pel, zoals Straat Bali, die in de atlas ont
breken. Een deel van de kaarten is wèl
gebruikt maar later bij het opsplitsen
van de atlas zoekgeraakt. Bij vergelij
king met de inhoudsopgave uit 1806
ontbreken in de atlas, na het opsplit
sen en verspreiden van de losse kaarten
rond 1856, kaarten van Ambon, Roti en
het westeind van Timor, een zeer gemis
te kaart van Celebes, aparte kaarten van
West-, Midden- en Oost-Java, een kaart
van het zuiden van Sumatra en westen
van Java, een kaart van Straat Malakka
en een plattegrond van de plaats Malak
ka. Het enige voor de atlas opgestuurde
materiaal dat er uiteindelijk niet in is
terechtgekomen, is dus het gedetail
leerde kaartmateriaal dat de route naar
Desjima uitbeeldde. Men kan zich afvra
gen of die kaarten misschien bewust uit
de atlas zijn weggelaten. Verder ontbre
ken Bali en Lombok, ontbreekt er een
300 km van de kustlijn van noordwest
Australië, evenals detailkaarten van de
Filippijnen en Borneo.
Men lean niet anders dan onder de
indruk zijn van de reikwijdte en de
nauwkeurigheid van het verzamelde
kaartmateriaal. Daarnaast overheerst
de verbazing over het ontbreken van
details, zoals kaarten van Bali en
Lombok, een deel van de kust van
noordwest-Australië, de aanloop naar
Nagasaki en het feit dat Borneo en de
Filippijnen alleen op de overzichts
kaarten staan afgebeeld. Nog verwon
derlijker is de discrepantie tussen de
beide delen, waarbij deel I recht toe,
recht aan werkt met een strak stra
mien van algemene kaarten dat, waar
nodig, aangevuld wordt met detail
kaarten. In deel II geldt dat alleen voor
Oost-Azië, maar niet voor de Indische
archipel die rommelig met ongelijk
materiaal is opgevuld. Het lijkt of men
hier op het eind van de onderneming
geen geld meer aan wilde besteden.
Over de geometrische nauwkeurigheid
van alle kaarten uit de atlas kan op ba
sis van de analyse van één kaart uiter
aard geen uitspraak worden gedaan.
Wel bevestigt de analyse van deze ene
kaart (de overzichtskaart van het hele
gebied) het beeld dat er al bestond: de
kaart kan als uitzonderlijk nauwkeu
rig worden beschouwd. Dit kan wor
den geconcludeerd op basis van drie
gebruikte methoden (overlay, vervor-
mingsgrid en de cirkelmethode). Het
oordeel over de actualiteit is goed, al
moeten daar nog detailstudies naar worden gedaan. Ook de
leesbaarheid is, zeker naar de toenmalige maatstaven, goed.
En het werk blijft een vindplaats van kostelijke details die
men pas bij gedetailleerde studie opmerkt.
Jenny, B. (2006). MapAnalyst - A digital tool for the analysis of
the planimetrie accuracy of historical maps. e-Perimetron, 1-3,
p. 239-245. Online op www.e-perimetron.org.
Mekenkamp, P.G.M. (1990). Die Entwicklung einer neuen Me
thode für die Bestimmung der Genauigkeit von alten Karten. 5.
Kartographiehistorisches Colloquium 1990, Oldenburg,
Dietrich Reimer Verlag, Berlin.
Schilder, G.G., J. Moerman, F.J. Ormeling, P.P.W.J. van
den Brink en J. Ferwerda - Grote Atlas van de Verenigde
Oostindische Compagnie deel I, de Atlas Amsterdam van Isaak
de Graaf. Zierïkzee 2006, Asia Maior.
In 1692 gaf de Amsterdamse Kamer van de V0C opdracht aan de kar-
tograaf Isaak de Graaf om een atlas te maken van het VOC-handels-
gebied (vanaf de Kaap tot Japan). Voor dit doel moest het kartogra-
fisch bureau van de V0C in Batavia kopieën van al z'n kaarten naar
Amsterdam sturen. De gegevens op deze kaarten werden verwerkt in
een homogene atlas, waaraan - behalve kleinschalige hydrografische
kaarten (1:2 min) - ook plattegronden, enkele geografische kaarten en
plans van forten werden toegevoegd. Het artikel behandelt de struc
tuur van de atlas, de leesbaarheid en de kwaliteit van de gegevens op
de kaarten. Met uitzondering van de kaarten van het hedendaagse
Indonesië kunnen deze aspecten als zeer goed worden gekenmerkt.
In 1692 the Amsterdam chamber of the Dutch East India Company
(VOC) commissioned the cartographer Isaak de Graaf to produce
an atlas of the VOC trading area (from the Cape to Japan). To this
end, the VOC mapping centre in Batavia had to send to Amsterdam
copies of all its maps. Data from these maps were copied to form
a homogeneous atlas to which - except for small-scale hydrograp-
hic charts (1:2M) views - town plans, some geographical maps and
plans of fortifications were added. The paper deals with the struc
ture of the atlas, as well as with its legibility and the data quality
of the atlas maps. Apart from the maps from present-day Indonesia
these aspects are considered quite satisfactorily.
Het eindoordeel
Literatuur
De figuren 1, 2 en 3
zijn ontleend aan
de Atlas Amster
dam van Isaak de
Graaf en het copy
right daarvan op
berust bij het Nati
onaal Archief. Met
dank aan Rob van
Diessen, Uitgeverij
Asia Maior, voor
het ter beschik
king stellen van de
scans.
Samenvatting
De Atlas Amsterdam van Isaak de Graaf
Summary
The Atlas Amsterdam of Isaak de Graaf
GEO-INFO 2007-7/8