bels draagt niet bij tot het kartografi- sche communicatieproces. Van een af stand is slechts te zien dat het op som mige plekken een drukte van belang moet zijn. Tekenend voor de tijdgeest is dat een van de voornaamste kritiek punten van een recensent in het tijd schrift van het Aardrijkskundig Ge nootschap (1906, p. 349) het ontbre ken van de zeilvaartlijnen is. De met deze schoolwandkaart gelijkenis ver tonende Bosatlaskaart 'Koloniën en Wereldverkeer' van P.R. Bos (vanaf 1904 herzien door Niermeyer) is dui delijker doordat veel minder stoom- bootlijnen zijn aangegeven en boven dien alle buitenlandse lijnen dezelfde kleur hebben. Het grote formaat van de op een afstand te gebruiken school wandkaart heeft de auteurs blijkbaar ten onrechte het idee gegeven dat ze veel meer gegevens konden opnemen dan aanwezig in de schoolatlaskaart. Opmerkelijk is tenslotte dat de kaart al in 1906, één jaar na de uitgave, werd verkocht aan de grote concur rent Noordhoff, waarschijnlijk als ge volg van een grote reorganisatie bij Wolters. Noordhoff heeft nog bijna dertig jaar lang geprobeerd de kaart te slijten aan scholen ('van nut voor den aanstaanden koopman') maar ook, zo veel middelbare scholen en han delsscholen waren er immers niet, aan nijvere 'koopmannen' in kanto ren. Een kaartje uit Bakoe Niet alleen de uitgevers Ykema, Wol ters en Noordhoff zagen handel in de nieuwe economische richting van de geografie, ook de kleine en eigenzinni ge uitgeverij Ten Brink vond dat zij bij de tijd moest blijven. Deze uitgever had niet alleen Blink aan zich weten te verbinden maar ook een andere geo grafische beroemdheid, R. Schuiling. Die was aanvankelijk zeer 'landschap pelijk' georiënteerd maar had op late re leeftijd 'het nieuwe geluid in de aardrijkskunde gehoord' [Baren et al„ 1924] en vervaardigde in 1914 samen met J. Schokkenkamp een '[Wandjkaart der Hoofdmiddelen van Bestaan in Ne derland' (fig. 7). Op deze kaart wordt het bodemgebruik aangegeven met vier vlakkleuren en worden zeven 'hoofdgroepen van nijverheid' aange duid door gekleurde dikke lijnen. De symbolen voor industriesteden binnen deze gebieden van nijverheid hebben dezelfde kleur als de 'kleurlijn' van dat Fig. 7. '[Schoolwand]- kaart der hoofdmid delen van bestaan in Nederland' van R. Schuiling en Schokkenkamp ([1914]schaal 1:400.000,1 blad, 81 x 66 cm). Gebruik moest worden gemaakt van een afbeelding in een fondscatalogus van de uitgever, H. ten Brink (circa 1920). gebied. Het goed doordachte kleurgebruik en de toepassing van proportionele symbolen (voor 'visschershavens') verra den de invloed van een kartografisch geschoold tekenaar: J. Schokkenkamp, een leerling van Schuiling en rond 1914 werkzaam als 'geologisch teekenaar te Bakoe'. Dat Schui ling zich 'niet met gebonden handen en voeten aan die nieuwe [economische, LB} richting' overgaf, blijkt mis schien al uit het relatief kleine formaat van deze kaart (81 x 66 cm). Het blijkt in ieder geval uit zijn toelichting in de fondscatalogus van Ten Brink, waarin hij de 'geologische grondslag' (grondsoorten) van zijn op groot formaat uitge voerde schoolwandkaart van Nederland nog eens verdedigt, en de 'agronomische grondslag' (bodemgebruik) daarvoor ongeschikt acht: 'men versnippert het landschap zoodoen de tot onherkenbaar worden toe'. Het gedeelte over bodem gebruik was ongetwijfeld vooral gericht aan Ten Have. Schuiling, ook wel de 'stoere Drent' genoemd, had zich nog lang niet gewonnen gegeven. 'Te flaauw en te weinig in het oog vallend' Net als het dilemma volledigheid versus duidelijkheid, is de hierboven aangeroerde kwestie grondsoorten (fysisch) versus bodemgebruik (sociaal-economisch) te beschouwen als een rode draad in de geschiedenis van de Nederlandse schoolwandkaart. De keuze tussen grondsoorten en bo demgebruik heeft de (school)gemoederen lang bezig gehouden. In een enkel geval werd geprobeerd deze keuze te omzeilen door voor beide te kiezen. Een duidelijke weergave van zowel grondsoorten als bodemgebruik is op één wandkaart echter zeer moeilijk te verwezenlijken. GEO-INFO 2007-4 M&oMsB&öeteft ïari BeaiftW NEDERLAND

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Geo-Info | 2007 | | pagina 31