Studiedag over de Stelling van Amsterdam
De Werkgroep Geschiedenis van de Kartografie op het eiland Pampus
Op 12 oktober 2007 voer in een lekker herfstzonnetje
een boot met een groep van vijfenveertig personen
naar het forteiland Pampus. De Werkgroep voor de Geschie
denis van de Kartografie organiseerde daar een studiedag
rond het thema 'De Stelling van Amsterdam, geschiedenis
en kaarten'. Centraal hierbij stond de verdediging van het
hoofdstad door inundatie van belendende gebieden.
De eerste presentatie deed prof.dr. Wim
Klinkert. Hij ging onder de titel 'Hol
land verdedigd' in op verschillende
grootschalige verdedigingswerken die
ons land sedert 1573 bouwde. Zaken
als politieke keuzen (waarom kiezen
we ervoor om juist Amsterdam als be
langrijkste stad te verdedigen), financi
ële aspecten en militaire en technische
overwegingen passeerden de revue. In
de negentiende eeuw, als het centrale
gezag dat van de gewestelijke machten steeds meer overstijgt,
wordt het zestiende- en zeventiende-eeuwse ad-hoc-inunda-
tiebeleid gewijzigd in een beter doortimmerde visie op de
defensie van ons land. Een van de grote krachten achter de
negentiende-eeuwse liniebouw is de militair en kaartmaker
baron C.R.T. Krayenhoff (1758-1840). Hij was een van de vaders
van de, in vredestijd ontwikkelde, Nieuwe Hollandse Waterli
nie die liep van de toenmalige Zuiderzee bij Muiden tot aan
de Biesbosch. Besloten was dat Amsterdam de status kreeg
van 'reduit', wat inhield dat die stad tot het laatst verdedigd
zou worden. Het idee was dat als Amsterdam in vijandelijke
handen zou vallen, dat dan het land als geheel ook als geval
len kon worden beschouwd. Om Amsterdam tot het uiterste
te kunnen verdedigen werd tussen 1880 en 1920 de 'Stelling
van Amsterdam' gebouwd. Globaal werd een ring rond de
stad getrokken waarna 42 forten op een gemiddelde afstand
van 13 kilometer van de stad gebouwd werden.
De tweede lezing was van mevrouw drs. Lia Vriend-Vendel over
'De landschappelijke basis van de Stelling van Amsterdam'.
Mevrouw Vriend gaf een goed overzicht van de wordingsge
schiedenis van het Noord-Hollandse landschap door de eeu
wen heen. De wijze waarop de omgeving op een natuurlijke
wijze vorm kreeg maakte het latere polderlandschap bij uit
stek geschikt voor een verdediging op basis van inundatie.
Een dergelijke in vredestijd 'onzichtbare' verdedigingsgordel
stelde echter wel wat aanvullende ei
sen. De ideale inundatie-diepte bleek
ongeveer vijftig centimeter, liefst on
derbroken door sloten en kanalen. Een
probleem hierbij vormen de 'accessen':
landschappelijke elementen die boven
de onder water gezette gebieden uit
bleven steken zoals spoorwegen en dijk-
lichamen. Om toegang tot die accessen
te blokkeren werden de forten gebouwd.
Er zijn daadwerkelijk militairen in gele-
ELKOM
gerd geweest maar de forten zijn nooit
tijdens gevechten gebruikt. In de Eerste
Wereldoorlog was Nederland immers
neutraal en in de Tweede Wereldoorlog
was de stelling achterhaald door de op
komst van oorlogvoering door de lucht.
In een enthousiaste presentatie, waarin
ook verschillende verkavelingsvormen
aan de orde kwamen, legde mevrouw
Vriend nadruk op de waardering voor de
huidige toestand van de forten en vooral
ook voor hun directe omgeving. Het zijn
hogelijk te waarderen eilandjes in het
polderlandschap die elk hun eigen waar
devolle biotoop ontwikkeld hebben.
In de middagpauze werd een rondlei
ding door het binnen- en buitenfort
gegeven. Zo'n tien fortkamers werden
bekeken en er werd wat onzeker door
de lange onverlichte gangen geschui
feld. De gids vertelde dat de Stelling
van Amsterdam enkele jaren terug op
de wereld-erfgoedlijst van de UNESCO
is gekomen en dat daar een flinke sub
sidie voor het Pampusfort op volgde.
Besloten werd om het fort daarmee,
min of meer, vochtvrij te maken. Reden
was dat de muren verzadigd waren van
vocht en stalactieten en stalagmieten
bij bosjes uit plafonds en grond groei
den. Eind 2007 werd er een enorm hou
ten dak gebouwd om het hemelwater te
weren uit het fort en de, recentelijk nog
dakloze, geschutstorens. Wel werd dui
delijk gemaakt dat nog fikse subsidies
nodig zullen zijn om het fort een com
plete restauratie te laten ondergaan.
Aansluitend werd de derde lezing ge
presenteerd door Peter Schat. Hij is
naast journalist en redacteur van het
Haarlems Dagblad, ook voorzitter van
de 'Stichting Militair Erfgoed Groot-Am
sterdam'. Onder de titel 'Wording en we
zen van de Stelling van Amsterdam' ging
hij onder andere in op fort Abcoude.
Het was het eerste fort van de stelling:
het werd opgeleverd in 1885. Door met
name de komst van de brisantgranaat
was het fort al verouderd bij de opleve
ring. Veel terechte aandacht gaf Schat
aan de bouwwerken die tot de Stelling
van Amsterdam behoren maar die niet
met het woord fort worden geduid: fort-
wachterswoningen, liniedijken met bat-
Mare Hameleers
GEO-INFO 2008-2