VROM-minister Jacqueline Cramer: Europa 'Zoek met geo-ict aansluiting bij de volgende generatie' De nieuwe minister van Ruimte en Milieu, die qualitate qua geoinformatie in haar portefeuille heeft, blijkt begaan met het geowerkveld. Ondersteund door het GI-beraad zullen er onder haar leiding deze kabinetsperiode nogal wat zaken naar de Kamer gaan. Geo-ict staat volgens Jacqueline Cramer op de grens tussen een visueel aantrekkelijke e-government voor de burger en een efficiënte overheid via een stelsel van basisregistraties. Ook al hangt haar werkkamer vol met oud en nieuw cartografisch werk, dat zegt op voorhand nog niets over haar werkelijke interesse in geoinformatie. Maar die terughoudendheid doet Jacqueline Cramer geen recht. "Ik lees Vi matrix al jaren thuis. Geoinformatie kom je doorlopend tegen. Informatie over de kwaliteit van de biodiversiteit of hoe het zit met landgebruik - dat zijn zaken waar ik als hoogleraar het mijne van moest weten. En onlangs had ik een debat in de Eerste Kamer over de grondexploitatiewet. Het gaat dan toch over wat we eigenlijk weten over wie wat in eigendom heeft en welke informatie er over grond en eigenaren bekend is. Nu zit ik hier voor ruimtelijke ordening en milieu, maar mijn collega's hebben ook thema's die met geoinformatie te maken hebben, zo blijkt uit de begrotingsdiscussies in het Kabinet. Met de minister van Binnenlandse Zaken heb ik bilateraal gesproken over de basisregistraties. Het is een van de pijlers van deze regering om via e-governance de informatie naar de burger te verbeteren. Daar vormt het stelsel van basisregistraties een belangrijke rol in. We moeten nogal wat knopen doorhakken over toegankelijkheid, dus het zal de komende tijd op de strategische agenda terugkomen. Het is uiterst boeiend, ook in het kader van de nieuwe technologische mogelijkheden. Straks loeren ze nog met satellieten in mijn huiskamer", lacht ze vrolijk. De gewenste vergroting van de toegankelijkheid van overheids informatie wordt sinds kort ondersteund door Europese wetgeving, Inspire. Cramer toont zich er zeer tevreden mee. "Ik heb in mijn vorige onderzocksfuncties zelf ook behoefte gehad aan zoiets als Inspire. Als je probeerde milieudata internationaal te vergelijken, ging dat zeer moeizaam. De haalbaarheid van dergelijke ingrijpende wetgeving - vrijwel alle betrokken organisaties moeten hun processen drastisch aanpassen - hangt echter af van de dwang die erachter zit. Europese wetgeving is de zwaarste stok achter de deur. We moeten er gewoon aan voldoen, hoewel er over de uitvoering nog veel te onderhandelen valt." "We hebben daarom ook gestimuleerd, dat Nederlanders in de draftingteams zitten en de implementatieregels mee ontwikkelen. Zo heb je op een aantrekkelijke manier invloed op wat er gebeurt." Peter Welling, voorzitter van het GI-beraad, het interdepartementale adviesorgaan voor geoinformatie, stelt haar gerust: "We zorgen er bovendien voor, dat de infrastructuur die in Europa wordt ontwikkeld, hier in Nederland op dezelfde manier wordt ingericht dan doen we geen dingen dubbel en alles is meteen Inspirc-proof." Geonovum, een private stichting, ondersteunt het GI-beraad operationeel rond (onder meer) Inspire. Tot nu toe bestaat het beeld dat Geonovum ook straks de invoering en het centrale GIN Congres Magazine

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Geo-Info | 2007 | | pagina 6