m Dr.ir. Hans van Leeuwen (Argeops) sprak over 'Ecologische kwaliteit in beeld'. Rijkswaterstaat onderzocht sinds 1992 verbreiding van waterplan ten in het ÏJsselmeergebied door boten te laten varen in raaien op een afstand van honderd meter en elke honderd meter met een hark waterplanten op te vissen en die te onderzoeken. Uit een interdisciplinair onderzoek onder regie van Argeops bleek dat met digitale luchtfoto's beter en goedkoper ge daan te kunnen worden. (Satellietbeelden geven alleen een indicatie.) Kleurschakeringen in het nabije infrarood kre gen uiteraard pas betekenis met veldwerk erbij. De resulta ten werden op kaart gepresenteerd met een kleurcodering voor de mate van bedekking met planten. De knelpunten voor het toepassen van remote sensing-technieken leken hem 'vooral gammazaken'. wilde hij 'weg met het Taylorisme', dat mechanisch van A naar B wil, men moet volgens hem adaptief terugkop pelend van A naar B. Diagrammen met éénrichtingspijlen zijn uit den boze. Met zijn opmerking 'A kan het GBP zijn en B de buitenwereld die zit te wachten' werd toch een directe koppe ling naar de geomatica gelegd- Prof.dr. Guus Berkhout (TUD) sprak over 'Innoveren in de geomatica' en vond ook al dat 'de Flevopolder de eer ste moet zijn met de methode Hans- sen Hij wees op de noodzaak van een raamwerk met oriëntatiepunten om nieuwe zaken te kunnen plaatsen. Als illustratie toonde hij een plaatje van 'Physics Today' met verlichte - dus wes terse - locaties op de aarde ter illustra tie van de klimaat- en energieproble- matiek (dan kzij de schaal was de date ring van april 2002 kennelijk geen bezwaar!). Beeldend ging hij in op een nieuw leiderschap met toekomstbeel den, transiticpaden en procesmodel len. Toekomstbeelden worden bepaald door externe ontwikkelingen èn inter ne ambities en de clou van innovatie is niet om de beste, maar om de enige te zijn, aldus de hoogleraar. Transitiepa den moeten kalei doscopisch worden geprogrammeerd: dat levert een ont dekkingsreis op met hoge ambities en kleine stappen. In het procesmodel De geomaticaketen. Ir. Wouter Dirks (Van Oord bv) en drs. Sharon Tatman (WL Delft Hydraulics) hielden een inleiding over 'Monitoring van baggerwerken vanuit de ruimte'. Volgens de eerste was de rol van natte waterbouwers veranderd van zandlevefan cier in meedenkende partner. Remote sensinggegevens, in- situ-metingen en veldgegevens kunnen zorgen voor de voor spelling van de zogenaamde baggerpluim, wat nodig is in milieugevoelige gebieden. Met remote sensing zijn ook be staande sedimentpluimen van rivieren en andere gebrui kers te signaleren zodat de baggeraar geen onnodige schuld krijgt. Mevrouw Tatman ging in op het project RESTSCOD, deels gefinancierd uit het Nationaal Programma Gebrui kersondersteuning (GO-2) van het NIVR. De gehele verwer kingsketen werd daarin op basis van data-model integratie (DMI) gerealiseerd. Als laatste loodje moet nog een business plan worden geschreven en een struikelblok was de toegan kelijkheid van remote sensingdata. Aan boord van een schip wil men de gegevens binnen 24 uur hebben en dat lukt meestal niet bij de verder meest bruikbare sensoren. Uit het publiek was de vraag naar toepassing voor niet al leen de uitvoerende baggerfase, maar ook voor de voorgaan- 32 m hoge basalten Zuil van Lely (stadshart Lelystad) anno 2002 met sinds 2004 kopie van het beeld dat van hem op de Afsluitdijk staat van Mari Andriessen. Van luchtfoto's naar kaart Innovatie Monitoren baggerwerken toepassings- in situ kaarten en addltio- kennis gegevens modellen nele informatie grondstation en opslag value adding/GIS geo-lnformatie producten en -diensten GEO-INFO 2007-3

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Geo-Info | 2007 | | pagina 39