Het regulier polytoop is een repre sentatie die als opslagstructuur voor ruimtelijke objecten kan dienen. Dit moet niet worden gezien als het enige onderzoeksobject, maar eerder als een goed voorbeeld voor rigide methoden om ruimtelijke gegevens te represente ren en op te slaan. Dat deze specifieke representatie scherp gedefinieerd en exact geïmple menteerd kan worden, demonstreert dat een dergelijke rigiditeit mogelijk is en opent de mogelijkheid dat andere digitale geometrische representaties op vergelijkbare wijze kunnen worden geanalyseerd. Het regulier polytoop is een bijzonder handelbaar concept voor dit type van analyse, vandaar de keuze voor dit concept. Dit in tegenstelling tot de structuren in de hedendaagse syste men die veel complexer zijn op dit vlak. Met name drijvende-kommagetallen leiden tot een aanzienlijk hoger niveau van complexiteit en alleen de meest basale topologische eigenschappen kunnen worden bewezen als drijvende- kommaoperaties worden gebruikt. Bijzondere aandacht is verder in het proefschrift besteed aan het onder werp 'verbondenheid', zowel binnen een regulier polytoop als tussen meer dere reguliere polytopen. Gebaseerd op gehele of domein-beperkte rationele- getallenrekenkunde wordt aangetoond dat de strenge logica van topologie, de 'Boolean connection algebra' [Düntsch en Winter, 2004] en de 'region con nection calculus' [Randell et al., 1992] gerealiseerd kunnen worden in de da tabase-implementatie zelf. Hiermee hebben dergelijke databasestructuren geen last van de eerder besproken fa lende logica. 3. Modelieren op basis van het regulier polytoop De theoretische basis is vervolgens toegepast op een daadwerkelijk data- baseontwerp, waarbij verschillende alternatieven onderzocht zijn. Om de praktische haalbaarheid van het con cept aan te tonen is daarom een ver zameling Java-klassen ontwikkeld en getest. In tabel 1 wordt de benodigde hoeveelheid opslagruimte van een zes tal kunstmatige datasets vergeleken, elk opgeslagen in de traditionele typen zoals in bijvoorbeeld Oracle Spatial beschikbaar (polygon in 2D en polyhe dron in 3D) en in het regulier polytoop. Fig. 7. Het complement van een convex polytoop. Tabel 1. Omvang van de opslag van niet-topologische representaties. c n {HA c, m y C, {HA C, {HA polygon/hedron regulier polytoop Hieruit blijkt dat in 2D het regulier polytoop ongeveer twee keer zoveel opslag gebruikt maar dat deze in 3D minder op slagruimte nodig heeft dan de traditionele aanpak. De regulier polytoop aanpak kan zowel worden gebruikt voor het modelleren van losse objecten (zonder direct met buren verbonden te zijn) als voor toepassingen die uitgaan van een opdeling van de ruimte (partities). Bij partitiemo- dellering lean er van een topologische codering gebruik worden gemaakt zodat complementaire halfruimten via gedeelde representaties (A, B, C, D) efficiënt kunnen worden opgeslagen. Een fraaie eigenschap van een op reguliere poly topen gebaseerde partitie is dat elk punt exact bij één object hoort en dus nooit op de grens tussen twee objecten valt. Fig. 8. Overzicht van het test gebied. Als praktijkproef is een dataset met ongeveer duizend ka dastrale percelen van het kadaster in Queensland (Austra lië) geladen (fig. 8). Dit betreft een halfstedelijlc gebied met een gemiddelde dichtheid en complexiteit. Het gebied be vat voornamelijk gewone 2D-percelen maar ook een beperkt aantal 3D-volumepercelen. Het gebruik van de percelen va rieert van wonen, licht-commercieel en licht-industrieel tot recreatief gebruik. 475 i=1..4 Convex polytoop gedefinieerd door halfruimten Complement van Convex Polytoop 2D, 4 zijden 96 bytes 144 bytes 2D, 100 zijden 864 bytes 1860 bytes 2D, 10000 zijden 80 kb 165 kb 3D, 6 vlakken 404 bytes 212 bytes 3D, 100 vlakken 5686 bytes 2344 bytes 3D, 10000 vlakken 560 kb 207 kb <3 Search JJPnvt* #Mo®e J jJ rflttart; {g jj pi GEO-INFO 2007-12

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Geo-Info | 2007 | | pagina 21