Gebruik OGC-standaarden bij Rijkswaterstaat Wijzigen Beheerkaart Nat met Web Feature Services (WFS-T) In de loop van 2006 is binnen Rijkswaterstaat (RWS) de Beheerkaart Nat (BKN) opgeleverd. Dit geografische bestand behelst de uniforme vastlegging van het natte areaal van RWS. Het ontwerp, de ontwikkeling en de opbouw van het BKN-bestand hebben een lange geschiedenis. Parallel aan het inwinnen van het bestand heeft Rijkswaterstaat een beheerapplicatie ontwikkeld op basis van standaarden van het Open Geospatial Consortium (OGC). De BKN is een landelijk bestand op grootschalig niveau (1:1000), dat alle beheerobjecten van het natte areaal van RWS omvat. In de BKN worden de kenmerken vastge legd die beschrijven wat er wordt beheerd. Denk hierbij bij- 224 voorbeeld aan sluizen en bruggen maar ook aan oevers en waterobjecten. De geometrische basis van de topografie van beheerobjecten is in principe het Digitaal Topografisch Be stand Nat (DTB-Nat) van RWS. Voor de BKN wordt specifieke geometrie vastgelegd door generalisatie van het onderlig gende DTB. Het DTB-Nat kent geen BKN-gegevens, het DTB beschrijft alleen de topografie. De geometrische BKN-objec- ten (punten, lijnen en vlakken) worden verrijkt met admi nistratieve informatie. Voorbeelden hiervan zijn attributen als de BPN-code (unieke objectcode), Objectnaam, Complex code en Beheersregime. Fig. 1. Beheer applicatie met de verschillende BKN-niveaulagen Uitgangspunt bij ontwerp van de BKN was dat de data vanuit verschillende oogpunten te benaderen is. Dit vanuit organi satorisch perspectief (de RWS organisatie-indeling), de wa tersysteemindeling, maar ook functioneel (onderverdeling in (sub)categorieën, bijvoorbeeld brug) en per niveau. Deze laatste indeling is noodzakelijk om de objecten en hun on derlinge relaties correct in een database te kunnen opslaan. De volgende niveaus (met enkele subca tegorieën) zijn onderscheiden (fig. 1): 1. bruggen (beweegbare en vaste brug); 2. water (water, meetsysteem); 3. maaiveld (oevers, aanleginrichting, hoogwaterkering, schutsluis); 4. bodems (bodem vaarweg, bodem haven); 5. ondergronds (tunnel, sifon/duiker, aquaduct). Waarom heeft Rijkswaterstaat de BKN gemaakt? De behoefte aan de BKN is afkomstig van twee kanten. Vanuit de beheerders werd aangegeven dat er behoefte bestaat aan een eenduidige informatievoorziening over de natte objecten voor beheer- en onderhoud- doeleinden. Daarnaast wil het ma nagement meer informatie over deze objecten om beter te kunnen sturen. Toelevering van de informatie over het natte areaal aan het RWS Netwerk In formatie Systeem (NIS) is hiervan een belangrijk voorbeeld. RWS-organisatie De kennis over de te beheren natte objecten is binnen RWS niet centraal aanwezig. Deze ligt voornamelijk bij de Regionale Diensten (en de water districten daarbinnen). Zij zijn verant woordelijk voor het beheer van hun objecten en beschikken dus ook over de meeste en de meest recente infor matie over de verschillende objecten. Het beheer van de BKN moet dan ook bij deze onderdelen ondergebracht worden. Om zo goed mogelijk in de verschillende behoeften (eenduidige informatievoorziening, betere rappor tagemogelijkheden) te voorzien is ge kozen voor een oplossing die aansluit GECMNFO 2007-5

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Geo-Info | 2007 | | pagina 31