Op naar de Andere Provincie:
een week voi vragen
Geo-Info in Praktijk
Afgelopen week was weer een boeiende
week. Soms zijn alle ontwikkelingen
nog maar nauwelijks te bevatten. Sa
menwerking is steeds vaker een voor
waarde om elektronische dienstverle
ning en daarmee de Andere Provincie
vorm te geven. Dat betelcent dus auto
matisch: onderhandelen, compromis
sen sluiten en nieuwe (bijv. algemene
ICT-) technieken gebruiken. Vijf werkda
gen bieden een mooie staalkaart aan
'kwesties'.
Maandag: de post brengt een schrifte
lijk verzoek met beroep op de Wet
Openbaarheid Bestuur (WOB). Of de
provincie Noord-Brabant de gegevens
van het provinciale Streekplan wil leve
ren. Nu draaien wij onze hand daar niet
voor om. Dagelijks vragen burger en be
drijf beleidsplannen aan. Zo vaak, dat
we elk jaar duizenden dvd's branden
met alle geodata erop. ledereen kan
kosteloos een dvd aanvragen. Een WOB-
verzoek is helemaal niet nodig, kost ons
alleen meer tijd voor administratieve
afhandeling.
Later op de dag blijken er meerdere
WOB-verzoelcen naar alle provincies ge
stuurd te zijn. Het gaat niet alleen om
streekplannen, maar ook om de gege
vens achter de landelijke Risicokaart en
het Bodem Informatie Systeem. Die ver
zoeken zijn minder eenvoudig te beant
woorden. Beide systemen bevatten na
melijk ook data die door gemeenten
worden ingevoerd, bovendien werken
de provincies samen in landelijke be
heerorganisaties. Dat betekent dat er
nu 24 collega's een reactie gaan opstel
len en dat zij allen hoogstwaarschijn
lijk zullen doorverwijzen. Natuurlijk
zou het een stuk efficiënter zijn om één
antwoord op de 36 verzoeken op te stel
len, namens alle provincies. Gaat dat
lukken binnen de wettelijke gestelde
termijn van twee weken?
Dinsdag staat in het teken van een dis
cussie rondom RO-online. Gemeenten,
provincies en rijk hebben tien jaar de
tijd om alle bestemmings- en beleids
plannen, structuurvisies en verordenin
gen digitaal, uitwisselbaar en vergelijk
baar te maken en als rechtsgeldig digi
taal document beschikbaar te stellen
via RO-online. Het stond al langer vast
dat de gegevens per provincie via een
service beschikbaar zullen worden ge
steld. Het portaal van RO-online zou die
services dan vindbaar maken en tonen.
Zo heeft elke provincie kwaliteit, actua
liteit en presentatie van plannen zelf in
de hand. Nu ligt er een voorstel om de
gegevens op te halen en op te slaan in
een centrale, landelijke database. De
service wordt vanuit die database opge
maakt en beschikbaar gesteld. De voor
delen van het zelf serveren, de controle
over de data hebben, lijkt zo verloren te
gaan. Zou het niet mogelijk zijn om bei
de technieken te combineren?
Woensdag: overleg in Düsseldorf over
een grensoverschrijdende infrastruc
tuur voor rampenbestrijding. Opval
lend is het enorme verschil in beschik
baarheid van informatie tussen Ne
derland en Nordrhein-Westfalen. In
Nederland is het doel van de landelijke
Risicokaart (www.risicolcaart.nl) om de
burger te informeren over risico's in de
omgeving, zodat de kans op een ramp,
als die in Enschede, kleiner wordt. In
Duitsland is het ondenkbaar dat een
dergelijke voorziening er zou komen.
Dat wordt beschouwd als informatie
voorziening aan terroristen. Eén van de
aanwezigen bekijkt de Nederlanders
misprijzend: 'wacht maar tot jullie in
Nederland met een aanslag te maken
krijgen'. Dat verschil in houding heeft
tot gevolg dat gegevensuitwisseling
over de grens alleen plaats kan vinden
in een beschermde, beveiligde omge
ving. Daar hebben wij als provincies
nog niet veel mee te maken gehad. Zijn
Duitse en Nederlandse netwerken aan
elkaar te knopen? En zo ja, hoe werkt
dat dan, wie gaan daarover?
Donderdag, terug op de thuisbasis waar
de databanken opnieuw ingedeeld wor
den. Was de geodatabase tot voor kort
nog het exclusieve terrein van de geo-
specialisten, nu worden de eerste stap
pen naar daadwerkelijke integratie met
andersoortige gegevens gezet. Net alsof
twee bedrijven tot een fusie komen. Al
le spelregels, naamgeving en taakverde
ling worden opnieuw tegen het licht ge
houden. Tegelijkertijd loopt een traject
Marjan Bevelander
om een datawarehouse in te gaan rich
ten. Er is er al één voor bedrijfsvoering
maar nu gaat het om alle andere gege
vens. Voor ons is zonneklaar dat ook
daar koppeling met geodata mogelijk
moet zijn. Veel voorbeelden zijn er nog
niet, dus hoe gaan we dat aanpakken?
Vrijdag: de omgevingsvergunning is
één van de pijlers van de Andere Over
heid. Burger en bedrijf kunnen de ver
gunning, die een bundeling van allerlei
soorten vergunningen is, via één loket
aanvragen. Er gaat één procedure gel
den waarop één besluit volgt. Eén loket
dus ook voor provinciale en gemeente
lijke vergunningen, die zullen voor 'de
lclanf niet meer te onderscheiden zijn.
Het zal duidelijk zijn dat dit achter de
schermen een aardverschuiving bete
kent en een complexe opgave is. Eén
blik op de net gereed gekomen gege-
venscatalogus leert dat de integratie
van geo-informatie nog een brug te ver
is. De ontwerpers hebben hun handen
vol aan de administratieve kant. Vanuit
het geografisch vakgebied bezien, is dat
ondenkbaar. Juist bij de aanvraag van
een omgevingsvergunning is het voor
stelbaar dat de begrenzing van perce
len, waterwingebieden, een ecologi
sche hoofdstructuur of een bestem
mingsplan een enorme meerwaarde
zouden kunnen geven. Het is dus hoog
tijd om mee te gaan praten. Wie, hoe en
wanneer?
Kortom, een week vol boeiende vragen.
Om oplossingen te vinden, is het nood
zakelijk om de handen in elkaar te
slaan. Veel meer dan tot nu toe gebeurt.
De angst om de eigen identiteit, de zelf
standigheid en het maatwerk te verlie
zen, overheersen nog teveel. De water
schappen geven met de oprichting van
het Waterschapshuis een goed voor
beeld. Nu de provincies nog.
Marjan Bevelander,
Teamleider Datamanagement
Provincie Noord-Brabant en voorzitter
Interprovinciale Overleggroep GEO (IOG-Geo)
E-mail: MBevelander@brabant.nl
GEO-INFO 2007-4