HISTORISCHE GEOGRAFIE EN MONUMENTEN VOOR RUIMTELIJKE ORDENING faciliteiten aan te bieden waarmee deelnemers in de infrastructuur met elkaar in contact konden komen. Omdat dit programma slechts gefa seerd uitgevoerd kon worden, is ge start met de inrichting van een infor matie-infrastructuur. Meer gericht op de uitwisseling en toegankelijkheid van informatie en minder op het inter menselijke aspect. De informatie-infrastructuur De informatie-infrastructuur is een es sentieel onderdeel van de kennisinfra structuur. Over de definitie van een in formatie-infrastructuur (IIS) lopen de meningen nogal uiteen, maar de beste omschrijving is waarschijnlijk: een permanente, structurele voorziening ten behoeve van gegevensuitwisseling en communicatie. De techniek staat niet voorop in een IIS, het is veeleer een stelsel van proce dures en modellen tussen de gebrui kers van de IIS. Hiermee zijn de gebrui kers in staat informatie over te dragen en daar te gebruiken waar dat noodza kelijk is. Techniek is soms nodig voor een praktische implementatie van de IIS. Voorop staat dan dat deze techniek eenvoudig is en dus laagdrempelig toe pasbaar. Anders werkt de infrastruc tuur niet. Omdat techniek ondergeschikt is, is het informatiemodel de kern van de IIS. Dat geldt ook voor KiCH. De wijze waarop informatie binnen het KiCH- domein wordt uitgewisseld, is allesbe palend voor de manier waarop die in formatie gebruikt kan worden. Binnen KiCH is daarvoor het Informatiemodel van de Kennisinfrastructuur Cultuur historie ontwikkeld. Diversiteit van informatie in het cultuurhistorisch domein De informatie waar het binnen het KiCH-domein over gaat, is zeer divers van aard en kwaliteit. Er zijn instellin gen met zeer omvangrijke en in hoge mate gestructureerde bestanden, veelal met een sterk geografisch karakter, en er zijn organisaties die vooral docu mentaire collecties beheren. Tevens zijn zeer veel gegevensbestanden pro jectmatig tot stand gekomen, die een malig gebruikt zijn en nu een slapend bestaan leiden, terwijl de informatie- waarde hoog is en blijft. Extra gecom- Fig. 1. De KiCH pliceerd wordt het als databases deels bestaan uit gegevens websitewww.kich.nl die ook elders geregistreerd zijn. Wanneer er geen water dichte systematiek is waarmee objecten naar elkaar kunnen verwijzen dan ontstaat er een diffuus beeld van de cultuur historische waarde op een bepaalde plek. Deze diversiteit in het aanbod staat garant voor een gewel dige spraakverwarring. Wat de ene partij 'een collectie' noemt, heet in het jargon van een GIS-expert een 'lcaartlaag' of 'coverage'. Wat de ene partij 'metadata' noemt, noemt de andere partij 'objectgegevens'. Er zijn informatieverza melingen die beschreven zijn in één enkel Word-bestand. Is dat dan één documentair object of moeten we elk, binnen dit document beschreven, object afzonderlijk beschouwen? En als een database een lap tekst bevat, is die lap tekst dan niet feitelijk een document? Desalniettemin is het toch ge lukt binnen een diverse club van experts tot overeenstem ming te komen over een geïntegreerd model waarmee deze diversiteit aan informatie uit verschillende bronnen uitge wisseld kan worden. Geo-informatie: ImKiCH De eerste versie van ImKiCH is ontwikkeld in 2004. Uit gangspunt voor dit model waren de gegevensstructuren van de deelnemende partijen én het basismodel geo-infor matie (NEN-3610). Van het basismodel geo-informatie is ook het model IMRO afgeleid. Dit Informatie Model Ruimtelijke Ordening is bedoeld om ruimtelijke plannen op een een duidige en gestandaardiseerde wijze te coderen en daarmee integreerbaar en uitwisselbaar te maken. IMRO wordt via het project DURP bij gemeenten, provincies en Rijk geïm plementeerd. De doelgroep van IMRO komt overeen met de doelgroep van KiCH: bureaus voor ruimtelijk ontwerp en planvorming en hun opdrachtgevers, de partijen die de cultuurhistorische informatie nodig hebben in het planvormings- en besluit vormingsproces. NEN3610 garandeert dat daar waar er sprake is van overlap, GEO-INFO 2006-10

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Geo-Info | 2006 | | pagina 29