praktijk kan men hierdoor snel door
deze virtuele wereld navigeren. Door
de cliënt-servertechniek is het boven
dien mogelijk Virtuocity als multi-
userapplicatie te gebruiken. Bij het
downloaden van een vrml-bestand zal
men noodgedwongen door een lokale
kopie van de virtuele wereld lopen.
Als tweede punt kan de specifieke
bestandsopbouw voor Virtuocity ge
noemd worden. Om gegevens op te
bouwen die geschikt zijn voor dit plat
form wordt gebruik gemaakt van 3D
Studio Max. Aan deze applicatie is ex
tra functionaliteit toegevoegd om de
modellen op een optimale wijze voor
de Virtuocity engine voor te bereiden.
Door het model op een efficiënte wijze
op te bouwen en te optimaliseren voor
Virtuocity is het mogelijk de gewenste
snelheid en functionaliteit te realise
ren. Een risico hierbij is dat het Virtuo
city platform nog niet erg breed inge
zet wordt waardoor op dit moment ei
genlijk alleen nog maar Cebra zelf deze
bestanden goed op kan bouwen. Cebra
heeft inmiddels wel de nodige kennis
aan de gemeente overgedragen waar
door Apeldoorn nu redelijk zelfstandig
inhoud toe lean voegen. De leercurve
voor deze activiteiten is behoorlijk steil
waardoor de noodzakelijke opleiding
een aanzienlijke investering in tijd
vergt. Is deze hobbel echter eenmaal
genomen dan ligt er een hele nieuwe
'virtuele' wereld voor je open.
Organisatie
Alleen het in huis halen van de beno
digde infrastructuur en technische
kennis is niet voldoende voor het suc
cesvol lanceren van een virtuele stad.
De infrastructuur die wordt neergezet,
moet worden gebruikt door de rest van
de organisatie om hun ruimtelijke
plannen te communiceren. Deze plan
nen kunnen afkomstig zijn van een af
deling projectontwikkeling of steden
bouw maar ook een afdeling mobi
liteit of het ontwerpteam van de
afdeling openbare ruimte kunnen hun
plannen met behulp van het platform
communiceren. Al deze afdelingen
hebben dus een belangrijke stem over
de wijze waarop de virtuele wereld
wordt ingezet. Ook een afdeling com
municatie heeft hier natuurlijk een
belangrijke rol in.
Tot nu toe is er bij de toevoeging van
nieuwe inhoud aan Virtueel Apel
doorn steeds aangesloten op bestaande
organisatiestructuren. Wanneer een ruimtelijk plan wordt
toegevoegd, wordt aangesloten op de bestaande projector
ganisatie. Binnen zo'n projectorganisatie hebben alle rele
vante medewerkers van de verschillende afdelingen al zit
ting. Wanneer er nieuwe ontwerpen beschikbaar zijn, zul
len deze ook via deze projectorganisatie beschikbaar
komen. Dit is natuurlijk cruciaal voor het actueel houden
van de ontwerpen.
Door globale bouw
massa's te gebrui
ken is het ook moge
lijk het platform al
in een vroeg stadi
um van de planvor
ming te gebruiken.
Het belangrijkste doel van Virtueel Apeldoorn is het verbete
ren van de communicatie rond de ruimtelijke plannen. Door
dat verschillende projecten in verschillende fasen via hetzelf
de platform gecommuniceerd worden, ontstaat het risico dat
de bezoeker niet meer goed in kan schatten wat de waarde is
van de informatie die hij aangeboden krijgt. Zo zullen er pro
jecten zijn die zich nog helemaal in het begin van de plan
vorming bevinden en niet meer dan een visie zijn.
Een project dat daarnaast ligt, kan een uitwerking zijn van
een stedenbouwkundig plan met zelfs concreet uitgewerkte
bouwplannen erin. Hoewel beide projecten waarschijnlijk
in één beeld gevangen kunnen worden, dienen ze op een
totaal verschillende manier opgevat te worden.
Er wordt op dit moment dan ook hard gewerkt aan het op
zetten van een standaard inhoudsmatrix. In deze matrix
wordt vastgelegd op welke vaste momenten een project
wordt gecommuniceerd en hoe de vormgeving op dat mo
ment is. Zo zal een project in de beginfase werken met
bouwblokken (aantal verdiepingen, grootte, enz.) en een
wegindeling die slechts een globale indruk geven van de
toekomstige inrichting. Door de plannen op vaste momen
ten met een standaard vormgeving te communiceren,
wordt het mogelijk een uitgebreide uitleg te geven over wat
men ziet en hoe de plannen moeten worden gelezen.
In de standaard inhoudsmatrix is sprake van een minima
le, een standaard en een uitgebreide variant van visualisa
tie. Op ieder communicatiemoment is het dus mogelijk te
kiezen voor één van deze drie uitwerkingen. Visualisatie
volgens de minimale variant behoort tot de standaard
dienstverlening van de afdeling Ruimtelijke Informatie en
is dus gratis. Wat precies de inhoud van de verschillende
varianten zou moeten zijn, wordt nog uitgewerkt. Waar-
GEO-INFO 2007-2
