historische kaarten die
helpen te begrijpen hoe
Nederland is geworden
tot het land waarin we nu
leven, duidelijke themati
sche kaarten waaruit veel
informatie gehaald kan
worden over landen en
mensen en tenslotte legt
de atlas verbanden tussen
Nederland en de rest van
de wereld. In de media
kreeg vooral de kaart van
de slavenhandel in West-
Affika veel aandacht.
De kleuren zijn inder
daad helder, of fel, en de
jonge gebruikers zullen
dat zeker appreciëren.
Het gevaar bestaat dat
bij te grote kleurcontras
ten, met name tussen
de hoogtetinten, andere
informatie zoals rivier
en plaatsnamen minder
goed leesbaar wordt. Het
feit dat in deze atlas spra
ke is van eilandkartogra-
fie - elke provincie wordt bijvoorbeeld
apart behandeld en bij de fysische
overzichtskaarten wordt het niet-be-
handelde land lichter gekleurd (fig. 1
en 2) - bemoeilijkt het leggen van ver
banden tussen de behandelde landen
en de rest van de wereld. Ik ervaar dat
als een terugkeer naar vooroorlogse
kartografie. Dat er van de Nederlandse
landschappen ook foto's zijn opgeno
men, is prima en ze komen goed uit
op het glanzende papier. De atlas re
serveert acht pagina's voor geschiede-
nislcaarten en dat is zeker functioneel.
De Franse geograaf Vidal de la Blache
beval dat al aan. Kijken we naar de aan
dacht voor herkomstlanden van nieu
we Nederlanders, dan zijn daar even
veel bladen aan gewijd als in de Bos
Basisatlas. En de thematische kaarten
zijn zeker duidelijk, de enkele kwalita
tieve economische kaarten met figura
tieve symbolen uitgezonderd.
Structuur
De structuur van de atlas is duidelijk
en kleurgecodeerd. Eerst 37 lcaartblad-
zijden met kaarten van Nederland
(eerst landschappen, dan provincies
en tenslotte het hele land) en dan 21
kaartbladzijden van Europa (eerst het
overzicht, ook met thematische kaar
ten, dan de afzonderlijke landen).
Fig. 2. Detail van een van de landenkaarten (de kaart van de Balkan) uit de
atlas Nederland Wereldland van uitgeverij Hebri.
Daarna volgen 40 pagina's met over
zichtskaarten en thematische kaarten
van de hele wereld. Tenslotte volgen
7 pagina's met vlaggen en feiten (een
gestandaardiseerde, encyclopedische
informatie over alle staten ter wereld)
en het register. Dit alles wordt voor
afgegaan door een inleiding met een
duidelijke introductie in het kaartle
zen, atlasgebruik, het graadnet, hoog
tetinten en lcaartverschillen.
Tussen de hierboven genoemde kaar
ten zijn, als daar plaats voor is, foto's
en nieuwsfeiten opgenomen waar
mee de inhoud dichter bij de leerling
komt te staan. Maar dat brengt ook
het gevaar met zich mee dat de atlas
daardoor sneller veroudert. Net zoals
bij de Bos Basisatlas is van de infra
structuur van de landen het rivier- en
kanalennetwerk aangegeven; aan dat
wellicht ouderwetse gegeven zijn hier
op een aantal kaarten ook vliegvelden
toegevoegd. Het is moeilijk om voor de
selectie daarvan objectieve criteria te
bedenken.
Beschrifting, hoogtevoorstelling en
generalisatie
Bij het plaatsen van de namen is niet
altijd rekening gehouden met gren
zen en contouren maar doordat de
beschrifting in het alge
meen met vrij grote, vet
te letters is uitgevoerd,
wordt de aantasting van
de leesbaarheid hier
door, mede door de con
trastrijke basiskleuren,
redelijk ondervangen.
Dat brengt wel met zich
mee dat de informatie
dichtheid kleiner wordt:
het register bevat circa
5.300 namen. Bij de ge
ografische namen heeft
men een conservatieve
koers gevaren met veel
exoniemen. De transcrip
tie van namen uit niet-la-
tijnse alfabetten is consi
stent en goed uitgevoerd.
De hoogtevoorstelling
vindt alleen plaats door
middel van contouren en
hoogtetinten, er is geen
reliëfschaduwering. Dat
kan leiden tot een dui
delijker kaartbeeld maar
men verliest daardoor
wel veel informatie over
het reliëf. Door het wegvallen van de
kartografie-opleiding in Nederland
hebben we geen vaklcrachten meer die
zelf de - arbeidsintensieve - schaduwe-
ring kunnen uitvoeren. Vooruitlopend
op de klimaatverandering zijn er geen
gletsjers meer aangegeven. Een belang
rijk aspect van generalisatie is dat dat
altijd zodanig moet gebeuren dat de
verschillende informatielagen - zoals
hoogtelijnen en rivieren - op elkaar
blijven afgestemd. Dat is hier goed ge
beurd.
Thematische kaarten
Met de keuze voor een aantal geschie-
deniskaarten is er minder ruimte
voor thematische kaarten; het zijn er
nu een kleine honderd (Bos Basisatlas
meer dan tweehonderd) waarbij een
behandeling van het milieu wordt ge
mist. Er is wel een bladzij gewijd aan
klimaatverandering maar voor de oor
zaken (uitstoot van C02, fosfaten, enz.)
is geen ruimte. Kaarten van tempera
tuur en neerslag zijn er van alle we
relddelen behalve van Noord-Amerika
en Azië. In plaats van systematische
behandeling van bepaalde thema's per
land, is gekozen voor behandeling van
typische zaken zoals verstedelijking
(Brazilië), orkanen (Caribisch gebied),
de medina van een Arabische stad (Ma-
B. Cyprus
bestandslijn
fQnefcy
su i
Trrxjttai
M>S
iruCi
IBfSSH
Rdmnicu Vólcea
v.
fcPitesti
BOSNIË-
HERZEGOVINA
Constanta
- Cratova
Kfagujevac -
Sarajevo
*Mo5iar
-Dobric
Ptewi
ZWARTP
K mg.
BULGARJE
TURKIJE
MACEDON E
ALBANIË
Bursa
TURKIJE
UsaK*
'BcwmA
GRIEKENLAND
IONISCHE
ZEE
Sütaürf k.
LeMOi,,—*'
KKIHlhot
GEO-INFO 2007-5