dat aan het Kadaster. Het Kadaster in formeert de betrokken netbeheerder en die verbetert vervolgens zijn gegevens. Zo wordt geleidelijk de kwaliteit beter, ook voor wat de aanwezigheid betreft van dode kabels en leidingen en huis aansluitingen. Tenminste, zo werkt het in theorie. In praktijk zijn er twee ma ren [Van Velsen 2006]: bij terugmelding moet de nieuwe ligging worden inge meten (kosten voor de netbeheerder of gemeente), daardoor blijft de kuil lan ger open liggen resulterend in vertra ging voor de grondroerder en overlast voor publiek. En door verschillende oor zaken buiten de netbeheerder kan de ligging veranderen waardoor terugmel ding een regelmatig terugkerende kostenpost wordt. Een terugmeldings plicht zal dus alleen geaccepteerd wor den wanneer de kosten acceptabel zijn. Daarom moeten normen worden opge steld over hoe groot de onnauwkeurig heid of onvolledigheid moet zijn eer de ze terugmelding vereist. In het wets voorstel staat een terugmeldingsplicht voor onnauwkeurigheden in de ligging (art. 15) en voor onvolledigheid, inclu sief meldingen over dode kabels en lei dingen (art. 16). In het wetsvoorstel worden geen normen gesteld, die wor den later bij ministeriële regeling opge steld (art. 19 vierde lid). In de memorie van toelichting wordt een bandbreedte aan weerszijde van de leiding van één meter genoemd. Voor nieuwe leidingen wordt gedacht aan de nauwlceurig- heidseisen van de GBKN en het opne men van de dieptecoördinaat. Wat is de kans op graafschade? Volgens de memorie van toelichting bij het wetsvoorstel is de kans onge veer 20%. Wat is dat eigenlijk: de leans op graafschade? En waar zijn de schat tingen op gebaseerd? De meest basale formule is de onderstaande: Fig. 6. Een kabel kan zomaar direct onder de tegels of het asfalt liggen. tal KLIC-meldingen met schade te delen door het totaal aan tal KLIC-meldingen. Strikt genomen verricht u ook graaf werk als u een vijvertje aanlegt in uw tuin. KLIC is, denk ik, blij dat u daarvoor geen melding doet want de afhandeling van de melding kost geld en de kans dat u iets raakt, is vrij wel nihil. De definitie van graafwerk in het wetsvoorstel (art. 1 ad c) laat nog zeer veel ruimte voor interpretatie. Wat bijvoorbeeld te denken van het reinigen van sloten of werk zaamheden aan het wegdek waarbij slechts een zeer dun laagje van de bodem wordt geroerd? Wanneer kabels en lei dingen vlak aan het oppervlak liggen, kunnen die toch wor den geraakt (fig. 6). Ji.T' kans op schade werkzaamheden met schade Voor de definitie speelt naast diepte ook de grootte van het graafwerk een rol. Kunnen we een werk van 2.000 arbeids uur zomaar vergelijken met een werk van 20 arbeidsuur? De bovenstaande formule veronderstelt van wel. Een nette re manier is om de kans uit te drukken in een bepaalde een heid, bijvoorbeeld leans per 100 arbeidsuur of per 100 meter leiding. Nog een stap verder is het schatten van de kans op schade als functie van de vijf oorzaken zoals eerder besproken. Dat is nuttig, want het geeft kwantitatief inzicht in het relatie ve belang van deze oorzaken. Op basis daarvan kan men beter de juiste prioriteiten stellen. Een mooi voorbeeld van zo'n analyse is de studie van Van Houten en Lourens (1995) in opdracht van de Gasunie. Voor mijn promotie-onderzoek voerde ik ook zo'n analyse uit [Van Oort 2006]. Helaas bleef wegens tijdgebrek en pech het aantal geretourneerde en quêtes te laag om gebruikt te kunnen worden voor advies. Gevolgschade: het zwaard van Damocles dat de V i u a - wet heeft laten hangen? werkzaamheden met en zonder schade Het vereist dus kennis over het aantal werkzaamheden zonder schade. In de schatting van het aantal werkzaamhe den zonder schade zit een grote onze kerheid, veroorzaakt door het gebrek aan een eenduidige definitie van het begrip graafwerkzaamheid. Lang niet alle graafwerkzaamheden worden bij het KLIC gemeld, dus je kunt niet zo maar de kans berekenen door het aan- Wanneer een kabel of leiding wordt geraakt, dan kunnen daardoor bedrijfsprocessen enige tijd stil komen te liggen. Bederfelijke waar kan bederven. Dergelijke schade wordt gevolgschade genoemd. Ilc noem deze schade hier het zwaard van Damocles omdat er grote onduidelijkheid be staat over de omvang en omdat de wetgever geen duidelijk heid schept over wie aansprakelijk is voor gevolgschade. Verwacht wordt dat door de claimcultuur steeds meer klan ten van nutsbedrijven gevolgschade zullen claimen bij nutsbedrijven en dat deze de claims zullen proberen door te schuiven naar grondroerders. Zoals gezegd, is er zeer wei nig bekend over de omvang van gevolgschade. Ilc noem hier GEO-INFO 2006-10

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Geo-Info | 2006 | | pagina 21