Hoogtepunten en 'dieptepunten'
Fig. 5. Op het westen georiënteerde kaart van Holland doorBaltha-
sar Florisz. van Berckenrode, uitgegeven bij Henricus Hondius, 1629
(Utrecht UB, Kaart BlonkHOL-31). Deze door Salomon Rogiers
gegraveerde foliokaart Comitatus Hollandix behoort tot de collectie
gedigitaliseerde kaarten, evenals de latere navolgingen daarvan
door Marcus Zuerius Boxhorn (1632), Jacob Aertsz. Colom (1635), Cor
nells Danckertsjr. (1636), Claes Jansz. Visscher en Visscher I (1652),
Caspar Merian (1654) en Frederick de Wit (ca. 1670). Kenmerkend
voor het merendeel van deze kaarten zijn het wapen van Holland
middenhoven, het inzetkaartje met de Waddeneilanden rechtsboven
en de cartouche met leeuwenajbeelding linksonder.
Aan het einde van de zeventiende eeuw kwam tot slot een
nieuw prototype kaart van Holland op de markt: de tweebla-
dige kaart Hollandix Comitatus van Visscher II, het enige proto
type dat in de collectie gedigitaliseerde kaarten is opgenomen
(fig. 6). Visscher incorporeerde allerlei nieuwe topografische
gegevens op basis van contemporaine regionale detailkaar
ten, waaronder de hoogheemraadschapskaarten van Rijnland
(1647) en de Uitwaterende Sluizen (1680). De kaart werd gedu
rende de gehele achttiende eeuw nagevolgd; de website Gedi
gitaliseerde kaarten laat daarvan vele voorbeelden zien.
De kartografische geschiedschrijving van de provincie
Utrecht mag minder aansprekend heten dan die van Hol
land. Pas in 1599 kreeg de provincie Utrecht haar overzichts
kaart, samengesteld door de predikant en administrateur
Cornelis Anthonisz. Hornhovius. Hornhovius' kaart was
geen hoogstaand kartografisch product en er ging relatief
weinig invloed van uit. Wel was er in de zeventiende eeuw
een navolging op folioformaat, door onder meer Pieter van
den Keere (1617), die weer model stond voor een verkleinde
(en inmiddels gedigitaliseerde) uitgave door Jan Evertsz.
Cloppenburgh (1632). Uiteindelijk verving in 1696 de nieu
we wandkaart van Utrecht door landmeter Bernard de Roij
die van Hornhovius. De gedigitaliseerde kaart van Francois
Halma (1725) herbergt bijvoorbeeld elementen van De Roij's
kaart. In de negentiende eeuw kreeg Utrecht een fraaie vier-
bladige overzichtskaart op de schaal van 1:50.000, samenge
steld met vooral kadastrale gegevens door Jan Hendrik Kips
(1850)(fig. 7). Dit document werd in 1892 opgevolgd door
de eveneens vierbladige kaart op dezelfde schaal uit het
Utrechtse atelier van J. van Druten. Beide overzichtskaarten
zijn in hun volle pracht te bewonderen op de website Gedigi
taliseerde kaarten.
Fig. 6. Kaart van Holland door Nicolaas
Visscher II, tweede staat, 1696 (Utrecht
UB, Kaart BlonkHOL-69). Kenmerkend
zijn de oriëntatie op het noorden en het
grotere afgebeelde gebied in het oosten.
Ook het grote formaat voor een atlaskaart
is karakteristiek; de kaart diende in geval
van opname in een atlas aan de boven- en
rechterzijde gevouwen te worden. De kaart
van Visscher was gedurende de gehele acht
tiende eeuw invloedrijk. Zo gaan de kaarten
van Caspar Specht (1704 en 1725), Francois
Halma (1725), Erven Homann (1733), Isaak
Tirion (1739), Matthaus Seutter (ca. 1741),
Johann Michael Probst (1791), Franz Ludwig
Güssefeld (1791) en Johannes Covens Zoon
(1792), alle gedigitaliseerd, direct of indirect
terug op die van Visscher II.
Fig. 7. Titelblad
van de vierbladige
kaart 1:50.000 van
de provincie Utrecht
door Jan Hendrik
Kips, 1850 (Utrecht
UB, Kaart *Blonk*
UTR-llb).
De kaarten van Holland en Utrecht val
len niet alleen op vanwege hun positie
als prototype of navolging; ook enkele
bijzondere en zeldzame kaarten zijn
het vermelden waard. Zo toont de web
site onder andere de derde staat (na
1593) van de Hollandlcaart van Gerard
(•KkMANtCV.M
MARE
\dvcatys Aj
ImUMNTUsI
GEO-INFO 2007-9