Geo-Info in Onderzoek en Onderwijs
Meer geo-dating
Arnold Bregt
Het gaat zeer goed met ons vakgebied!
De maatschappelijke belangstelling
voor het gebruik van geo-informatie
is groot en bedrijven doen goede za
ken. Op dit moment staan zelfs twee
geo-informatie-bedrijven (TomTom en
Tele Atlas) in de AEX en met de op
richting van GeoBusiness Nederland is
een fraaie geo-bedrijvenlcoepel gereali
seerd. De beleidsmatige aandacht voor
de organisatie van de sector is met de
oprichting van het GI-beraad sterk toe
genomen en het programma Ruimte
voor Geo-Informatie (RGI) stimuleert
geo-innovatie. Kortom, volop reden
tot optimisme en zelfvertrouwen. Een
gevoel datje krijgt bij een wolkenloze,
blauwe hemel in het voorjaar met ont
luikende bomen en de geur van een,
uit de winterslaap waklcerwordende,
bodem.
Helaas, er dienen zich donkere wolken
aan die uw prettige voorjaarsgevoel
ruw kunnen verstoren. Die donkere
wolken worden gevormd door het geo-
informatie-onderwijs in Nederland.
Want ondanks al het optimisme over
innovatie, gebruik en bedrijvigheid
van geo-informatie kunnen we niet
ontkennen dat het fundament van een
gezonde sector nu en in de toekomst
aan het verzakken is. Er worden in Ne
derland veel te weinig studenten in de
geo-informatiekunde, geodesie, land
meetkunde of geo-informatica opge
leid! U verwacht natuurlijk deze klaag
zang van mij als representant van het
geo-informatie-onderwijs. Maar ook de
geo-infomatie-sector zelf begint zich
grote zorgen te maken. Recentelijk is
door het Kadaster de stuurgroep Ar
beidsmarkt Geodesie en Geo-informa
tie opgericht met als doel het aantal
afgestudeerden in de geo-informatie te
verhogen. Een zeer lastig opgave want
studenten en onderwijs zijn lastig te
beïnvloeden en vereisen bovendien
een lange adem aanpak die we in onze
op korte-termijn- en projectgerichte
samenleving nauwelijks meer kennen.
Als eerste activiteit heeft de stuur
groep 'de temperatuur' opgenomen.
Door Herman Janssen-Organisatiead-
vies is een analyse gemaakt van de
vraag naar en aanbod van geo-informa-
tie-personeel. In een zeer realistische
analyse komt hij met verontrustende
resultaten. Op alle niveaus blijkt de ko
mende jaren een groot tekort aan geo-
informatie-personeel. Op MBO-niveau
is er een jaarlijkse personeelsbehoefte
van 100-150 personen, terwijl het hui
dige aanbod ca. 10 bedraagt. Op EIBO-
niveau is de behoefte 90-140 personen
per jaar en bedraagt het aanbod ca.
20 per jaar. Het minst groot is het gat
nog op het WO-niveau. De personeels
behoefte is hier ca, 60-100 per jaar en
de huidige uitstroom bedraagt hier on
geveer 50 afgestudeerden. Daarnaast
schat hij dat de komende jaren door
geo-intensivering van de samenleving
de vraag naar HBO/WO-personeel nog
met 10-20% per jaar groeit.
Het is duidelijk dat we met een zeer
stevig probleem te maken hebben. Of,
om in de metafoor van het weer te blij
ven, een zeer hardnekkige onweerssto
ring die het fundament van onze geo-
sector aantast.
De grote vraag is wat we aan deze on
gewenste situatie kunnen doen? Naar
mijn mening is er geen eenvoudige op
lossing voor deze problematiek maar
moeten we het zoeken in een combi
natie van maatregelen die we langja
rig moeten volhouden.
Ten eerste dient het geo-informatie
onderwijs-aanbod op het MBO en HBO
te worden vergroot. Op dit moment
bestaat er geen zelfstandige MBO-op-
leiding, deze dient zo spoedig moge
lijk te worden opgezet met een actieve
participatie van het geo-bedrijfsleven.
Op het huidige MBO is de kennis en
capaciteit niet meer voorhanden om
zelfstandig een goede opleiding op te
zetten. Er dient minimaal één extra
HBO-opleiding voor geo-informatie-
kunde-onderwijs te worden opgezet.
Voor de enige HBO-opleiding Geodesie/
Geo-informatica in Utrecht is het een
goede zaak als er concurrentie komt,
dat stimuleert op een positieve wijze
innovatie en de profileringdrang. Bo
vendien houden leerlingen op een
18- of 19-jarige leeftijd er helemaal
niet van om unieke opleidingen te kie
zen. Op het WO niveau is er met vier
MSc-opleidingen wel voldoende aan
bod maar dient de instroom te worden
verhoogd.
Ten tweede dient het geo-infomatie-
onderwijs in samenhang bij studenten
te worden geëtaleerd. We zijn nu nog
te vaak bezig om kleinschalig onze ei
gen opleiding te promoten. Waarom
bijvoorbeeld geen aantrekkelijke spot
jes op radio en TV waarbij het studeren
van geo-informatie in brede zin wordt
getoond? Met de huidige populariteit
van Google Earth, GPS en navigatie
systemen zijn er voldoende aankno
pingspunten.
Ten derde dient de sector actief te par
ticiperen in activiteiten die de maat
schappelijke zichtbaarheid van de sec
tor vergroten. Meer geo-informatie in
het nieuws en uitstekende initiatieven
zoals het GeoFort en de GeoWeek die
nen langjarig te worden ondersteund.
Helpt u mee de weersverwachtingen
voor het geo-informatie onderwijs te
verbeteren? U kunt hieraan bijdragen
door meer en langdurige maatschap
pelijke 'geo-dating' te bedrijven.
Arnold Bregt
Hoogleraar Geo-informatiekunde,
Wageningen Universiteit
(Centrum Geo-informatie)
GEO-INFO 2008-4