Ook niet-geodeten gebruiken landmeetkunde
Landmeetkundige toepassingen bij de bouw van magazijnen
De moderne landmeetkundige instrumenten zijn zo
gebruiksvriendelijk dat ze ook steeds meer door niet-
landmeetkundig geschoolde technici worden gebruikt.
Jammer voor de landmeters maar er is ook een positieve
kant; er komen nieuwe toepassingen in beeld. Zo leverde
Pol-geotechniek onlangs een nauwkeurig totalstation, een
TPS 1202, aan de firma Nedcon. Nedcon uit Doetichem ont
werpt en bouwt grote magazijnen voor distributiecentra. Zij
wil met dit instrument de bouw van dergelijke magazijnen
begeleiden en controleren.
Distributiecentra beschikken over magazijnen met een op
pervlakte van een tiental voetbalvelden met een hoogte
tot 35 m. Binnen dergelijke magazijnen worden geauto
matiseerde systemen ingezet voor transport van pallets.
De bouw en installatie van dergelijke magazijnen stellen
hoge eisen aan de maatvoering. Nedcon bouwde onlangs
een magazijn bestaande uit vijf units van elk 100 m breed,
150 m diep en 15 m hoog. Elke unit bestaat uit ongeveer
300 kanalen van ongeveer 1,5 m breed, 2,5 m hoog en 150 m
diep (fig. 1). In een dergelijk kanaal liggen rails waarover
een wagentje rijdt dat pallets naar de gewenste plek brengt.
Dit vervoer gaat geautomatiseerd met snelheden van 15 km
per uur. Aan de ligging van de rails worden hoge eisen ge
steld in verband met trillingen en slijtage van het wagentje.
De rails mogen ten opzichte van elkaar niet meer dan één
mm afwijken in hoogte. De afstand tussen de rails mag niet
meer dan 1,5 mm afwijken.
Dat moet dan voor bijna 1500 kanalen over een lengte van
elk 150 m worden gemeten, uiteraard met een beperkt
budget. Tenslotte moeten de resultaten voor de opdrachtge
ver in een duidelijke vorm worden gepresenteerd. Een leuk
project.
Nedcon heeft dit als volgt opgelost. Op de rails wordt een
wagentje geplaatst met een meetmerk (fig. 2). De rechter-
wielen van het wagentje worden met behulp van veren te
gen de rechterrail geduwd. De afstand tot de linkerrail is nu
Fig. 1. Een beeld
van het magazijn.
Fig. 2. Het kanaal
met de rails en het
meetwagentje.
eenvoudig te nieten. Het meetmerk is
bevestigd op een rail die dwars op het
wagentje is bevestigd. Zo kan het meet
merk zowel links als rechts op een vas
te plaats op het wagentje worden ge
plaatst Dit wagentje en het meetmerk
zijn op afstand bestuurbaar. Buiten het
kanaal wordt op een soort bordesje het
instrument geplaatst. Deze heeft een
geautomatiseerd volgsysteem (fig. 3).
Het meetproces is nu als volgt. Eerste
meting is met het meetmerk in nul
positie op het beginpunt van de rech
terrail. Daarna gaat het meetmerk
naar het beginpunt van de linlcerrail.
Vervolgens gaat het wagentje rijden
en stopt elke 2 meter. Daar vindt weer
een meting plaats, dit tot het einde
van de linkerrail. Vervolgens gaat het
meetmerk naar de rechterrail en gaat
het wagentje weer terug. Het eindigt
weer op het beginpunt van de rechter
rail. Dat is een controle op het proces.
Op elk punt wordt driemaal gemeten.
Het gemiddelde van de drie metingen
wordt gebruikt. Op deze wijze lean
een kanaal in enkele uren worden ge
meten. De nauwkeurigheid in hoogte
wordt voornamelijk bepaald door de
nauwkeurigheid van de verticale hoek
meting. Immers instrument en meet
merk staan vrijwel op dezelfde hoogte.
Op de maximale afstand van 150 m is
de standaardafwijking in de enkele
meting ongeveer één mm.
Na afloop van de meting van het ka-
Meetproces
GEO-INFO 2008-2