z
5
Op het moment dat het gegevensmodel, de database en het
exportscript afgerond zijn is natuurlijk de daadwerkelijke
gegevensexport van het fictieve stuk infrastructuur (fig. 3)
een koud kunstje. Het GML-schema en de GML-gegevens
werden vervolgens verstuurd naar de vier deelnemende le
veranciers. De bestanden werden bovendien vergezeld van
een eenvoudige fictieve opdracht: het aanleggen van hon
derd meter rangeerterrein met baanlichaam, wissels, spoor,
bovenleidingpalen, bovenleiding. Ook kregen alle deelne
mers de beschikking over alle tot dan toe ontwikkelde ken
nis aangaande UML/XML/GML.
292
Al vroeg in de pilot moest het risico worden onderkend dat
leveranciers, ondanks hun initiële enthousiasme, mogelijk
niet konden voldoen aan de vraag om het GML-bestand te
wijzigen. De materie is gecompliceerd, mogelijk te gecompli
ceerd om in enkele maanden bij te spijkeren zonder bezoldi
ging. Om deze reden wordt besloten om ook zelf de opdracht
uit te voeren, zodat de volgende stap niet in gevaar komt.
Enkele maanden na de verstrekking van de opdracht blijkt
de inschatting van dit risico terecht te zijn geweest. Van de
vier deelnemende bureaus blijkt niet één in staat om aan de
opdracht te voldoen. Dit is natuurlijk op zich een belangrijk
signaal over de mate waarop leveranciers van ProRail klaar
zijn voor GML - wellicht een van de belangrijkere resulta
ten van het pilotproject.
Deze stap kan gelukkig wel worden uitgevoerd aangezien
het project ook zelf een gewijzigd bestand heeft aange
maakt. Voor de import van gegevens wordt ook gebruikt ge
maakt van FME.
Hoewel het importeren van gegevens
op zich een eenvoudige zaak is, ko
men op dit vlak nog enkele interes
sante kwesties aan het licht. Het terug
geleverde bestand bevat, in het geval
van de pilot, een groot aantal objec
ten: sommige zijn gewijzigd, sommige
zijn verwijderd, sommige zijn nieuw.
Vraag voor de organisatie is: op welke
manier worden deze wijzigingen in
de database opgenomen? Voor versie-
beheer van objecten had de pilot nog
geen voorzieningen getroffen. Verwacht wordt dat dit in
een dienstdoende oplossing uiteraard wel het geval zal zijn.
Andere vragen: wat te doen wanneer één object wordt ge
splitst? Wordt het oorspronkelijke object bijvoorbeeld ver
wijderd en vervangen? En wat gebeurt er in zo'n geval in de
database dan met onderhoudsgegevens? Enzovoorts.
Het doel van het project was kennisontwikkeling over de
mogelijkheden en wenselijkheid uitwisseling van spoor-
specifieke gegevens (met name oplevering bij projecten)
middels de open standaard GML, Dit doel is ruimschoots be
reikt. Daarnaast zijn voor de organisatie enkele waardevolle
feiten boven tafel gekomen.
Fig. 3. Het fictieve
stuk infrastructuur
dat is gebruikt in
de test.
Om te beginnen is er een goede busines-
scase voor de uiteindelijke overstap naar
GML als uitwisselingsformaat. Zodra
bovendien (een deel van) de infragege-
vens zijn opgenomen in een spatial da
tabase, is ProRail ook technisch in staat
0111 die gegevens te exporteren naar dat
formaat - en weer te importeren.
Informatiekundig gesproken moet er
nog veel gebeuren. De objectenstruc
tuur is in haar huidige vorm niet
geschikt als basis voor grootschalig
objectgerichte informatie-opslag c.q.
informatie-uitwisseling. Er zijn teveel
open einden en onduidelijkheden.
Aanbevolen wordt de huidige metho
diek op basis van Excel- en Worddo
cumenten te vervangen door een me
thodiek dat zich beter leent voor het
beschrijven van gegevensstructuren,
zoals UML. Daarnaast zijn de databa
ses (denk onder meer aan tekening
collecties) binnen ProRail doorgaans
nog niet volledig ingericht volgens de
eigen objectenstructuur, of gekoppeld
daaraan.
Als laatste moet worden geconclu
deerd dat ook de leveranciers van Pro
Rail op dit moment nog niet in staat
zijn om GML-bestanden te leveren. De
benodigde expertise is schaars maar
dit kan snel veranderen wanneer soft
wareleveranciers de ingeslagen weg
blijven volgen.
Stap 5 6: exporteren gegevens en versturen opdracht
aan leveranciers
Stap 7: importeren gewijzigde gegevens
Conclusie
ShapeChange is een Java-programma dat op
dit moment helaas alleen via de command
line kan worden aangestuurd. Dit betekent
dat (in Windows) een DOS-box moet wor
den geopend om ShapeChange instructies
uit te voeren. Uiteraard kan ook een batch-
bestand worden ingericht. De input van
ShapeChange bestaat uit een XML-bestand
waarin een UML-schema is vastgelegd. De
output is eenvoudiger: een GML-schema.
CEO-INFO 2007-7/8