4 D G I S Temporele aspecten zijn niet nieuw en ook niet specifiek voor Geografische Informatie Systemen (GIS). Ook in andere typen informatiesystemen komen temporele aspecten (steeds vaker) voor. Daar waar men zich in het begin van de auto matisering vooral richtte op het vastleggen van de huidige situatie (banksaldo, eigenaar, enz.) is er daarna ook steeds meer aandacht gekomen voor het vastleggen van de complete historie. o ook in GIS en [Langran, 1992] geeft hier een aantal voorbeelden ter motivatie voor: waar en wanneer deed zich een bepaalde verandering voor? welke soorten veranderingen hebben plaatsgevonden? wat is het tempo van de verandering (trend)? wat is de periodiciteit van de herhalende verandering (indien aanwezig)? waar was dit object twee jaar geleden? hoe is dit gebied de afgelopen vijfjaar veranderd? welk proces ligt er ten grondslag aan deze verandering? Gezien het belang van dergelijke vragen (waarvan er vele ook buiten GIS van toepassing zijn) is er de afgelopen twee decennia veel onderzoek naar temporeel GIS gedaan en dit onderzoek is in vele gevallen nog steeds gaande. Zo gaf [Langran, 1992] het volgende overzicht van functies in een temporeel GIS: inventaris (complete beschrijvingen); analy se (verklaren, onderzoeken, voorspellen); bijhouding (oude versies door nieuwe versies laten opvolgen); kwaliteitscon trole (monitoren en evalueren van nieuwe gegevens en con trole op consistentie met oude gegevens); inplannen (vast stellen drempelwaarden, welke bepaalde acties automa tisch starten; bijv. aankoop) en visualiseren (lcaartweerga- ven of tabellen van een temporeel proces). Temporele basisprincipes Aan de hand van fig. 1 worden hier enkele temporele prin cipes binnen GIS toegelicht. Elk ruimtelijk-temporeel object heeft een identiteit (object id) en thematische attributen zoals weergegeven in de 'ruimte-tijd-thema driehoek' (fig. la). Een belangrijk concept in temporeel modelleren is de tijdslijn (fig. lb) waar het duidelijk wordt dat er een rich ting is waarin de tijd altijd doorloopt. Een 'tijdspunt' (of tijdstip of moment) is gedefinieerd door een enkel punt op deze tijdslijn. Er is een heel speciaal punt en dat is 'nu', dat continu opschuift naar rechts op de tijdslijn. Een 'tijdsinter val' is een periode van tijd gedefinieerd door een begin- en prof. dr. ir. PJ.M. van Oosterom, Sectie GIS- technologie Onderzoeksinstit uut OTB, TU Delft 1Artikel naar aanlei ding van de AGGN- themadag 'GIS en Tijd' op 6 juni 2006 (en AGGN nieuws brief). Fig. 1. Ruimte-tijd- thema driehoek en tijdslijnen. la. een eindtijdstip op de tijdslijn. De kleinste tijdseenheid wordt 'chronos' genoemd en is bijvoorbeeld vergelijk baar met de resolutie of pixelgrootte in een raster GIS. Zich herhalende patronen of gebeurtenissen kunnen worden gemodelleerd waarbij de 'fre quentie' aangeeft hoe vaak (snel) de herhaling plaatsvindt per tijdseen heid. Net als in het ruimtelijke domein kunnen er topologische relaties wor den gedefinieerd maar dan nu tussen de temporele primitieven. Fig. 2a toont een aantal mogelijke topologische relaties tussen twee tijdsintervallen. Normaal gesproken is er één tijdslijn in het verleden maar kunnen er meer dere tijdslijnen in de toekomst zijn (minder eenvoudige topologie) (fig. lb). In principe zouden er ook meerde re tijdslijnen in het verleden kunnen zijn zoals in het geval dat deze deels onbekend is (bijvoorbeeld in de geolo gie waar meerdere scenario's zijn gemaakt die de ontwikkelingen kun nen verklaren). In dergelijke gevallen lean het verleden ook door meerdere tijdslijnen worden gerepresenteerd. Er kunnen meerdere soorten tijd wor den beschouwd bij het modelleren in een GIS en het is goed deze duidelijk van elkaar te onderscheiden. Een aan- Tijd Thema Enkele en meervoudige tijdslijnen historie M n toekomst alternatieven historié voor de lb. GEO-INFO 2006-11 Temporele aspecten ook op eerste rang?1) toekom*!

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Geo-Info | 2006 | | pagina 18