(fig. 4). Deze OOIT-onderverdeling kan functioneren als een
soort postcodesysteem, als een globale plaatsaanwijzer bin
nen het vakgebied. Met behulp van die OOIT-indeling kun
nen voor het GI-vakgebied de namen van Functies, Rollen,
Activiteiten en Producten, zoals die voorkomen in specifie
ke situaties van banen of opleidingen, elk worden voorzien
van hun plaats-attributen in de OOIT-indeling: werksoort,
hiërarchisch niveau en subgroep.
Daarmee ontstaan op den duur 'kaarten' voor de FRAP-stati-
ons op de werklijn van dat vakgebied.
Omdat die 'kaarten' in hetzelfde systeem zijn geformu
leerd, hebben ze een relatie met elkaar. Dat kan helpen bij
het zichtbaar maken van de samenhang binnen een vakge
bied. Zo kun je daarmee concluderen welke Activiteiten bij
welke Functie horen of welke Producten uit de vervulling
van een bepaalde Rol voortkomen. Dat is nuttig als je een
personeelsadvertentie moet opstellen, of als je moet formu
leren voor welke competenties een opleiding opleidt.
Een ander interessant punt is dat er verband valt te leggen
tussen de Activiteiten-kaart van het vakgebied en de inhoud
van de Gl-opleidingen. Immers, iedere opleiding of cursus
brengt Kennis, Vaardigheden en Houding aan bij z'n stu
denten. Maar welke? Er worden bepaalde keuzes gemaakt
met betrekking tot de onderwerpen en de diepgang waar
mee ze worden behandeld. Het resultaat van die keuzes, de
onderwijsinhoud, kan voor de opleiding of cursus worden
vastgelegd met behulp van de OOIT-onderverdeling. Het re
sultaat is watje zou kunnen noemen: onderwerplcartering.
Als elke Gl-opleiding zo'n onderwerplcartering zou hebben,
worden opleidingen beter vergelijkbaar. Dat is prettig voor
buitenstaanders, zoals studiekiezers uit binnen- en buiten
land, werkgevers en accreditatie-instellingen. Onderwerp
lcartering is ook inzetbaar om de samenhang tussen de
valclcen binnen een opleiding te analyseren, zoals een klein
experiment bij Wageningen Universiteit heeft aangetoond.
Niveau-indelingen voor de mate van Kennis, Vaardigheid of
(geschikte) Houding zijn (als ze al bestaan) veel minder al
gemeen bekend dan bijvoorbeeld de 10-puntenschaal voor
de Nederlandse schoolrapporten. Mede omdat niet elk land
een dergelijke 10-puntenschaal hanteert, is voor GI-Linlc ge
kozen voor een nog eenvoudiger schaal: een uiterst eenvou
dige verdeling in drie klassen: Beginner (1), Gevorderd (2) en
Expert (3).
Deze indeling wordt zowel gebruikt om het niveau van
een cursus te karakteriseren als om het opleidings- en er-
Fig. 3. De 4 soorten
werk ten opzichte
van de werklijn.
Fig. 4. Voorbeeld
van de voorlopige
onderverdeling van
de werksoort
Overdracht.
varingsniveau van een sollicitant aan
te duiden. Het is dus aan de docent en
aan de werkgever om vanuit hun in
houdelijke betrokkenheid bij baan of
cursus te taxeren op welk niveau K, V
en H verwacht worden. Dat moet dan
gebeuren voor de drie belangrijkste
Kennis-onderwerpen, Vaardigheden
en Houdingsaspecten, hierna aange
duid als de KVH-onderwerpen. Voor
sollicitanten en cursisten worden hun
KVH-niveaus automatisch bepaald aan
de hand van de door hen aangegeven
combinatie van opleiding en ervaring.
Om de geschiktheid te bepalen van
een kandidaat voor een GI-baan, of
een GI-cursus, wordt een score toege
kend aan de mate waarin de aanvrager
(sollicitant of cursist) het gewenste ni
veau heeft voor de benodigde KVH-on
derwerpen. Van de scores wordt het
gewogen gemiddelde berekend. De
wegingsfactor geeft de beoordelaar de
mogelijkheid om te variëren met het
relatieve belang van de te combineren
bestanddelen. Dat beïnvloedt het re
sulterende geschiktheidspercentage.
Behalve voor de afstemming tussen
werkaanbieders en werkzoekenden
kunnen de beschrijvingen in de GI-
Link database ook gebruikt worden om
te bekijken hoe de inhoud van een op
leiding zich verhoudt tot de wensen in
het toepassingsveld. Zo valt te denken
aan het vergelijken van de behoefte van
accountbeheerder
beleidsontwikkelaar
Adviseur
verkoper PR-persoon
secretaris
redacteur^ Rapporteur
auteur
OVERDRAGER
docent
Opleider trainer
hoogleraar
Ondersteuner gebruikersondersteuner
Koppelaar organisator
Mate van bekwaamheid
s
Funciies
Activiteiten
Producten
Bepaling van geschiktheid
GEO-INFO 2007-10