Maatregelen om belemmerin gen te verzachten mogen hun gemaakte kosten inclusief een redelijk rendement op hun investe ringen verhalen op afnemers. Dit mo del wordt op basis van een wettelijke regeling gehanteerd door bijvoorbeeld het Kadaster, dat geheel afhankelijk is van eigen inkomsten. Voor de meeste overheidsorganisaties geldt echter dat geo-informatie wordt ingewonnen en bijgehouden als onderdeel van (andere) wettelijke taken. Aangezien die kosten worden betaald uit de jaarlijkse begro ting, zijn die instanties daarvoor niet direct afhankelijk van de inkomsten uit geo-informatie. Voor deze geldt dat zij - behoudens andere regelgeving zo als die inzake Markt en Overheid - hun gegevens tegen verstrekkingkosten zouden kunnen leveren. Terughoudend gebruik van beroep op intellectueel eigendom De overheid werkt al een aantal jaren aan de ontsluiting van overheidsinfor matie. Programma's zoals de Elektro nische Overheid en de Andere Over heid dragen hier voor een grote mate aan bij. Ook binnen Europa heeft het beschikbaar stellen van overheidsin formatie voor hergebruik een hoge pri oriteit (PSI-Richtlijn en INSPIRE). Het is echter niet voldoende dat de infor matie openbaar is, de informatie moet ook kunnen worden hergebruikt, dat wil zeggen toegankelijk en beschikbaar zijn voor andere gebruikers. Dit bete kent dat overheidsinstanties bij het be schikbaar stellen van databestanden in mindere mate een beroep zouden moe ten doen op de rechten van intellectu eel eigendom, ook niet om daaraan allerlei bezwarende voorwaarden te stellen. Alleen op deze manier zal het mogelijk zijn een bloeiende industrie van value-added producten en services te laten ontstaan in Nederland. Onderzocht zou moeten worden in hoeverre het concept van de Creatieve Commons (zie kader) zou kunnen wor den gebruikt om de voorwaarden waar onder overheden hun data thans op de markt brengen te stroomlijnen, om zo doende op eenvoudige wijze overheids- data vrij te geven dan wel laagdrempe lig ter beschikking te stellen. Dit zal ook een stap in de goede richting zijn om de consistentie van licentievoor- waarden tussen de verschillende over heidsorganisaties te bevorderen. Creative Commons Creative Commons (CC) is in 2001 opgericht in de VS door prof. Lawrence Lessig omdat hij van mening was dat het VS auteursrecht de ontsluiting van wetenschappelijke werken en creatieve werken van (beginnende) auteurs via het internet teveel beperkt. In plaats van de auteursrechtelijke "all rights reserved" benadering werkt CC aan een "some rights re served" benadering. CC biedt een licentiesysteem aan waardoor werken (via het internet) met behoud van bepaalde auteursrechten laagdrempelig verspreid en voor hergebruik ter beschikking kunnen worden gesteld. Door het gebruik van symbolen voor de verschillende licentievoorwaarden, kan in één oogopslag worden gezien wat wel en wat niet mag. Er zijn nu in bijna 40 landen CC-organisaties opgezet en de Amerikaanse licenties zijn omgezet naar het nationale recht van de betreffende landen. In Nederland is dit in 2004 gedaan door het Instituut voor Informatierecht van de Universiteit van Amsterdam. CC-licenties zijn po pulair: eind 2006 waren er meer dan 140 miljoen! Creative Commons Nederland biedt standaardlicenties aan waarmee een licentiegever wer ken ter beschikking kan stellen aan derden. Naast standaardclausules die voor elke licentie verplicht zijn, zoals verplichte naamsvermelding, bevatten de CC-licenties elk een of meer van de volgende voorwaarden: de licentienemer mag een werk wel of niet voor commerciële doeleinden gebruiken; er mogen wel of geen bewerkingen worden gemaakt van het werk (afgeleide werken); het is wel of niet verplicht om de bewerkingen onder dezelfde licentievoorwaarden aan te bieden aan derden (gelijk delen). Van de CC-licentievarianten bestaan steeds drie versies: een lekenversie van enkele regels in simpel Nederlands met relevante symbolen; een juridische versie van enkele pagina's die bindend is en een computerleesbare versie bestaande uit een XML-vertaling van de li centie die ervoor zorgt dat zoekmachines en dergelijke het werk kunnen identificeren aan de hand van de gebruiksvoorwaarden. Dit bevordert het kunnen vinden van bestanden die geschikt zijn om te gebruiken voor eigen doeleinden. Overheidsbeleid Markt en Overheid Stond na het rapport van de Commissie Cohen vooral cen traal het creëren van een gelijk speelveld voor publieke en private partijen bij het op de markt brengen van data in de handen van de overheid, tegenwoordig richt de discussie zich vooral op de mogelijkheden tot vrije verstrekking, dan wel het toegankelijk maken van databestanden om daarmee de kenniseconomie binnen Nederland te bevorderen. Deze beleidswijziging - die ook ten grondslag heeft gelegen aan de PSI-Richtlijn - is echter nog niet neergelegd in formele wetgeving of beleidsstukken. Er is voorts onduidelijkheid over de wettelijke status van de hiervoor reeds genoemde "Aanwijzingen". Moeten deze als richtlijnen worden be schouwd of als min of meer formele regelgeving? Bovendien gelden de "Aanwijzingen" alleen voor de rijksoverheid. De lagere overheden vallen niet onder het regiem van Markt en Overheid en de ZBO's zoals het Kadaster vallen onder eigen specifieke wetgeving. Er was in 2005 een nieuw ontwerpwets- voorstel opgesteld inzake de verhouding Markt en Overheid. Maar met de komst van het nieuwe kabinet is dit wetsvoor stel weer ingetrokken. Zolang er geen nieuw beleid wordt ge formaliseerd zal deze onduidelijkheid blijven bestaan. Basisregistraties In kader van de efficiëntere overheid wordt tussen 2007 en 2009 een aantal basisregistraties ingevoerd. De basisre gistraties zijn bedoeld om gegevens die intensief worden gebruikt in meerdere beleids-, uitvoerings- en handhaving- ketens te stroomlijnen. Door de basisgegevens vast te leggen in een stelsel van registraties, ontstaat ordening in deze grote hoeveelheid aan gegevens en neemt de kwaliteit daar van toe. De overheden moeten verplicht gebruik maken van deze basisregistraties en mogen deze bestanden niet meer zelf aanleggen. Burgers en bedrijven hoeven slechts eenma- GEO-INFO 2007-9

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Geo-Info | 2007 | | pagina 33