wel met GIS-functionaliteit,
zoals Kolk benadrukt. Al tijdens de opbouw werd gestart
met de bijhouding, eerst in een cyclus van vijfjaar voor de
druk bebouwde gebieden, zeven jaar voor de militair van
belang zijnde gebieden en tien jaar voor overig Nederland.
Omdat de herziening van het digitale bestand veel sneller
verliep dan het vroegere graveren, werd deze cyclus al snel
verhoogd naar vier jaar voor het gehele land. De invoering
van de pencomputer in 2003 bij de topografen buiten heeft
ook de nodige versnelling opgeleverd die weer ten goede
GEO-INFO 2006-5
a
X
a
X
a:
a V Jm *~m
11 J* h 1
0J
dj
u
dj
TD
cC
O
Ph
CU
dJ
dJ
T3
O
Ph
■nvwê
Sh
y
u