PD
bruilc van deze gegevens. Dit speelt
ook in Nederland, waar bijvoorbeeld
het vrij beschikbare DINO (www.dino-
loket.tno.nl) een explosieve groei van
gebruik laat zien (fig. 4).
De ruimere beschikbaarheid wordt
overwegend als een positieve ontwik
keling gezien. Het enige voorbeeld wat
we hebben kunnen vinden waarbij ook
negatieve reacties worden gemeld, be
treft de NOAA-case. De NOAA (National
Oceanic and Atmospheric Administra
tion, onderdeel van de Amerikaanse fe
derale overheid heeft in 2004 besloten
om al haar gegevens op een gebrui
kersvriendelijke manier aan de maat
schappij ter beschikking te stellen.
Door de commerciële weerbedrijven is
hier flink tegen geageerd. Deze bedrij
ven behalen in de VS een omzet van ca.
één miljard US$ met het aanbieden
van weerdiensten en waren bang dat
hun omzet door deze actie van NOAA
in gevaar komt.
"There was pressure on the National
Weather Service not to make that in
formation available," aldus Jamais Cas-
cio' op de NOAA website.
Het is op dit moment niet duidelijk
wat de gevolgen van de NOAA-actie
zijn maar onze indruk is dat de bedrij
ven de negatieve effecten van een vrij
ere beschikbaarheid en toegankelijk
heid flink hebben overdreven.
Concluderend kunnen we stellen dat
er internationaal een trend is naar een
vrijere beschikbaarheid en een betere
toegankelijkheid van overheidsgege
vens. De in de jaren tachtig en negen
tig van de vorige eeuw opgeworpen
barrières worden langzaam geslecht.
Het gevolg is een sterk toegenomen
vraag naar gegevens. Voor het meten
van de maatschappelijke en economi
sche effecten van deze verschuiving is
het echter nog te vroeg.
Conclusies en aanbevelingen
Er is een algemene trend, zowel inter
nationaal als nationaal, naar een vrij
ere beschikbaarheid van overheids-
(geo-)informatie. De maatschappelijke
vraag, de technologische ontwikkelin
gen en economische ontwikkelingspo
tenties dwingen deze trend af. Door de
ontwikkelingen in de jaren tachtig en
negentig is in Nederland een zeer ge
fragmenteerde situatie ontstaan waar
bij per bestand eigen voorwaarden, re
gelingen en financieringsconstructies
-\
Fig. 4. Aantal DINO- zijn ontwikkeld. Bij de overgang naar een eenduidige natio-
transacties bij over- nale regeling (bijvoorbeeld vrijere beschikbaarheid) dienen
heid en niet-overheid de consequenties per bestand goed te worden geanalyseerd
(Bron: TNO, 2006). om de continuïteit van de bestanden te waarborgen.
Over de daadwerkelijke maatschappelijke en economische
effecten van een vrije beschikbaarheid is, zowel nationaal
als internationaal, vrijwel nog geen hard cijfermateriaal
voorhanden. Dit komt omdat het vrij verstrekken van geo-
informatie van vrij recente datum is en de echte impact nog
niet goed is vast te stellen.
Voor de onderzochte bestanden zijn de ingeschatte effecten
van een vrije verstrekking heel verschillend. Van het vrijgeven
van de bodemkaart en ecologische gegevens profiteren vooral
de overheid en het onderzoek en onderwijs. De kansen voor
nieuwe producten zijn beperkt. De bedreigingen blijven be
perkt tot het waarborgen van een continue financiering voor
de opbouw en het onderhoud van deze bestanden.
Van het vrijgeven van de DTB-droog en de DTB-nat profi
teert de overheid en het bedrijfsleven in enige mate. Ook
het aantal nieuwe toepassingen is beperkt, aangezien het
bestanden betreft die vooral een specialistisch gebruik ken
nen. De bedreigingen liggen op het vlak van mogelijk on
deskundig gebruik van de informatie door derden.
Bij het vrijgeven van het NWB en het AHN profiteren alle
geïdentificeerde gebruiksgroepen, van consumenten tot be
drijven. De overheid profiteert fors. Ook de verwachte ont
wikkeling van potentiële nieuwe toepassingen is bij deze
twee bestanden groot. De bedreigingen bij het vrijgeven van
deze twee bestanden zijn heel verschillend. Bij het AHN zijn
de bedreigingen beperkt, bij het NWB worden veel bedrei
gingen ervaren. De bedrijven die op dit moment commerci
eel wegeninformatie leveren, zien hun markt afnemen.
Daarnaast wordt er gevreesd voor kwaliteitsverlies ten aan
zien van de op wegeninformatie gebaseerde diensten.
Voor alle onderzochte bestanden blijkt de overheid zelf het
meest van een vrijere beschikbaarheid te profiteren, vanuit
een intern bedrijfseconomisch perspectief is een vrije be
schikbaarheid van overheidsdata efficiënt en effectief.
In lijn met deze conclusies worden de volgende aanbevelin
gen gedaan:
het vrij beschikbaar stellen van overheidsdata is aan te
bevelen vanuit maatschappelijk en intern overheidsbe-
drijfsmatig perspectief. Het wordt aanbevolen hier een
algemene beleidslijn voor te ontwikkelen;
het is verstandig om algemene gebruiksvoorwaarden op
te stellen voor geo-bestanden van de overheid om contro
le over gebruik, ontwikkeling en kwaliteit te houden.
3000
20000
18000
16000
14000
12000
10000
-\
gemeenten
o Waterschappen
Provincies
o Rijksoverheid
■2500
2000
1500
6000
4000
2000
■500
qg». O
2001
\_3H8u
2001
2003
2004 2005 2006
2004 2005 2006
2002 2003
geo-info 2007-1